Art. 3:323 lid 1 BW schrijft voor dat een pand- of hypotheekrecht tenietgaat door verjaring van de gezekerde vordering. In de hier besproken zaak oordeelde de Hoge Raad dat de redelijkheid en billijkheid in de verhouding tussen de derdenpandgever en de schuldeiser-pandhouder aan het rechtsgevolg van art. 3:323 lid 1 BW in de weg stond. In zijn analyse van het arrest bespreekt de auteur of ook onaanvaardbaarheid van het beroep op verjaring in de verhouding schuldenaar-schuldeiser het rechtsgevolg van tenietgaan van het pandrecht zou moeten kunnen verhinderen. |
Maandblad voor Vermogensrecht
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
Tenietgaan van pandrecht na verjaring gezekerde vordering verhinderd door de redelijkheid en billijkheid?HR 28 november 2014, ECLI:NL:HR:2014:3463 |
Trefwoorden | pand/pandrecht, hypotheek/hypotheekrecht, verjaring, redelijkheid en billijkheid, tenietgaan van beperkte rechten |
Auteurs | Mr. H.M. van Kessel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Relativiteitsperikelen: Wet wapens en munitie geen schild tegen concrete (vermogens)schade? |
Trefwoorden | overheidsaansprakelijkheid, relativiteitsbeginsel, schadevergoeding, aansprakelijkheid |
Auteurs | Mr. R. Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 4 februari 2015 heeft de Rechtbank Den Haag vonnis gewezen in de procedure die was aangespannen door slachtoffers van het schietincident in Alphen aan den Rijn tegen de politieregio Hollands Midden. De rechtbank oordeelde dat de politieregio in strijd handelde met de Wet wapens en munitie maar niet aansprakelijk is jegens de slachtoffers omdat niet aan het relativiteitsvereiste is voldaan. In deze bijdrage wordt het vonnis van de rechtbank besproken en worden er enkele kanttekeningen geplaatst bij het (relativiteits)oordeel van de rechtbank. |
Artikel |
Bestuursrechtelijke handhaving in faillissement |
Trefwoorden | faillissement, curator, handhaving, boedelschuld |
Auteurs | Mr. drs. M. Moeliker |
SamenvattingAuteursinformatie |
Na faillietverklaring kan een bestuursorgaan handhavend optreden tegenover de curator. Aan de hand van recente bestuursrechtelijke en civielrechtelijke jurisprudentie wordt in deze bijdrage ingegaan op de vraag hoe uit bestuursrechtelijke handhaving voortvloeiende vorderingen in het faillissement dienen te worden gekwalificeerd: boedelschuld, concurrente vordering of niet-verifieerbare vordering? |
Artikel |
Uitleg van een derdenbeding in een verzekeringspolisEnkele beschouwingen naar aanleiding van HR 19 april 2013, NJ 2013/239 (Alheembouw/HDI-Gerling) |
Trefwoorden | uitleg, contract, derdenbeding, verzekering, polisvoorwaarden |
Auteurs | Mr. dr. P.S. Bakker |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt aan de hand van het arrest HR 19 april 2013, NJ 2013/239 (Alheembouw/HDI-Gerling) de vraag behandeld hoe ten opzichte van de in de jurisprudentie ontwikkelde gevalstypen van contractsuitleg de uitleg van een derdenbeding in een verzekeringsovereenkomst te plaatsen is. Wanneer is van zo’n beding sprake en welke uitlegmaatstaf moet hierbij worden gehanteerd? |