In deze bijdrage wordt onderzocht in hoeverre het begrip zorgplicht een rol speelt of zou kunnen spelen in concernverhoudingen, binnen groepen van vennootschappen. Daarbij wordt er in het bijzonder ingegaan op de moedermaatschappij of concernholding. In dit kader komen onder meer de volgende vragen aan bod: welk belang wordt er met zorgplicht gediend? Op welke wijze dient de moedermaatschappij de zorgplichten te vervullen? Wat zijn de gevolgen van schending van de zorgplicht? En hoe dient het fenomeen zorgplicht tegen de achtergrond van de daarmee beoogde doelen, als deze al expliciet gemaakt kunnen worden, te worden beoordeeld? |
Onderneming en Financiering
Meer op het gebied van Ondernemingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
In dit nummer |
Artikel |
Zorgplichten in het concern |
Trefwoorden | Concern, zorgplichten, moedermaatschappij, concernholding, maatschappelijk verantwoord ondernemen, MVO |
Auteurs | Prof. J.B. Huizink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Multilaterale handelsfaciliteiten en dark poolsIs MiFID na drie jaar al aan herziening toe? |
Trefwoorden | MiFID, MTF, multilaterale handelsfaciliteit, multilateraal handelsplatform |
Auteurs | Mw. Mr. S. Rosmalen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage staat de multilaterale handelsfaciliteit centraal. De bijdrage beoogt een globaal overzicht te geven van de regelgeving die van toepassing is op dit handelsplatform dat beter bekend is als MTF. Er wordt aansluiting gezocht bij de herziening van MiFID en bekeken wordt of MiFID na drie jaar de door haar beoogde concurrentieverhoging ten aanzien van handelsplatformen heeft weten te volbrengen. Besproken wordt de definitie van het begrip MTF en de belangrijkste elementen van het op een MTF van toepassing zijnde regelgevend kader. Tevens wordt stilgestaan bij de verschillen die er zijn tussen een gereglementeerde markt en een MTF. Ook wordt nader ingegaan op het begrip dark pool (het onderdeel van de handel dat buiten het orderboek van de handelsplatformen plaatsvindt) en komen de bevindingen van CESR en IOSCO aan bod voor zover die momenteel relevant zijn voor MTF’s en dark pools. |
Artikel |
Resultaten uit het verleden…Nog enige kritische kanttekeningen bij de recente wijzigingen in de Successiewet 1956 |
Trefwoorden | Successiewet, bedrijfsopvolging, schenkbelasting, erfrechtelijke verkrijging, bedrijfsopvolging, fictiebepaling |
Auteurs | Mr. N.J. Schutte |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het wetsvoorstel tot wijziging van de Successiewet heeft de Successiewet op een aantal ingrijpende maatregelen gewijzigd. In deze bijdrage wordt ingegaan op de na 15 september 2009 doorgevoerde wijzigingen in de bedrijfsopvolgingsfaciliteit in de Successiewet. Tevens bespreekt de auteur een aantal ‘klassieke’ fictiebepalingen en de specifieke gevolgen per wetsbepaling. Dit alles gebaseerd op de wettekst zoals die op 17 december 2009 door de Eerste Kamer is aanvaard, en op 1 januari 2010 in werking is getreden. Uit de analyse van de auteur blijkt dat de wetswijzigingen in een aantal gevallen verstrekkende gevolgen hebben die, als zij al gerechtvaardigd kunnen worden vanuit het systeem van de wet, toch een aanzienlijke en onverwachte fiscale last kunnen leggen op de schouders van fictieve verkrijgers. |
Artikel |
Herwaardering van certificering als beschermingsconstructie |
Trefwoorden | Administratiekantoor, beschermingsconstructies, certificering, certificering van aandelen, Dutch discount, market for corporate control |
Auteurs | Mr. J. de Koning Gans en Prof. W.J. Oostwouder |
SamenvattingAuteursinformatie |
De praktijk wijst uit dat aandeelhoudersactivisme het vennootschappelijk belang kan bedreigen. In deze bijdrage wordt onderzocht wat de meest adequate vorm van bescherming van een beursvennootschap tegen een vijandige overname is. Allereerst worden de in Nederland meest voorkomende beschermingsconstructies besproken en geëvalueerd. De auteurs constateren vervolgens dat aan elke beschermingsmaatregel voor- en nadelen kleven. Deze voor- en nadelen hebben betrekking op de toereikendheid van de bescherming of de aanvaardbaarheid van de inperking van de zeggenschap van kapitaalverschaffers. Vergeleken met de andere behandelde beschermingsconstructies lijkt certificering echter volgens de auteurs het best aan beide criteria te voldoen. De auteurs sluiten deze bijdrage af met enkele aanbevelingen ten aanzien van het bestuur van het Administratiekantoor (AK) die de certificaten uitgeeft teneinde de onafhankelijkheid van het AK te kunnen waarborgen en certificering in het algemeen als meest aanvaardbare beschermingsconstructie te kunnen aanmerken. |