Op 5 april 2013 wees de Hoge Raad arrest in de ruim zeven jaar lopende Albron-zaak over overgang van onderneming. Centrale vraag in deze zaak is of bij de uitbesteding van de cateringactiviteiten door Heineken aan Albron de arbeidsovereenkomsten van de bij deze activiteiten werkzame, maar niet in dienst zijnde werknemers van rechtswege mee zijn overgegaan naar Albron. De Hoge Raad beantwoordt deze vraag bevestigend op basis van een richtlijnconforme uitleg van art. 7:663 BW. Dat de werknemers uitsluitend intra-concern waren gedetacheerd bij de overgedragen onderneming en een arbeidsovereenkomst hadden gesloten met een andere Heinekengroepsmaatschappij, vormt naar het oordeel van de Hoge Raad geen belemmering voor de overgang van hun arbeidsovereenkomsten. |
Onderneming en Financiering
Meer op het gebied van Ondernemingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
Voorwoord |
Artikel |
Albron/Roest – All’s well that ends well |
Trefwoorden | overgang van onderneming, intra-concern detachering, payrolling, aandelenoverdracht, hoofdelijke aansprakelijkheid, art. 7:663 BW, Richtlijn 2001/23/EG |
Auteurs | Prof. dr. R.M. Beltzer en mr.dr. J.P.H. Zwemmer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De wenselijkheid van een algemene zorgplicht in de Wft |
Trefwoorden | Wijzigingswet financiële markten 2014, Wet op het financieel toezicht, Autoriteit Financiële Markten, zorgplicht, financiëledienstverleners |
Auteurs | mr. N.A. van Opbergen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het wetsvoorstel Wijzigingswet financiële markten 2014 wordt voorgesteld een algemene zorgplicht voor financiëledienstverleners vast te leggen in de Wet op het financieel toezicht (art. 4:24a nieuw). Belangrijkste argument daarvoor is informatiescheefheid tussen financiëledienstverleners en klanten. Belangrijkste argument daartegen is rechtsonzekerheid voor financiëledienstverleners, omdat onduidelijk zou zijn wanneer de zorgplicht wordt overtreden. Voor een succesvolle handhaving van de algemene zorgplicht is vereist dat de AFM dit alleen doet in evidente gevallen. Het voorgestelde artikel moet deels worden gewijzigd. |
Artikel |
Uitoefening instemmingsrechten bij verpanding |
Trefwoorden | instemmingsrechten, pandrecht, onherroepelijke volmacht, privatieve last |
Auteurs | Mr. G.M. Portier en Mr. M.E.A. van Loenhoud |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel behandelen de auteurs de vraag of de wettelijke instemmingsrechten in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek kunnen toekomen aan een pandhouder van aandelen in een bv. Daarbij kan een onderscheid worden gemaakt tussen instemmingsrechten die toekomen aan vergadergerechtigden en instemmingsrechten die toekomen aan aandeelhouders. Tevens wordt besproken of er nog andere mogelijkheden zijn om de pandhouder in staat te stellen om te bepalen op welke wijze instemmingsrechten worden uitgeoefend. |
Artikel |
Aandeelhouders: van ‘flitskapitaal’ naar ‘geduldig kapitaal’ |
Trefwoorden | aandeelhouders, typologie, stewardship, dialoog, betrokken aandeelhouderschap |
Auteurs | drs. J. van der Ende en mr.dr. A. van der Krans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Aandeelhouders worden vaak over één kam geschoren als het gaat om de verantwoordelijkheid voor inzicht en toezicht bij (beursgenoteerde) ondernemingen. In dit artikel wordt een eenvoudige typologie van aandeelhouders ontwikkeld aan de hand van twee criteria. Uitgangspunt is verder dat een gezonde balans nodig is tussen de verschillende typen aandeelhouders. Een onderneming zal vooral behoefte hebben aan langetermijnaandeelhouders die betrokken zijn, de onderneming en haar management kennen en daardoor de monitoringrol adequaat kunnen invullen. Ook vanuit maatschappelijk oogpunt is een aanzienlijk percentage ‘loyaal-kritische aandeelhouders’ gewenst. Het gaat dan om aandeelhouders met geconcentreerde portefeuilles, een langetermijnhorizon en grote betrokkenheid bij de onderneming. Stimulering van deze vorm van aandeelhouderschap kan door financiële stimulering, regelgeving en samenwerking. De ‘Best practices voor betrokken aandeelhouderschap’ van Eumedion zijn een stap in de goede richting tot betere samenwerking tussen institutionele beleggers. Een aanzienlijk deel van de aandeelhouders van beursvennootschappen zal zich als loyale aandeelhouders moeten gedragen om het alternatief, inperking van aandeelhoudersrechten, te voorkomen. Dit zal inspanning vragen, maar dergelijk gedrag is essentieel voor een goede corporate democracy. |
Artikel |
Private equity – wat is het en hoe is het gereguleerd in Nederland? |
Trefwoorden | private equity, werkwijze, regelgeving, Nederland, AIFM-richtlijn |
Auteurs | Mr. C.D. Spetter |
SamenvattingAuteursinformatie |
Private equity richt zich op het werven van fondsen en het verkrijgen van veel vreemd vermogen (leverage) om daarmee investeringen te doen in portfolio-ondernemingen. Na de nodige bedrijfsverbeteringen, vindt de exit plaats met als doel hier een zo hoog mogelijk rendement op te halen. Hoewel de regelgeving voor private equity-partijen momenteel beperkt is in Nederland, zal hier verandering in komen met de komst van de AIFM-richtlijn; naast een vergunningplicht brengt deze richtlijn meerdere doorlopende informatieverplichtingen met zich mee. |
Artikel |
Verwarring over de vereenvoudigde vaststelling van de jaarrekening |
Trefwoorden | jaarrekening, vaststelling, publicatie, publicatietermijn, accountantscontrole, decharge |
Auteurs | mr. B. Verkerk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Art. 2:210 lid 5 BW stelt bv’s waarvan alle aandeelhouders tevens bestuurder zijn, in staat op vereenvoudigde wijze de jaarrekening vast te stellen. Naar aanleiding van dit artikel zal in deze bijdrage worden ingegaan op de volgende vragen: |