De auteurs bespreken in deze bijdrage het arrest van de Hoge Raad van 30 maart 2012, waarin de Hoge Raad oordeelde – kort gezegd – dat schending door de werkgever van zijn verzekeringsplicht onder dekking van een AVB-polis kan vallen. De auteurs schetsen eerst de casus en het procesverloop. Vervolgens bespreken zij de opvattingen in rechtspraak, literatuur en politiek ten aanzien van de vraag of een AVB-polis dekking biedt voor schending van de verzekeringsplicht voor werkgevers. De auteurs stellen zich op het standpunt dat het oordeel van de Hoge Raad is bedoeld voor de specifieke casus en is ingegeven door rechtspolitieke overwegingen. Zij menen dat er geen sprake is van een breuk met de Valschermzweeftoestel-jurisprudentie. |
Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
Schending van verzekeringsplicht werkgever gedekt onder AVB-polis? |
Trefwoorden | uitleg polisvoorwaarden, dekkingsomvang AVB-polis, primaire dekkingsomschrijving, werkgeversaansprakelijkheid, schending verzekeringsplicht |
Auteurs | Mr. H. Lebbing en Mr. N. de Boer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De zzp’er: een (arbeidson)geval apart |
Trefwoorden | regres, verkeersongeval, voetganger, toerekening, schade, inkomensschade, bewijs, bewijslast, overlijdensschade |
Auteurs | Mr. C. Blanken en Mr. A.H.M. van Noort |
SamenvattingAuteursinformatie |
HR 23 maart 2012: de zzp’er en artikel 7:658 lid 4 BW. In deze bijdrage bespreken de auteurs welke criteria de Hoge Raad hanteert voor de toepasselijkheid van artikel 7:658 lid 4 BW op de zzp’er. Ook gaan zij in op de gevolgen van het arrest voor de schadelast van de AVB-verzekeraar en voor de regresrechten van zorg- en andere schadeverzekeraars. Tot slot wordt aandacht besteed aan artikel 7:611 BW in relatie tot de zzp’er. |
Artikel |
‘Hij schreef dat hij contact op zou nemen zodra hij de tegenpartij had gesproken’: letselschadeslachtoffers over hun belangenbehartigerEmpirisch onderzoek brengt vijf belangrijke factoren voor waardering belangenbehartiger aan het licht |
Trefwoorden | afwikkelingsproces, beleving van slachtoffer, kwaliteit belangenbehartiger, communicatie, procedurele rechtvaardigheid, empowerment, professionalisering, digitaal behandelplan |
Auteurs | Drs. N.A. Elbers, Mr. K.A.P.C. van Wees en Prof. mr. A.J. Akkermans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage doet verslag van een kwalitatief empirisch onderzoek onder letselschadeslachtoffers naar hun ervaringen met hun belangenbehartiger. Er werden 21 slachtoffers geïnterviewd, zowel tevreden als ontevreden met hun belangenbehartiger en zowel met licht als met zwaarder letsel. Uit de interviews komen vijf factoren naar voren die belangrijk blijken te zijn voor de waardering van slachtoffers voor hun belangenbehartiger: communicatie, empathie, daadkracht, onafhankelijkheid en deskundigheid. Deze factoren worden geïllustreerd met citaten uit de interviews, toegelicht en besproken. Zij lijken solide aanknopingspunten te kunnen bieden voor het kwaliteitsbeleid van belangenbehartigers en hun organisatie. Afgerond wordt met een oproep tot professionalisering van de interactie met de cliënt en het benutten van veelbelovende mogelijkheden die het internet biedt voor empowerment. |
Jurisprudentie |
Hof Amsterdam 31 januari 2012, rolnr. 200.090.740, LJN BV2565 |
Trefwoorden | artikel 35 WBP, inzagerecht, medische adviezen, volledig overzicht |
Auteurs | Mr. ir. J.P.M. Simons |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met een beroep op artikel 35 WBP vordert een patiënt een volledig overzicht van en inzage in alle stukken van de aansprakelijkheidsverzekeraar van het ziekenhuis, waarin zijn persoonsgegevens zijn verwerkt. Het hof oordeelt dat de verzekeraar het advies van zijn medisch adviseur in kopie dient over te leggen. Met betrekking tot de gevoerde correspondentie dient de verzekeraar een overzicht te verstrekken van alle zich in het dossier bevindende relevante stukken. Daarbij dient per document beknopt te worden aangegeven waarover het stuk handelt en om welke reden een uitzondering op het inzagerecht van toepassing zou zijn. |