In 2001 oordeelde de Hoge Raad dat bij onenigheid over de omvang van een overgedragen onroerende zaak of de vestiging van een beperkt recht, de notariële akte moet worden uitgelegd aan de hand van objectieve maatstaven. Op die wijze van uitleg is in de literatuur kritiek geuit, die de Hoge Raad vooralsnog geen aanleiding heeft gegeven om op zijn oordeel terug te komen. Twee zaken waarin de uitleg van een notariële leveringsakte aan de orde kwam, werden begin dit jaar afgedaan met art. 81 Wet RO. De ‘objectieve uitleg’ van een notariële vestigingsakte werd nogmaals bevestigd in een arrest van 22 oktober jongstleden. In dit artikel pleit de auteur voor herbezinning op de wijze van uitleg van notariële akten. |
Maandblad voor Vermogensrecht
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
Uitleg van leverings- en vestigingsakten; een herbezinning waard? |
Trefwoorden | objectieve uitleg, Haviltex, leveringsakte, vestigingsakte, wils-vertrouwensleer |
Auteurs | Mr. P. Memelink |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Vormerkung en derdenbeslag op de koopsomHR 8 oktober 2010, LJN BN1252 (Van den Berg/Bernhard) |
Trefwoorden | Vormerkung,, art. 7:3 lid 3 sub f BW, derdenbeslag, beslag op koopsom, verkoop registergoed |
Auteurs | Mr. J. de Bie Leuveling Tjeenk |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit is het tweede arrest van de Hoge Raad over de Vormerkung van art. 7:3 BW. De Hoge Raad beslist dat de koper van een registergoed die de koop heeft laten inschrijven in de openbare registers alleen wordt beschermd in de gevallen die expliciet worden genoemd in het derde lid van art. 7:3 BW. Het geval van derdenbeslag onder de koper op de koopsom valt niet onder de limitatieve opsomming van dit derde lid. Dit betekent dat een koper die in weerwil van een onder hem gelegd derdenbeslag de volledige koopsom aan de notaris betaalt, ten tweede male moet betalen, nu aan de beslaglegger. De Hoge Raad lijkt en passant de mogelijkheid van derdenbeslag onder de koper op de koopsom te hebben aanvaard. |
Artikel |
De bijzondere zorgplicht bij de opzegging van kredietovereenkomsten – zijn de zeven vette jaren van Rabobank/Aarding voorbij? |
Trefwoorden | kredietopzegging, redelijkheid en billijkheid, zorgplicht, proportionaliteit en subsidiariteit |
Auteurs | Mr. P.S. Bakker en Mr. dr. D. Haas |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ruim zeven jaar geleden wees het Hof Arnhem het arrest Rabobank/Aarding (JOR 2003, 267). In dit arrest oordeelde het hof onder meer dat de bijzondere zorgplicht van banken met zich brengt dat een kredietopzegging ten minste moet voldoen aan eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. In dit artikel wordt geconstateerd dat het hof daarmee een onjuiste maatstaf heeft gehanteerd ter beoordeling van kredietopzegging. Tevens wordt de invloed van art. 2 van de algemene bankvoorwaarden op de invulling van de wel te hanteren maatstaf besproken en wordt stilgestaan bij het fenomeen van de bijzondere zorgplicht. |
Artikel |
De assurantietussenpersoon en het verbod op provisie |
Trefwoorden | provisieverbod, beloning assurantietussenpersoon, belangenverstrengeling, oneerlijke handelspraktijken, verzekeringsovereenkomst |
Auteurs | Mr. S.Y.Th. Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Recent heeft de minister van Financiën voorgesteld om voor bepaalde verzekeringsproducten een provisieverbod te introduceren. De ratio achter dit voorstel is dat voorkomen moet worden dat er prikkels voor de assurantietussenpersoon zijn om niet alleen in het belang van de klant te handelen. De regeling omtrent belangenverstrengeling, zoals neergelegd in art. 7:417 en 7:418 BW, en de regeling omtrent oneerlijke handelspraktijken (afd. 6.3.3A BW), leggen al de verplichting op de tussenpersoon om de klant te informeren over eigen belangen bij de totstandkoming van de verzekeringsovereenkomst. Een mogelijke belangenverstrengeling is geen probleem, mits de tussenpersoon hierover maar transparant is. Deze bepalingen bieden al meer soelaas dan gedacht. |