|
Nederlands tijdschrift voor Europees recht
Meer op het gebied van Europees recht en mededingingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
Aansprakelijkheid moeder en recidiveRechter eist zorgvuldigheid bij toepassen mededingingsrechtelijk ondernemingsbegrip |
Trefwoorden | aansprakelijkheid, recidive, motiveringsbeginsel, ondernemingsbegrip, Akzo presumptie |
Auteurs | Mr. P. van den Berg en Mr. A. Pliego Selie |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
De koopman van Venetië anno 2011Over terugvordering van staatssteun in de stad van de gondels |
Trefwoorden | terugvordering, steunregeling, procesbevoegdheid, begunstigden, criterium van de besloten kring |
Auteurs | Mw. mr. A.J. Metselaar, Mr. M.R. Baart en Mr. P.C. Adriaanse |
SamenvattingAuteursinformatie |
Wanneer de Europese Commissie de terugvordering gelast van een onrechtmatige steunregeling, is niet altijd duidelijk welke ondernemingen daardoor worden geraakt. Voor mogelijke begunstigden die zich tegen terugvordering willen verzetten kan het daardoor moeilijk zijn hun procespositie te bepalen. Daarnaast moet worden vastgesteld wie beslist welke ondernemingen het door hen genoten voordeel daadwerkelijk moeten terugbetalen. In een arrest uit de zomer van 2011 heeft het Hof van Justitie hierover duidelijkheid verschaft. Alle ondernemingen die het risico lopen de steun te moeten terugbetalen, zijn voor de Europese rechters procesbevoegd. De nationale autoriteiten stellen vervolgens vast welke ondernemingen daadwerkelijk door terugvordering worden getroffen. |
Artikel |
De inroepbaarheid van het Handvest voor de Europese en nationale rechter |
Trefwoorden | handvest, grondrechten, rechtsbescherming |
Auteurs | Mr. T. Nauta |
SamenvattingAuteursinformatie |
Met het juridisch bindend worden van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie bestaat er in het recht van de Europese Unie een nieuwe verplichting om grondrechten te eerbiedigen. De duidelijkheid wanneer justitiabelen daadwerkelijk in rechte een beroep op het Handvest kunnen doen, laat echter nog te wensen over. Deze bijdrage bespreekt te maken keuzes en gaat in op daaraan ten grondslag liggende overwegingen en mogelijke consequenties. |
Artikel |
Hof van Justitie beperkt mogelijke ‘space to think’ voor de EU-instellingen onder de Eurowob |
Trefwoorden | Eurowob, toegang tot documenten, interne documenten, space to think, bescherming van het besluitvormingsproces |
Auteurs | Mr. H.R. Kranenborg |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Hof van Justitie buigt zich over de uitzondering op het recht op toegang tot documenten die het besluitvormingsproces van de EU-instellingen beoogt te beschermen. Deze uitzondering is door de instellingen ingeroepen om toegang tot interne documenten te weigeren en zodoende een zogenoemde ‘space to think’ te verzekeren: een ruimte voor de Europese overheidsorganen voor interne reflectie, zonder (ongevraagde) invloed van buitenaf. Voor situaties waarin een besluit al is genomen, legt het Hof van Justitie de lat voor een geslaagd beroep op de uitzondering hoog, ten aanzien van de situatie voordat een besluit is genomen biedt de uitspraak geen uitsluitsel. Helemaal uitgebannen wordt de ‘space to think’ vooralsnog niet. |
Artikel |
Brüstle: embryonale fout met grote gevolgen |
Trefwoorden | menselijke embryo’s, octrooieerbaarheid, richtlijn 98/44/EG, artikel 6 lid 2 onder c, menselijke waardigheid |
Auteurs | Prof. mr. H. Somsen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Richtlijn 98/44/EG verplicht lidstaten biotechnologische uitvindingen door middel van het octrooirecht te beschermen. De octrooieerbaarheid van dergelijke uitvindingen is echter controversieel. Allereerst zijn de traditionele vereisten voor het verkrijgen van een octrooi (nieuw, inventieve stap, industrieel toepasbaar) slechts moeizaam verenigbaar met biologisch materiaal dat doorgaans in de natuur al voorhanden is. Daarnaast bestaan ethische en morele bezwaren tegen zowel het idee als zodanig dat (menselijke) levende materie het onderwerp zou kunnen zijn van eigendomsrechten, als tegen de gevolgen van dergelijke octrooien. Tot die laatste categorie behoort ook het gebruik en dus vernietiging van menselijke embryo’s voor industriële doeleinden.Om tegemoet te komen aan dergelijke bezwaren bepaalt de richtlijn in artikel 6 lid 1 dat uitvindingen waarvan de commerciële exploitatie strijdig zou zijn met de openbare orde of met de goede zeden van octrooieerbaarheid worden uitgesloten. Lid 2 maakt onder (c) duidelijk dat hieronder in ieder geval het gebruik van menselijke embryo’s voor industriële of commerciële doeleinden moet worden verstaan.In zaak C-34/10, Brüstle/Greenpeace, heeft het Hof van Justitie zich moeten uitlaten over de betekenis van het begrip ‘menselijk embryo’. Het antwoord op die vraag bepaalt de reikwijdte van de ethische uitzondering van artikel 6 lid 2 onder c, en daarmee wellicht de verdere ontwikkeling van stamceltherapie, waarbij door middel van het gebruik van embryo’s geneesmethodes worden ontwikkeld voor neurologische aandoeningen zoals de ziekte van Parkinson. |