13882066_covr
Rss

Tijdschrift voor Vergoeding Personenschade

Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht

Over dit tijdschrift  

Meld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.

Aflevering 4, 2014 Alle samenvattingen uitklappen
Artikel

Het geheim van de smid

De Wbp en het recht op inzage in en afschrift van stukken tijdens het medisch beoordelingstraject bij personenschades: waar staan we inmiddels?

Trefwoorden Wbp, medisch beoordelingstraject, recht op inzage, persoonsgegevens, personenschade
Auteurs Mr. ir. J.P.M. Simons
SamenvattingAuteursinformatie

    Al geruime tijd staat binnen de letselschadebranche ter discussie in hoeverre benadeelden met een beroep op artikel 35 Wbp inzage in en afschrift van documenten kunnen krijgen van (de verzekeraar van) de aansprakelijke partij, wanneer daarin persoonsgegevens zijn verwerkt. In het bijzonder speelt daarbij de vraag of benadeelden tevens recht hebben op inzage in en afschrift van (1) interne notities die in het kader van de afwikkeling van personenschades door medewerkers van verzekeraars en andere aan de zijde van verzekeraars bij de afwikkeling betrokken personen zijn opgesteld en (2) adviezen van de medisch adviseur(s) van verzekeraars. Hoewel hierover inmiddels de nodige jurisprudentie is verschenen, bestaat er op dit gebied nog steeds onduidelijkheid en vormen deze vragen nog regelmatig voer voor discussie.


Mr. ir. J.P.M. Simons
Mr. ir. J.P.M. Simons is advocaat bij Leijnse Artz te Rotterdam.
Artikel

De niet-financiële impact van schadetoebrenging en hoe daaraan tegemoet te komen

Over excuses, actieve schadeafwikkeling en procedurele rechtvaardigheid

Trefwoorden afwikkelingsproces, impact van schadetoebrenging, beleving van slachtoffer, emotionele bankrekening, communicatie, immateriële behoeften, excuses, procedurele rechtvaardigheid, actieve schadeafwikkeling
Auteurs Prof. mr. A.J. Akkermans en L. Hulst MSc
SamenvattingAuteursinformatie

    In deze bijdrage wordt verslag gedaan van een onderzoek dat in opdracht van het Personenschade Instituut van Verzekeraars (PIV) is verricht naar de baten, effectiviteit en methode van het bevorderen door verzekeraars van het aanbieden van excuses aan verkeersslachtoffers. Ingegaan wordt op de niet-financiële impact van schadetoebrenging en wat er voor mogelijkheden zijn om daaraan tegemoet te komen. Daarbij is niet alleen gekeken naar excuses door de veroorzaker van het verkeersongeval, maar ook naar wat verzekeraars zelf kunnen doen aan de omstandigheid dat verkeersslachtoffers door het ongeval en zijn gevolgen ook ‘rood staan op hun emotionele bankrekening’. In een volgende bijdrage zal verslag worden gedaan van door verzekeringsmaatschappijen in het kader van dit onderzoek uitgevoerde pilots.


Prof. mr. A.J. Akkermans
Prof. mr. A.J. Akkermans is hoogleraar privaatrecht aan de Vrije Universiteit Amsterdam en verbonden aan het Amsterdam Centre for Comprehensive Law.

L. Hulst MSc
Mw. mr. L. Hulst MSc is jurist en psycholoog bij de afdeling privaatrecht van de Faculteit Rechtsgeleerdheid van de Vrije Universiteit Amsterdam en verbonden aan het Amsterdam Centre for Comprehensive Law.
Artikel

Causaal verband in whiplashzaken: een beschouwing vanuit juridisch en medisch perspectief

Trefwoorden whiplash, causaal verband, schade, letselschadeclaim, juridisch perspectief, medisch perspectief
Auteurs Mr. P. Oskam en Drs. A.M. Reitsma
SamenvattingAuteursinformatie

    In deze bijdrage wordt de recente rechtspraak in whiplashzaken besproken. De huidige lijn in de rechtspraak wordt vervolgens zowel vanuit juridisch als vanuit medisch perspectief belicht, waarbij onder meer aandacht wordt besteed aan de richtlijnen van de NVN en de behandelbaarheid van subjectieve gezondheidsklachten. De auteurs gaan onder meer in op de vragen of de huidige lijn in de rechtspraak wel een gewenste ontwikkeling is en of de rechter niet te veel zijn eigen (niet medische onderbouwde) weg gaat in whiplashzaken. De auteurs pleiten voor het aannemen van een beperkte looptijd in whiplashzaken.


Mr. P. Oskam
Mevr. mr. P. Oskam is advocaat bij Kennedy Van der Laan Advocaten te Amsterdam.

Drs. A.M. Reitsma
Mevr. drs. A.M. Reitsma MD, Master of Biomedical Ethics, is medisch adviseur van ASR Schadeverzekering N.V.
Artikel

Het Consultatievoorstel schadevergoeding zorg- en affectieschade: een beschrijving

Trefwoorden Consultatievoorstel schadevergoeding zorg- en affectieschade, affectieschade, vorderingsrecht van naasten en nabestaanden, vergoeding, zorgschade
Auteurs Mr. dr. R. Rijnhout
SamenvattingAuteursinformatie

    De wetgever is voornemens om vier veranderingen aan te brengen in het schadevergoedingsrecht, zo blijkt uit het Consultatievoorstel schadevergoeding zorg- en affectieschade. Eén daarvan heeft betrekking op de overgang van het recht op vergoeding voor immateriële schade (art. 6:106 BW), de andere drie veranderingen raken direct het vorderingsrecht van naasten en nabestaanden. Deze bijdrage geeft een beschrijving van het voorstel en vormt een inleiding op de bijdragen van Van, Blok en Van Schoonhoven (commissie Wetgeving van de Vereniging van Advocaten voor Slachtoffers van Personenschade) en van Kremer (directeur Stichting Personenschade Instituut van Verzekeraars) in dit nummer.


Mr. dr. R. Rijnhout
Mr. dr. R. Rijnhout is als universitair docent verbonden aan het Utrecht Centre for Accountability and Liability Law van de Universiteit Utrecht.
Artikel

Het Consultatievoorstel: goed, maar nog niet perfect

Trefwoorden Consultatievoorstel schadevergoeding zorg- en affectieschade, immateriële schade, vorderingsrecht van naasten en nabestaanden, vergoeding, zorgschade, affectieschade
Auteurs Mr. A.J. Van, Mr. A.H. Blok en Mr. J.L. van Schoonhoven
SamenvattingAuteursinformatie

    De wetgever is voornemens om vier veranderingen aan te brengen in het schadevergoedingsrecht, zo blijkt uit het Consultatievoorstel schadevergoeding zorg- en affectieschade. Eén daarvan heeft betrekking op de overgang van het recht op vergoeding voor immateriële schade (art. 6:106 BW), de andere drie veranderingen raken direct het vorderingsrecht van naasten en nabestaanden. In deze bijdrage zullen met name de praktische kanttekeningen bij het conceptwetsvoorstel worden besproken die door de commissie Wetgeving van de Vereniging van Advocaten voor Slachtoffers van Personenschade in hun advies aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie aan de orde zijn gesteld.


Mr. A.J. Van
Mr. A.J. Van is advocaat bij Beer Advocaten en universitair docent aan de Vrije Universiteit te Amsterdam en lid van de commissie Wetgeving van de ASP.

Mr. A.H. Blok
Mr. A.H. Blok is advocaat bij Bouwman Van Dommelen advocaten en lid van de commissie Wetgeving van de ASP.

Mr. J.L. van Schoonhoven
Mw. mr. J.L. van Schoonhoven is advocaat bij Boer & Van Schoonhoven advocaten en lid van de commissie Wetgeving van de ASP.
Artikel

Affectieschade en zorgschade; een (on)mogelijk duo?

Trefwoorden Consultatievoorstel schadevergoeding zorg- en affectieschade, immateriële schade, vorderingsrecht van naasten en nabestaanden, vergoeding, zorgschade, affectieschade
Auteurs Mr. F.Th. Kremer
SamenvattingAuteursinformatie

    De wetgever is voornemens om vier veranderingen aan te brengen in het schadevergoedingsrecht, zo blijkt uit het Consultatievoorstel schadevergoeding zorg- en affectieschade. Eén daarvan heeft betrekking op de overgang van het recht op vergoeding voor immateriële schade (art. 6:106 BW), de andere drie veranderingen raken direct het vorderingsrecht van naasten en nabestaanden. In deze bijdrage geeft de auteur een reactie op het conceptwetsvoorstel vanuit de kant van verzekeraars.


Mr. F.Th. Kremer
Mr. F.Th. Kremer is directeur van de Stichting Personenschade Instituut van Verzekeraars (PIV).
Artikel

Internationale verkeersongevallen. Waarom niet alle wegen leiden naar Rome

Trefwoorden internationale verkeersongevallen, Haags Verkeersongevallenverdrag, Rome II-verordening, grensoverschrijdende verkeersongevallen, internationaal privaatrecht
Auteurs Mr. A.F. Collignon-Smit Sibinga
SamenvattingAuteursinformatie

    Bij internationale verkeersongevallen in Europa wordt het toepasselijk recht bepaald aan de hand van ofwel het Haags Verkeersongevallenverdrag ofwel Rome II, afhankelijk in welk land een procedure wordt gestart. In deze bijdrage worden de verschillen tussen Rome II en het Haags Verkeersongevallenverdrag in kaart gebracht. De conclusie is dat toepassing van beide verdragen naast elkaar kan leiden tot toepassing van het recht van verschillende landen. Zolang beide verdragen naast elkaar van toepassing zijn, is sprake van een systeem dat complex en verwarrend is. Dit is in strijd met het doel van Rome II om binnen Europa eenheid en duidelijkheid te creëren.


Mr. A.F. Collignon-Smit Sibinga
Mw. mr. A.F. Collignon-Smit Sibinga is partner bij Legaltree en specialiseert zich in grensoverschrijdende aansprakelijkheid en letselschadezaken.