0920055x_covr
Rss

RegelMaat

Meer op het gebied van Bestuursrecht

Over dit tijdschrift  

Meld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.

Aflevering 5, 2010 Alle samenvattingen uitklappen

Prof. dr. B. Hessel
Prof. dr. B. Hessel is bijzonder hoogleraar Europees recht en decentrale overheden, wetenschappelijk adviseur van het Kenniscentrum Europa decentraal en redacteur van dit tijdschrift.
Artikel

De voorgeschiedenis van het wetsontwerp NErpe als bijdrage aan de discussie

Trefwoorden Europees recht, decentrale overheden, taakverwaarlozingsregeling, eigen verantwoordelijkheid, inbreukprocedure
Auteurs Prof. dr. B. Hessel
SamenvattingAuteursinformatie

    In de bijdrage wordt ingegaan op de voorgeschiedenis van het wetsontwerp NErpe en de standpunten van ambtelijke commissies zoals de ICER, koepels van decentrale overheden en beoefenaren van het Europees recht, of de voortschrijdende Europese integratie vraagt om zwaardere toezichtinstrumenten van het rijk op de decentrale overheden. De standpunten hadden met name betrekking op de vraag of de bestaande taakverwaarlozingsregeling uit de Provinciewet en Gemeentewet moet worden uitgebreid om de minister een effectief instrument te geven in geval van een inbreukprocedure door de Commissie. Deze door beoefenaren van het Europese recht bepleite verzwaring stuitte bij koepels en ambtelijke commissies op weerstand omdat zij afbreuk doet aan: (1) de traditionele bestuurlijke verhoudingen in het Huis van Thorbecke; en (2) de eigen verantwoordelijkheid van decentrale overheden voor de nakoming van het Europese recht. De twijfel aan de noodzaak van zo’n taakverwaarlozingsregeling werd uiteindelijk na vier jaar weggenomen door het standpunt van het kabinet-Balkenende II. Tegen die achtergrond is de auteur van mening dat het wetsontwerp NErpe te ver doorschiet door de minister niet alleen bij een inbreukprocedure een zelfvoorzieningsrecht te geven, maar ook wanneer decentrale overheden in het algemeen hun Europese verplichtingen niet nakomen. Het Europese beginsel van gemeenschapstrouw benadrukt de eigen verantwoordelijkheid van decentrale overheden voor het nakomen van Europees recht en hun kritische onafhankelijkheid van het rijk. Die eigen verantwoordelijkheid mag alleen opgeofferd worden in de noodsituatie en onder de tijdsdruk van een inbreukprocedure.


Prof. dr. B. Hessel
Prof. dr. B. Hessel is bijzonder hoogleraar Europees recht en decentrale overheden, wetenschappelijk adviseur van het Kenniscentrum Europa decentraal en redacteur van dit tijdschrift.
Artikel

De Wet NErpe: een onmisbare papieren tijger?

Trefwoorden toezicht, taakverwaarlozing, aanwijzing, verhaalsrecht, publieke entiteiten, Europees recht
Auteurs Mr. R.J.M. van den Tweel
SamenvattingAuteursinformatie

    Met de Wet NErpe wordt een instrumentarium geïntroduceerd dat de nodige complicaties en rechtsvragen zal oproepen, omdat een schending van Europees recht vaak niet eenduidig is vast te stellen. Niettemin zal het effectief kunnen bijdragen aan het beoogde tweeledige doel: vooral met het verhaalsrecht beschikt de rijksoverheid over een instrument om te voorkomen dat Nederland financieel nadeel lijdt als gevolg van een schending van Europees recht door een publieke entiteit. Bovendien draagt de dreiging van inzet van dit instrumentarium, óók in de fase voordat de Europese Commissie Nederland heeft aangesproken, bij aan de naleving van het Europese recht.


Mr. R.J.M. van den Tweel
Mr. R.J.M. van den Tweel is advocaat bij Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn advocaten en notarissen te Den Haag.
Artikel

Toezicht op naleving van Europese regelgeving in Frankrijk en Duitsland

Trefwoorden Frankrijk, Duitsland, lagere overheden, toezicht op naleving Unierecht
Auteurs Dr. J.H. Reestman en H. Bosdriesz
SamenvattingAuteursinformatie

    In deze bijdrage wordt tegen de achtergrond van de Wet NErpe bekeken hoe in twee nabuurstaten met een belangrijke en invloedrijke constitutionele cultuur, Frankrijk en Duitsland, het centrale toezicht op naleving van Europese Unierecht door lagere overheden c.q. deelstaten is geregeld. Opvallend is dat de federale staat Duitsland wel een algemene, niet specifiek voor het Unierecht geschreven, taakverwaarlozingsregeling kent, terwijl deze in de gedecentraliseerde eenheidsstaat Frankrijk ontbreekt. In Frankrijk wordt de noodzaak van zo’n algemene regeling betwijfeld: een regresrecht zou voldoende zijn om de lagere overheden in te tomen. De Duitse taakverwaarlozingsregeling is praktisch vrijwel onbruikbaar. In plaats van haar inzet te vergemakkelijken, heeft de grondwetgever in 2006 twee regresregelingen ingevoerd.


Dr. J.H. Reestman
Dr. J.H. Reestman is universitair hoofddocent constitutioneel recht aan de Universiteit van Amsterdam.

H. Bosdriesz
H. Bosdriesz LL. B is masterstudent aan Universiteit van Amsterdam.
Casus

Smart regulation – slim geregeld?

Trefwoorden smart regulation, better regulation, better law making, Europese Commissie, Europese regels
Auteurs Prof. dr. W.J.M. Voermans
SamenvattingAuteursinformatie

    Een goed adjectief kan veel doen bij het verkopen van overheidsbeleid. Zo zijn de ideeën over marktgerichter wetgeven onder meer aangeslagen omdat ze verpakt werden in de wikkel better regulation. Goed gevonden, want wie kan er in hemelsnaam tegen zijn; wie wil er nu een lans breken voor bad regulation?De nieuwste vinding op dit terrein is smart regulation (ook daar kan je – als je tenminste niet voor dummy uitgemaakt wil worden – onmogelijk tegen zijn).


Prof. dr. W.J.M. Voermans
Prof. dr. W.J.M. Voermans is hoogleraar staats- en bestuursrecht aan de Universiteit Leiden en rector van de Europese academie voor Recht en Wetgeving.
Praktijk

Alles ineen: het combineren van uitvoeringsregels

Trefwoorden wetgevingstechniek, delegatie, Aanwijzingen voor de regelgeving, delegatiegrondslag, algemene maatregel van bestuur
Auteurs Mr. T.C. Borman
SamenvattingAuteursinformatie

    Hoewel de Aanwijzingen voor de regelgeving over deze materie zwijgen, is er sprake van een tendens om gedelegeerde regelgeving ter uitvoering van een wet te combineren in één uitvoerings-AMvB en één ministeriële uitvoeringsregeling. Dit kan worden aangetoond aan de hand van diverse voorbeelden. Argumenten voor bundeling van de uitvoeringswetgeving zijn veelal het bevorderen van overzichtelijkheid en samenhang en het terugdringen van het aantal regelingen.


Mr. T.C. Borman
Mr. T.C. Borman is werkzaam bij de directie Wetgeving van het ministerie van Justitie.
Agenda

Agenda