Op 1 juli 2014 zijn de Richtsnoeren staatssteun ten behoeve van milieubescherming en energie 2014-2020 (hierna: de Richtsnoeren) in werking getreden. ( Pb. EU 2014, C 200/01). De Richtsnoeren vervangen de Richtsnoeren inzake staatssteun voor milieubescherming uit 2008 ( Pb. EU 2008, C/82/01). (hierna: de Richtsnoeren 2008). Dit artikel geeft een overzicht van de Richtsnoeren en belicht de belangrijkste verschillen met de Richtsnoeren 2008. |
Markt & Mededinging
Meer op het gebied van Europees recht en mededingingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
Intel: het einde van de effects-based approach? |
Auteurs | Mr. Erik Pijnacker Hordijk |
Auteursinformatie |
Artikel |
De nieuwe richtsnoeren staatssteun milieubescherming en energie |
Trefwoorden | Richtsnoeren, staatssteun, energie, milieubescherming, concurrerende inschrijvingsprocedure |
Auteurs | Mr. Stephanie Dielemans-Goossens en Mr. drs. Jan Erik Janssen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Column |
Economie in de rechtbank |
Auteurs | Prof. dr. Maarten Janssen |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
Prijsvorming onder de paraplu van het kartel: aansprakelijkheid van karteldeelnemers voor schade door ‘ umbrella pricing’? |
Trefwoorden | Kartelschade, umbrella-effecten, umbrella pricing, schadevergoeding, private handhaving |
Auteurs | Mr. Rogier Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 5 juni 2014 heeft het Hof van Justitie zich uitgelaten over schadevergoeding in verband met umbrella-effecten. Het gaat daarbij om schade die wordt geleden door afnemers van producenten die niet hebben deelgenomen aan het kartel maar die hun prijzen als gevolg van het kartel op een hoger niveau hebben vastgesteld dan zonder dit kartel het geval zou zijn geweest. Naar Oostenrijks recht is verhaal van dit type schade niet mogelijk. Het Hof van Justitie overweegt dat deze categorische uitsluiting van de mogelijkheid tot schadevergoeding niet is toegestaan. |
Jurisprudentie |
Brink’s Nederland B.V. – Geldservice Nederland B.V.ACM-Besluit op bezwaar d.d. 3 juli 2014, zaak 7512, inzake het bezwaarschrift van Brink’s Nederland B.V. tegen het besluit van ACM van 3 juni 2013 tot afwijzing van de aanvraag om toepassing van artikel 56 lid 1 Mw |
Trefwoorden | ACM, mededingingsbeperkend, Brink’s geldtransport, artikel 6 en 24 Mw |
Auteurs | Mr. Cees Dekker |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze zaak gaat de ACM naar aanleiding van een klacht van geldtransporteur Brink’s na of een samenwerking door ABNAMRO, ING en Rabobank op het gebied van geldverwerking en (de inkoop van) geldtransport in strijd is met artikel 6 en 24 Mw en 101 en 102 VWEU. Daar waar in het primaire besluit nog werd uitgegaan van een mededingingsbeperkende overeenkomst voor wat betreft de samenwerking op het gebied van de inkoop van geldtransport, maar deze volgens de ACM voldeed aan de criteria van artikel 6, lid 3, Mw, oordeelt de ACM in het besluit op bezwaar dat ook dit deel van de samenwerking niet mededingingsbeperkend is. Het besluit op bezwaar bevat een aantal belangwekkende oordelen, waar de auteur kanttekeningen bij plaatst. |
Jurisprudentie |
Samsung en Motorola: controversiële duidelijkheid in FRAND-zakenBesluiten van de Commissie van 29 april 2014, zaken AT.39985 en AT.39939 |
Trefwoorden | Samsung, Motorola, FRAND, standaard essentiële octrooien, misbruik van machtspositie |
Auteurs | Mr. Pepijn van Ginneken en Mr. Peyma Sholeh |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 29 april 2014 heeft de Europese Commissie twee besluiten genomen in de zaken Motorola en Samsung. Samsung en Motorola hebben volgens de Europese Commissie misbruik gemaakt van hun machtspositie door gerechtelijke procedures te starten tegen Apple. Beide partijen hadden zich ertoe verplicht de door hun gehouden standaard essentiële octrooien aan te bieden op FRAND-voorwaarden en Apple was bereid de licentie te nemen tegen FRAND-voorwaarden. De Commissie heeft met deze besluiten de omstandigheden waaronder de gedragingen van SEP-houders misbruik kunnen vormen uiteengezet. In deze annotatie worden de twee meest controversiële en interessante onderdelen uit deze besluiten besproken. |
Recent |
De (definitieve) richtlijn betreffende schadevorderingen wegens mededingingsinbreuken |
Trefwoorden | Richtlijn betreffende schadevorderingen wegens mededingingsinbreuken, Kartelschade, Private handhaving van het mededingingsrecht, Courage/Crehan, Passing-on |
Auteurs | Mr. Tim Raats |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 17 april 2014 heeft het Europees Parlement de Richtlijn betreffende schadevorderingen wegens mededingingsinbreuken aangenomen. Deze richtlijn vormt het sluitstuk van een traject dat reeds in 2001 is ingezet met het Courage/Crehan-arrest. In deze signalering staat de definitieve tekst van de richtlijn centraal. Na een korte bespreking van de inhoud van de richtlijn gaat de signalering met name in op de wijzigingen van de definitieve tekst van de richtlijn ten opzichte van het in 2013 gepubliceerde richtlijnvoorstel. |