De zeven pijlers van een goede corporate democracy zijn: recht van initiatief, spreekrecht, stemrecht, recht op inlichtingen, opkomst en representativiteit, ordehandhaving en cohesie tussen economisch belang en juridische zeggenschap. Hoewel er bij elke pijler nog (veel) te wensen blijft, hebben alle pijlers zich de afgelopen jaren positief ontwikkeld. In deze bijdrage wordt een weergave gegeven van de belangrijkste ontwikkelingen en hun impact op de zeven pijlers van corporate democracy. Hiernaast bespreekt de auteur twee nieuwe ontwikkelingen binnen de investment community die een gevaar vormen voor de corporate democracy: het volledig geautomatiseerd handelen en portfoliodiversificatie gedreven door de Modern Investment Theory en kostenbewustzijn. Ten slotte wordt ingegaan op de vraag hoe investeerders het beste kunnen omgaan met deze ontwikkelingen met het oog op verantwoorde waardecreatie, waarbij ondernemingen niet alleen op strategisch en financiële criteria beoordeeld worden, maar ook op criteria voor sociale en milieu-impact, goed ondernemingsbestuur en duurzaamheid. |
Onderneming en Financiering
Meer op het gebied van Ondernemingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
In dit nummer |
Casus |
De zeven pijlers van corporate democracy |
Trefwoorden | corporate democracy, corporate governance, aandeelhoudersvergadering, algemene vergadering van aandeelhouders (AVA), virtuele aandeelhoudersvergadering |
Auteurs | Mr. dr. A. van der Krans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Casus |
Schikken in zwaar weer |
Trefwoorden | actio pauliana, Air Holland, vaststellingsovereenkomst, faillissement, Beklamel |
Auteurs | Mw. mr. dr. N.W.M. van den Heuvel en Mw. mr. E.A.M. Meeuse |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage is geschreven naar aanleiding van een recent arrest van de Hoge Raad (Ingwersen q.q./Vliegers Air Holland) over de actio pauliana met betrekking tot vaststellingsovereenkomsten. Air Holland had voorafgaand aan haar faillissement met haar piloten een vaststellingsovereenkomst gesloten teneinde een einde te maken aan een geschil over achterstallige betalingen van salaris en andere beloningscomponenten. De curatoren die zijn belast met de afwikkeling van het faillissement van Air Holland hebben, naar het zich nu laat aanzien succesvol, gepoogd deze vaststellingsovereenkomst met een beroep op de actio pauliana aan te tasten. In deze bijdrage beschrijven de auteurs de wettelijke bepalingen uit de Faillissementswet en de jurisprudentie die in het kader van het onderwerp van de bijdrage – schikken in zwaar weer – van belang zijn. Vervolgens bespreken zij het Air Holland-arrest en gaan zij in op een mogelijk alternatief op de gekozen constructie in de Air Holland-cases om een derde partij de betaling aan de piloten te laten doen. Tot slot worden nog enkele woorden gewijd aan het risico op bestuurdersaansprakelijkheid in verband met betalingstoezeggingen voorafgaand aan een faillissement. |
Casus |
Certificering in Wetsvoorstel Flex-BV – gevolgen voor de praktijk |
Trefwoorden | Wetsvoorstel Flex-BV, certificaathouders, vergaderrecht, bewilligde certificaten, niet-bewilligde certificaten |
Auteurs | Mw. mr. S.C. van Gendt |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Wetsvoorstel Flex-BV is het onderscheid tussen bewilligde en niet-bewilligde certificaten afgeschaft. Het wetsvoorstel bevat voorts enkele bepalingen die het doel hebben duidelijkheid te scheppen ten aanzien van het bestaan van vergadergerechtigdheid van certificaathouders. In deze bijdrage worden enkele aspecten besproken die in de praktijk van belang kunnen zijn ten aanzien van de registratie van reeds uitgegeven certificaten en het vergaderrecht van de certificaathouder onder het wetsvoorstel. Allereerst wordt ingegaan op het juridische verschijnsel ‘certificering van aandelen’ in het algemeen, het verschil tussen bewilligde en niet-bewilligde certificaten en de rechten die worden toegekend aan de houders van bewilligde certificaten. Vervolgens bespreekt de auteur de afschaffing van het onderscheid tussen bewilligde en niet-bewilligde certificaten en de mogelijkheid die in het wetsvoorstel wordt gecreëerd om bij de statuten vergaderrechten te verbinden aan certificaten. Ten slotte komt de vraag aan de orde wat de praktische implicaties zijn van de invoering van het Wetsvoorstel Flex-BV voor de bestaande houders van bewilligde certificaten. |
Praktijk |
Informatieverlies en de tikkende tijdbom ‘WikiLeaks’ |
Trefwoorden | WikiLeaks, uitlekken, vertrouwelijke informatie, gedragsregels, risico’s |
Auteurs | A.G. Wennekes |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de risico’s en de gevaren die het uitlekken van vertrouwelijke informatie met zich mee kunnen brengen voor bedrijven. Aanleiding is de klokkenluiderssite ‘WikiLeaks’, waarop eind 2010 een grote hoeveelheid geheime informatie over onder andere de oorlog in Irak, politici en ambassadeurs van diverse landen werd geplaatst. Maar niet alleen overheden kunnen te maken krijgen met het lekken van gevoelige informatie. Veel bedrijven zijn zich onvoldoende bewust van het feit dat vertrouwelijke informatie gemakkelijk kan uitlekken en terecht kan komen bij iemand die het bedrijf zou kunnen schaden met de informatie. Met behulp van diverse praktijkvoorbeelden wordt in deze bijdrage in het kort uiteengezet op welke wijze er informatie van bedrijven wordt gelekt. Hiernaast worden de belangrijkste juridische aspecten van het uitlekken van informatie besproken. Daarbij wordt gekeken wat de juridische status is van een elektronisch bericht, een elektronische overeenkomst of een elektronische brief als informatievormen. Ten slotte worden kort enkele technische hulpmiddelen besproken die bedrijven kunnen helpen om informatieverlies te voorkomen of te beperken. |