De Afdeling heeft recent haar koers gewijzigd ten aanzien van de uitleg van de onderdelenfuik en het belanghebbendebegrip in het kader van de Wabo. In het kader van de Wabo wordt elk van de in artikel 2.1 en 2.2 bedoelde toestemmingen die in een omgevingsvergunning zijn opgenomen als besluitonderdeel aangemerkt. De beslissingen over de aanvaardbaarheid van de verschillende milieugevolgen die in een omgevingsvergunning zijn vervat, merkt de Afdeling niet (meer) aan als besluitonderdeel. Voorts heeft de Afdeling recent bepaald dat in het kader van het belanghebbendebegrip per activiteit moet worden bepaald of degene die een rechtsmiddel heeft aangewend belanghebbende is. In dit artikel wordt deze koerswijziging besproken. Voorts wordt jurisprudentie besproken die ook na deze koerswijziging van belang blijft. |
Tijdschrift voor Omgevingsrecht
Meer op het gebied van Bestuursrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
De gevolgen van het op termijn zetten van de bestuursrechter |
Auteurs | Mr. H.A.J. Gierveld |
Auteursinformatie |
Artikel |
Het belanghebbendebegrip en de onderdelenfuik in de Wabo |
Trefwoorden | onderdelenfuik, belanghebbendebegrip, Wabo, Awb, 6:13, besluitonderdeel |
Auteurs | Mr. V.M.Y Van ’t Lam |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Naar meer flexibiliteit in het omgevingsrecht: het compensatiebeginsel centraal? |
Trefwoorden | compensatiebeginsel, integrale belangenafweging, programmatische aanpak |
Auteurs | Mr. H.D. Tolsma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het huidige stelsel van het omgevingsrecht is regelmatig doelwit van kritiek: te complex en te star. De minister van Infrastructuur en Milieu is voornemens om in het voorjaar van 2012 met een uitgewerkt wetsvoorstel te komen om deze problemen op te lossen. Flexibelere regelgeving is een van de vertrekpunten bij het opbouwen van deze ‘Raamwet omgevingsrecht’. In deze bijdrage wordt bezien welke rol het compensatiebeginsel kan vervullen om te komen tot de gewenste flexibiliteit. De achtergrond van het compensatiebeginsel komt aan bod. Verder wordt ter illustratie van het compensatiebeginsel de regeling uit de Richtlijn luchtkwaliteit, de Kaderrichtlijn water, de Interimwet stad- en milieubenadering en de Crisis- en herstelwet beschreven. Tot slot wordt ingegaan op een aantal juridische vraagstukken rond het compensatiebeginsel. Blijken zal dat de toepassing van het compensatiebeginsel het bestuur meer manoeuvreerruimte kan bieden om belangen af te wegen en prioriteiten te stellen. De verwachtingen over de flexibiliteit in de regelgeving moeten vanwege de vereiste juridische waarborgen (zoals rechtszekerheid, evenredigheid en rechtsbescherming) evenwel niet te hoog gespannen zijn. |
Artikel |
De watervergunning en samenloop van bevoegdheden |
Trefwoorden | Waterwet, samenloop van bevoegdheden, artikel 6.17 Waterwet, watervergunning, handhaving |
Auteurs | Mr. W.B. van der Gaag |
SamenvattingAuteursinformatie |
Sinds 22 december 2009 is de Waterwet van kracht. Sinds deze datum is integraal waterbeheer in het nationale recht verankerd. Deze bijdrage richt zich op de integratie ten aanzien van vergunningverlening en handhaving. Wanneer voor een samenstel van handelingen voor meerdere onderdelen een vergunning noodzakelijk is, geldt als uitgangspunt dat één integrale watervergunning wordt verleend. De Waterwet biedt echter de mogelijkheid om een uitzondering te maken ten aanzien van dit uitgangspunt en afzonderlijke watervergunningen te verlenen. In deze bijdrage geeft de auteur aan dat deze uitzonderingsmogelijkheid niet onbeperkt is.Bij een samenstel van handelingen kan het voorkomen dat meerdere bestuursorganen de bevoegdheid om op een vergunningaanvraag te beslissen toebedeeld hebben gekregen. In deze gevallen is sprake van samenloop van bevoegdheden. In de lijn met het uitgangspunt van één integrale watervergunning kent de Waterwet als uitgangspunt dat slechts één bestuursorgaan het bevoegde gezag is. Om vast te houden aan de gedachte van één bevoegd gezag is voor deze gevallen van samenloop van bevoegdheden de samenloopregeling in de Waterwet opgenomen. Op grond van deze samenloopregeling wordt bepaald welk van de bestuursorganen in het concrete geval bevoegd gezag is. |
Boekbespreking |
Ieder voor zich en de natuur voor ons allenOver de relatie tussen mens en natuur en de toekomst van het natuurbeschermingsrecht |
Auteurs | Prof. mr. G.A. Biezeveld |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een bespreking van de oratie van prof. dr. C.J. Bastmeijer, Ieder voor zich en de natuur voor ons allen. Over de relatie tussen mens en natuur en de toekomst van het natuurbeschermingsrecht, bij de aanvaarding van het ambt van hoogleraar in het natuurbeschermings- en waterrecht aan de Universiteit van Tilburg op 31 maart 2010. |