13882066_covr
Rss

Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade

Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht

Over dit tijdschrift  

Meld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.

Aflevering 4, 2022 Alle samenvattingen uitklappen
Artikel

Access_open De opkomst van compensatieregelingen voor beroepsziekten: pappen en nathouden

Trefwoorden beroepsziekterecht, ILO-verdrag nr. 121, causaal verband, rechtsvergelijking, artikel 7:658 BW
Auteurs Mr. dr. Y.R.K. Waterman
SamenvattingAuteursinformatie

    De auteur betoogt dat het werkgeversaansprakelijkheidsrecht faalt jegens slachtoffers van beroepsziekten. De opkomst van diverse compensatieregelingen probeert dit probleem te verzachten, maar biedt uiteindelijk geen oplossing. De auteur verwijst nadrukkelijk naar de methodiek van beroepsziektelijsten die door andere landen wordt gehanteerd, in navolging van ILO-verdrag nr. 121. Een vermelding van een beroepsziekte op zo’n lijst zou, met handhaving van het civielrechtelijk karakter van het Nederlandse werkgeversaansprakelijkheidsrecht, als een vermoeden of bewijs van causaal verband kunnen worden aanvaard. Frappant: Nederland heeft dit verdrag al in 1966 geratificeerd.


Mr. dr. Y.R.K. Waterman
Mr. dr. Y.R.K. Waterman is gepromoveerd op het proefschrift De aansprakelijkheid van de werkgever voor arbeidsongevallen en beroepsziekten. Een rechtsvergelijkend onderzoek (2009) en zal in de loop van 2023 een geactualiseerde druk van haar proefschrift uitgeven, met de focus op het beroepsziekterecht. Zij is directeur van Waterman Legal Consultancy, dat gespecialiseerd is in het aansprakelijkheidsrecht, in het bijzonder ten aanzien van kwesties die gezondheidsgevaarlijke stoffen (zoals asbest) betreffen of op het scherp van de snee van nieuwe juridische ontwikkelingen in deze sfeer liggen.
Artikel

Letselschadevergoeding in de loonbelasting: de (smeer)put is nog niet gedempt

Bespreking van HR 25 maart 2022, ECLI:NL:HR:2022:444 (Smeerput II)

Trefwoorden bijzondere afspraken, rechtspositionele regeling, verlies van arbeidsvermogen, Belastingdienst, belastinggarantie
Auteurs P.A.C. Hoynck van Papendrecht LLB
SamenvattingAuteursinformatie

    De belastingkamer van de Hoge Raad heeft in 2022 geoordeeld dat werkgeversvergoedingen aan een werknemer voor blijvend verlies van arbeidsvermogen en immateriële schade onbelast zijn, tenzij hierover in de arbeidsovereenkomst afspraken zijn gemaakt en de vergoeding hoger is dan uit de erkenning van de aansprakelijkheid van de werkgever voortvloeit. De vergoeding moet dan tot het loon worden gerekend. Deze toets heeft gevolgen voor de (civielrechtelijke) afwikkeling van werkgerelateerde letselschade; het belang van een gedetailleerde vaststellingsovereenkomst en belastinggarantie is bijvoorbeeld toegenomen. Deze bijdrage bespreekt de gevolgen en het verschil wanneer is uitgekeerd onder een ongevallen- of schadeverzekering dan wel een andersoortige rechtspositionele regeling.


P.A.C. Hoynck van Papendrecht LLB
P.A.C. Hoynck van Papendrecht LLB is masterstudent Rechtswetenschappelijk Onderzoek & Privaatrecht, Commercieel Vermogensrecht bij de Erasmus School of Law, heeft onder andere de bacheloropleiding Fiscaal Recht afgerond en is student-assistent bij het departement Law & Business van de Erasmus School of Law.
Jurisprudentie

S(c)hockschade 2.0: het confrontatiegezichtspunt

HR 20 september 2022, ECLI:NL:HR:2022:1250 (Friese festival)

Trefwoorden schadebegroting, eigen schuld
Auteurs Mr. E.W. Bosch en Mr. A.J. Korff
SamenvattingAuteursinformatie

    In zijn arrest van 20 september 2022 gaf de Hoge Raad een nadere duiding aan het confrontatiegezichtspunt bij shockschade. De auteurs bespreken dit arrest en schetsen de ontwikkeling van de confrontatie-eis in het Taxibus-arrest tot het confrontatiegezichtspunt in dit arrest. Daarbij plaatsen zij een aantal kritische opmerkingen over de motivering van het oordeel van de Hoge Raad in dit arrest. Verder stellen zij aan de orde of de vraag of de confrontatie te vermijden was niet feitelijk een eigenschuldverweer is, dat beoordeeld moet worden aan de hand van artikel 6:101 BW.


Mr. E.W. Bosch
Mr. E.W. Bosch is advocaat bij Vogelaar Bosch Spijer Advocaten te Maasdijk.

Mr. A.J. Korff
Mr. A.J. Korff is advocaat bij Vogelaar Bosch Spijer Advocaten te Maasdijk.