In deze bijdrage wordt het arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 5 maart 2013 besproken over de vraag of de testamentaire last om een tot de nalatenschap behorende woning niet zonder toestemming van de andere erfgenaam te verkopen, op grond van artikel 4:931 BW (oud) – thans artikel 4:45 lid 2 BW – voor niet geschreven dient te worden gehouden. Hierbij wordt tevens ingegaan op de achtergronden van artikel 4:45 lid 2 BW. Vervolgens verkent de auteur alternatieve mogelijkheden om te bereiken dat bepaalde goederen van de nalatenschap – al dan niet gedurende een bepaalde periode na het overlijden – niet vervreemd kunnen worden. |
Tijdschrift Erfrecht
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
De nietigheid van het testamentaire vervreemdingsverbod |
Trefwoorden | artikel 4:45 lid 2 BW, vervreemdingsverbod, overdraagbaarheid vorderingsrechten, certificering, blokkeringsregeling |
Auteurs | Mr. J.L.D.J. Maasland |
SamenvattingAuteursinformatie |
Praktijk |
Inzage in het medisch dossier en het beroepsgeheim |
Trefwoorden | wilsbekwaamheid, medisch dossier, medisch beroepsgeheim, HR 20 april 2001, NJ 2001, 600, wetsvoorstel Wet cliëntenrechten zorg |
Auteurs | Mr. L.A.G.M. van der Geld |
SamenvattingAuteursinformatie |
Als de wilsbekwaamheid van erflater ten tijde van het maken van het testament wordt betwist, komt de vraag op of in verband met de bewijsvoering daarvan inzage mogelijk is in het medisch dossier van erflater. Het medisch beroepsgeheim geldt ook na overlijden van een patiënt, maar kan onder voorwaarden worden doorbroken. In deze bijdrage wordt daar een korte verkenning naar gedaan. |
Jurisprudentie |
De staart van het muisje? |
Trefwoorden | wilsrechten, artikel 4:19 t/m 4:22 BW, uitleg, HR 8 februari 2013, LJN BY2595, RvdW 2013, 251 |
Auteurs | Prof. mr. E.E.A. Luijten en Prof. mr. W.R. Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt HR 8 februari 2013, LJN BY2595, RvdW 2013, 251 besproken. De testateur/erflater had uit eerste echt drie kinderen. Na de dood van zijn echtgenote huwde hij met zijn latere weduwe. Tijdens dit huwelijk maakte hij zijn laatste uiterste wil, waarbij de verkeerde wilsrechten werden uitgesloten; in plaats van artikel 4:21 en 4:22 BW werden artikel 4:19 en 4:20 BW uitgesloten, die niet toepasselijk konden zijn op erflaters nalatenschap. |