In dit artikel staat centraal aan wie bij de verdeling van een gemeenschap bevoegdheden toekomen indien over een aandeel in een gemeenschap een bewind is ingesteld en de deelgenoot een failliet of saniet is. |
Tijdschrift Erfrecht
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
Samenloop bewind en insolventie deelgenoot bij de verdeling van een gemeenschap |
Trefwoorden | bewind, aandeel in gemeenschap, deelgenoot gemeenschap, wijze van verdeling, failliet en saniet |
Auteurs | Prof. dr. S. Perrick |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Fideicommissaire schulden uit giften en uiterste wilsbeschikkingen |
Trefwoorden | fideicommis, schulden, gift, legaat, bezwaarde en verwachter |
Auteurs | Mr. dr. R.E. Brinkman |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt ingegaan op de vraag of de insteller van een fideicommis de bezwaarde de mogelijkheid kan geven om zo over het fideicommissaire vermogen te beschikken, dat de bezwaarde giften of legaten (dus ‘schulden’) ten laste van het fideicommissaire vermogen kan laten komen. |
Artikel |
Het notarisbegrip in artikel 4:109 lid 2 BW |
Trefwoorden | artikel 4:109 BW, waarneming, Wna, vormvoorschriften, nietigheid en vernietigbaarheid |
Auteurs | Mr. dr. N.V.C.E. Bauduin |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel 4:109 lid 2 BW verlangt dat een notaris de uiterste wil ondertekent op straffe van nietigheid. Deze bepaling gaat uit van een materieel notarisbegrip: een uiterste wil ondertekend door een onbevoegde notaris wordt niet met nietigheid bestraft. In het verlengde hiervan is het verdedigbaar dat een uiterste wil ondertekend door een kandidaat-notaris – die onbevoegd als waarnemer optreedt vanwege een te late melding van zijn waarneming (Rb. Zeeland-West-Brabant 9 mei 2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:3209) – niet nietig is op grond van artikel 4:109 lid 2 BW. De akte is immers verleden met notariële tussenkomst en de daarbij behorende waarborgen. |
Jurisprudentie |
Artikel 4:36 BW en werkzaamheden verricht voor een bv |
Trefwoorden | artikel 4:36 BW, salaire différé, uitgesteld loon, andere wettelijke rechten, vennootschap |
Auteurs | Mr. drs. M.R. Beuker |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage gaat de auteur in op een aantal aspecten van artikel 4:36 BW. Dit wordt gedaan aan de hand van een arrest van het Gerechtshof Amsterdam dat gewezen is op 12 februari 2019. Daarin kwam de vraag aan de orde of ook recht op een som ineens bestaat indien werkzaamheden zijn verricht voor een bv waarin de erflater gerechtigd was. De auteur analyseert de toepasselijkheid van artikel 4:36 BW bij werk dat verricht is voor kapitaalvennootschappen of personenvennootschappen. Ook wordt stilgestaan bij de rol van de verrichte werkzaamheden en de wenselijkheid van de huidige regeling. De conclusie luidt dat onvoldoende grond bestaat voor onderscheid tussen werkzaamheden die zijn verricht voor een kapitaalvennootschap dan wel voor de erflater zelf. Besloten wordt daarom met een oproep om de wet op dit punt aan te passen. |
Jurisprudentie |
Jurisprudentieoverzicht |
Auteurs | Mw. mr. S.C. den Engelse |
Auteursinformatie |