In deze bijdrage wordt aan de hand van de eerste gepubliceerde strafrechtelijke veroordeling voor het overtreden van de Houtverordening en een bespreking van overige handhavingszaken een inkijk gegeven in de handhavingspraktijk van deze wetgeving. Ook wordt bezien of uit deze handhavingspraktijk lessen kunnen worden getrokken. Tegen die achtergrond worden de verplichtingen uit de nieuwe IMVO-wetsvoorstellen en mogelijkheden tot bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhaving van die wetten uiteengezet. Deze voorstellen zetten in op due diligence in de bedrijfsketen op het gebied van milieu en mensenrechten, waaronder dwangarbeid. Een goede afstemming tussen het bestuursrechtelijke en strafrechtelijke handhavingsstelsel voor handhaving op maat is daarbij gewenst. |
Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht
Meer op het gebied van Strafrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Voorwoord |
Voorwoord |
Van de redactie |
Vernieuwing |
Artikel |
Hoe handhaafbaar wordt de nieuwe IMVO-wetgeving en welke lessen biedt de handhavingspraktijk van de Europese Houtverordening? |
Trefwoorden | maatschappelijk verantwoord ondernemen, handhaving, Houtverordening, due diligence, mensenrechten en milieu |
Auteurs | Mr. S.A. (Shanne) Verkerk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Reactie op Duijst (NTS 2022/06): Geweldhandelingen tegen het hoofd |
Trefwoorden | feiten van algemene bekendheid, geweld tegen het hoofd, aanmerkelijke kans |
Auteurs | Drs. D. (Daan) Botter, Drs. P.M.I. (Pieter) Van Driessche en Prof. dr. ir. C.E.H. (Charles) Berger |
SamenvattingAuteursinformatie |
In ‘Feiten van algemene bekendheid betreffende geweldhandelingen tegen het hoofd’ betoogt prof. Duijst dat rechters te gemakkelijk gebruik maken van ‘feiten van algemene bekendheid’ om tot een bewezenverklaring te komen. Het artikel suggereert dat de risico’s van geweld tegen het hoofd daarbij te hoog zouden worden ingeschat. |
Naschrift |
Naschrift bij ‘Reactie op Duijst (NTS 2022/06): Geweldhandelingen tegen het hoofd’ |
Auteurs | Prof. mr. dr. W.L.J.M. (Wilma) Duijst |
Auteursinformatie |
Artikel |
Kansgrootte en ervaringsregels bij voorwaardelijk opzet |
Trefwoorden | aanmerkelijke kans, risicocomponent, uiterlijke verschijningsvorm, kansinschatting, geweld tegen hoofd |
Auteurs | Mr. R. (Rob) ter Haar en Mr. S.E. (Sabine) van den Brink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naar aanleiding van D. Botter, P.M.I. Van Driessche, C.E.H. Berger, ‘Reactie op Duijst (NTS 2022/06): Geweldshandelingen tegen het hoofd’, NTS 2023/04 en een uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 1 juli 2022 (ECLI:NL:RBAMS:2022:3865) gaan de auteurs nader in op het verschil van mening tussen Duijst en de auteurs van het NFI, maar staan zij ook in meer algemene zin stil bij het leerstuk voorwaardelijk opzet en dan met name het belang en invulling van het begrip ‘aanmerkelijke kans’. Zij concluderen dat, hoewel Duijst een punt heeft, de soep niet zo heet behoeft te worden gegeten als zij wordt opgediend. |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/07HR 17 januari 2023, 21/01940, ECLI:NL:HR:2023:39 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/08HR 24 januari 2023, 19/03845, ECLI:NL:HR:2023:91 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/09HR 24 januari 2023, 21/03936, ECLI:NL:HR:2023:84 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/10HR 24 januari 2023, 21/00984, ECLI:NL:HR:2023:68 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/11HR 10 januari 2023, 21/01535, ECLI:NL:HR:2023:4 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/12HR 10 januari 2023, 21/01304, ECLI:NL:HR:2023:20 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/13HR 20 december 2022, 21/01822, ECLI:NL:HR:2022:1896 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/14HR 20 december 2022, 21/01954, ECLI:NL:HR:2022:1862 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/15HR 13 december 2022, 21/03186, ECLI:NL:HR:2022:1860 |
Actualiteiten rechtspraak |
NTS 2023/16HR 13 december 2022, 21/01438, ECLI:NL:HR:2022:1854 |