De vergaande overheidsbemoeienis in het kader van de overnamestrijd rondom Alstom en AstraZeneca roept de vraag op of er in een Europese context juridisch gezien nog ruimte is voor een industriebeleid dat is gericht op het creëren, ondersteunen of beschermen van European en national champions. In dit artikel wordt deze vraag benaderd vanuit de Europese concentratiecontroleregels. Voor zover het gewenste beleid niet reeds op grond van de materiële toets in de CoVo kan worden verwezenlijkt, wordt ingegaan op de vraag welke mechanismen de CoVo bevat om te bepalen of, en zo ja, wanneer de mededinging in dat verband zou moeten wijken. |
Markt & Mededinging
Meer op het gebied van Europees recht en mededingingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
Over de motivering van een wetsvoorstel |
Auteurs | Cees Dekker |
Auteursinformatie |
Artikel |
National en European champions: moet een hierop gericht industriebeleid onder de Europese concentratiecontroleregels als illusoir worden beschouwd? |
Trefwoorden | National en European champions, industriebeleid, concentratiecontrole, gewettigde belangen |
Auteurs | Pim Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Pleiten, schikken of slikkenEen economische analyse van de Richtlijn inzake schadevorderingen bij inbreuken op het mededingingsrecht |
Trefwoorden | Richtlijn inzake schadevorderingen, schadevergoeding, boetes, civielrechtelijke handhaving, bestuursrechtelijke handhaving |
Auteurs | Peter van Wijck en Jan Kees Winters |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Richtlijn inzake schadevorderingen beoogt de ‘civielrechtelijke handhaving’ van het mededinginsgrecht te bevorderen door schadevergoedingsacties te stimuleren. De schade die door (met name) een kartel is veroorzaakt, dient geheel te worden vergoed. Economisch gezien betekent dit een extra financiële belasting bovenop de bestuursrechtelijke boete. Het lijkt dan aannemelijk dat de afschrikwekkende werking op kartelgedrag wordt vergroot. Of dat zo is, hangt af van diverse factoren, zoals de boete, pakkans, mogelijkheid tot schikken en de kans op het feitelijk verkrijgen van een schadevergoeding. |
Column |
Het internet, passieve verkoop en films |
Auteurs | Paul Glazener |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
Huawei/ZTE, een nieuwe standaard in FRAND-zaken?Uitspraak van het Hof van Justitie van 16 juli 2015, zaak C-170/13, Huawei/ZTE, n.n.g. |
Trefwoorden | octrooi, misbruik van machtspositie, FRAND, licentie |
Auteurs | Pepijn van Ginneken en Gaëlle Béquet |
SamenvattingAuteursinformatie |
Standaard-essentiële octrooien (‘SEP’s’) zijn octrooien die essentieel zijn voor de toepassing van een bepaalde industriestandaard. Van SEP-houders wordt doorgaans vereist dat zij zich ertoe verbinden hun SEP’s onder fair, reasonable and non-discriminatory (FRAND) voorwaarden in licentie te geven. Het Hof van Justitie bepaalde dat een SEP-houder die een FRAND-verklaring heeft afgelegd, misbruik maakt van zijn machtspositie indien hij zijn SEP handhaaft zonder de vermeende inbreukmaker de mogelijkheid te geven om een FRAND-licentie te nemen. Met dit arrest geeft het Hof van Justitie duidelijkheid over de stappen die van de SEP-houder en de licentienemer worden verwacht tijdens FRAND-onderhandelingen. |
Jurisprudentie |
Markt en Overheid gestrand in het zicht van de Aanloophaven?Besluit ACM d.d. 29 mei 2015, artikel 70c lid 1 aanhef en onder a Mededingingswet (Aanloophaven Zeewolde) |
Trefwoorden | Wet markt en overheid, verklaring voor recht, algemeen belang besluit, terugwerkende kracht |
Auteurs | Paul Kreijger |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het eerste besluit van ACM sinds het volledig in werking treden van de Wet markt en overheid verklaart zij voor recht dat de gemeente Zeewolde in strijd heeft gehandeld met het gebod van kostendoorberekening (art. 25j Mw) bij de verhuur van ligplaatsen in de ‘Aanloophaven’. De gemeente probeert ACM de wind uit de zeilen te nemen door een algemeenbelangbesluit te nemen op grond van artikel 25h lid 6 Mw. De intrigerende vraag is of dat ook met terugwerkende kracht tot 1 juli 2014 kan, zoals de gemeente stelt en ACM – begrijpelijkerwijze – betwist. |
Boekbespreking |
Tjarda van der Vijver, Objective Justification and Prima Facie Anti-Competitive Unilateral Conduct: An Exploration of EU Law and Beyond (Leiden, 2014) |
Auteurs | Erik Pijnacker Hordijk |
Auteursinformatie |