Ook bij twijfel of sprake is van een dreigend milieurisico dient een ongewoon voorval zo spoedig mogelijk te worden gemeld. |
StAB
Meer op het gebied van Bestuursrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
De Erfgoedwet als opvolger van de Monumentenwet 1988 |
Auteurs | Johan Teters |
Nieuwe beroepsgronden in strijd met de goede procesorde, nu deze zijn ingediend later dan drie weken nadat de StAB om advies is verzocht. |
Aardbevingen zijn aan te merken als emissies in de zin van de Wet milieubeheer. |
Jurisprudentie |
ABRvS 21 oktober 2015, nr. 201502908/1/A4 (gs Zuid-Holland/omgevingsvergunning) (ECLI:NL:RVS:2015:3238) |
Auteurs | Valérie van ’t Lam |
Samenvatting |
Ondanks de grote afstand tussen woning en inrichting kan appellant – gelet op de aard van het geluid en de plaatselijke situatie – milieugevolgen van de inrichting ondervinden. Appellant is belanghebbende. |
Appellant heeft geen belang meer bij de invordering van de dwangsommen nu de overtreding is beëindigd. |
Jurisprudentie |
Vz. ABRvS 6 november 2015, nr. 201507651/1/R2 (gs Gelderland/meldingsbevestiging) (ECLI:NL:RVS:2015:3491) |
Auteurs | Marieke Kaajan |
Samenvatting |
Een meldingsbevestiging naar aanleiding van de Regeling pas is niet op rechtsgevolg gericht en derhalve geen besluit in de zin van de Awb. |
Wettelijk verbod op het houden en doden van pelsdieren voor de productie van bont was voorzienbaar. Inbreuk op eigendom is proportioneel, geen ontbreken van fair balance. |
Voorschriften uit het Activiteitenbesluit kunnen niet worden gebruikt om te concluderen dat geen sprake is van belangrijke nadelige gevolgen zodat geen MER hoeft te worden opgesteld. |
Jurisprudentie |
ABRvS 25 november 2015, nr. 201409634/1/A4 (Oldenzaal/bestuursdwang) (ECLI:NL:RVS:2015:3613) |
Auteurs | Roel Becker en Valérie van ’t Lam |
Samenvatting |
Uitzondering in Activiteitenbesluit voor stemgeluid van kinderen is niet beperkt tot de schoolgaande kinderen, maar heeft betrekking op alle kinderen. |
Jurisprudentie |
ABRvS 25 november 2015, nr. 201503368/1/R2 (gs Fryslân/omgevingsvergunning) (ECLI:NL:RVS:2015:3591) |
Auteurs | Marieke Kaajan |
Samenvatting |
Conclusie dat Natura 2000-gebied niet zal worden aangetast, kan alleen worden gebaseerd op objectieve verifieerbare gegevens, verkregen uit (nader) onderzoek. |
De reikwijdte van de zorgplicht die in acht moet worden genomen, wordt bepaald door de concrete voorschriften en beperkingen die aan de vergunning zijn verbonden. |
Uit oogpunt van proceseconomie blijven de gevolgen voor Belgische Natura 2000-gebieden buiten inhoudelijke behandeling. Geen aanleiding voor nader Bibob-onderzoek. Verdrag van Aarhus en mer-richtlijn verzetten zich niet tegen voorwaarde voor instellen beroep dat zienswijzen naar voren moeten zijn gebracht. |
Geen sprake van een IPPC-installatie nu de maximaal realiseerbare productiecapaciteit bij vergunningvoorschrift wordt begrensd en wordt gewaarborgd door een controlevoorschrift. |
Er is (vermoedelijk) sprake van een zakelijk samenwerkingsverband met personen die strafbare feiten hebben begaan. Vergunning terecht geweigerd. |
Perifere detailhandel. Ladder duurzame stedelijke ontwikkeling. Concurrenten. Ontvankelijkheid. Relativiteitsbeginsel. |
Relativiteitsbeginsel. Gemeentelijk monument. Erfgoedverordening. Welstandsnota. Wabo. Bestuurlijke lus. Nader advies. Geen herstel gebrek. |
Geluid. Loonbedrijf. Akoestisch onderzoek. Representatieve invulling. |
Supermarkt. Ladder duurzame stedelijke ontwikkeling. Relativiteitsbeginsel. |
Geluidnormering in planregels. Kavelemissies. Onzorgvuldig onderzoek. |
Ruimtelijke uitstraling. Voorwaardelijke verplichting. Geluid. Bronvermogen. Representatieve situatie. Grenswaarde binnen woning. Activiteitenbesluit. Maatwerkvoorschriften. Binnenniveau. |
Beperken diersoorten en dieraantallen. Norm van 300 Nge. Activiteitenbesluit. Toetsing aan normen geurverordening. Uitbreiding veestapel. Planregels doorkruisen wettelijk stelsel en zijn in strijd met goede ruimtelijke ordening. Gezondheid. Minimale afstand van 100 m tussen veehouderijen en recreatieve functies. |
Zomerhuisje. Toepassing Bor. Gebruik van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan. |
Jurisprudentie |
ABRvS 2 december 2015, nr. 201503151/1/A1 (Sluis/weigering omgevingsvergunning) (ECLI:NL:RVS:2015:3695) |
Auteurs | Tonny Nijmeijer |
Samenvatting |
Speelautomatenhal. Exploitatievergunning. Criterium uitvoerbaarheid bij verlening omgevingsvergunning. |
Omgevingsvergunningen onbemand tankstation. Veranderen inrichting. Verplaatsen ondergrondse brandstoftanks. Reguliere of uitgebreide voorbereidingsprocedure. Vergunning van rechtswege en ontvankelijkheid. Strijdigheid met bestemmingsplan. Onlosmakelijkheid. |
Jurisprudentie |
ABRvS 16 december 2015, nr. 201501504/1/R3 (Hendrik-Ido-Ambacht/bestemmingsplan 'Ambachtsezoom') (ECLI:NL:RVS:2015:3887) |
Auteurs | Daniëlle Roelands-Fransen |
Samenvatting |
Bedrijventerrein. Ontvankelijkheid. Ladder duurzame stedelijke ontwikkeling. Provinciale verordening. Behoefte. |
Normaal maatschappelijk risico, vergoedbaarheid nadeel dat niet bestaat uit waardedaling van een woning. |
Normaal maatschappelijk risico, lijn der verwachting, niet gerealiseerde uitgewerkte bestemming. |
Normaal maatschappelijk risico, aard en omvang. |
Jurisprudentie |
ABRvS 25 november 2015, nr. 201504022/1/A2 (Deventer/planschade) (ECLI:NL:RVS:2015:3626) |
Auteurs | Berthy van den Broek |
Samenvatting |
Normaal maatschappelijk risico, verwevenheid opeenvolgende planologische maatregelen. |
Schadebeperkend handelen. Omvang brutowinstderving. Referentieperiode. |