Nts_2666-6553_2020_035_001
Rss

Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht

Meer op het gebied van Strafrecht

Over dit tijdschrift  

Meld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.

Aflevering 2, 2024 Alle samenvattingen uitklappen
Voorwoord

Voorwoord

Artikel

Executieperikelen na de Wet USB (2/2)

Tips en tricks voor de berechting ten behoeve van een betere tenuitvoerlegging

Trefwoorden CJIB als ketenregisseur, strafrechtelijke tenuitvoerlegging/executie, bezwaar omzetting taakstraf, toezichtsopdrachten bij bijzondere voorwaarden en artikel 38v Sr, vordering tot tenuitvoerlegging (tul)
Auteurs Mr. N. (Nienke) Seijlhouwer-de Visser en Mr. S.G.H. (Sebastian) van Krugten
SamenvattingAuteursinformatie

    Deel 2 van een tweeluik.
    Sinds de inwerkingtreding van de Wet USB op 1 januari 2020 voert het CJIB de regie op de executieketen. Hierdoor is zicht ontstaan op diverse knelpunten. In dit deel worden de perikelen rondom een bezwaar tegen een omzetting taakstraf besproken vanuit executieperspectief, waarbij ook vooruit wordt gekeken naar nieuwe wetgeving. Voorts wordt stilgestaan bij (het verschil tussen) toezichtsopdrachten in het kader van bijzondere voorwaarden bij een voorwaardelijk strafdeel en de maatregel van artikel 38v Sr. Tot slot wordt aandacht besteed aan de vorderingen tot tenuitvoerlegging van (dadelijk uitvoerbare) algemene of bijzondere voorwaarden (tullen).


Mr. N. (Nienke) Seijlhouwer-de Visser
Mr. N. Seijlhouwer-de Visser is als extern zaakregisseur werkzaam bij het CJIB.

Mr. S.G.H. (Sebastian) van Krugten
Mr. S.G.H van Krugten is als extern zaakregisseur werkzaam bij het CJIB en als docent straf(proces)recht verbonden aan de Hanzehogeschool Groningen.
Artikel

Access_open Poging en het begin van uitvoering: heeft de uiterlijke verschijningsvorm nog relevantie…?

Trefwoorden poging, Begin van uitvoering, Uiterlijke verschijningsvorm, Cito-formule
Auteurs Prof. mr. dr. lic. A.J. (Ad) Machielse en Mr. R. (Rob) ter Haar
SamenvattingAuteursinformatie

    De vraag wanneer een gedraging voldoende dicht tegen voltooiing van een delict aanzit om als poging te kunnen worden bestempeld is niet eenvoudig te beantwoorden. Sinds jaar en dag wordt deze beantwoord middels de bekende ‘Cito-formule’: Gedragingen zijn als een begin van uitvoering van het voorgenomen misdrijf aan te merken "als zij naar haar uiterlijke verschijningsvorm moeten worden beschouwd als te zijn gericht op de voltooiing van het misdrijf". Deze formule is echter te algemeen en geeft daarmee onvoldoende richting om in moeilijke zaken te kunnen bepalen of reeds sprake is van zo’n begin van uitvoering. In dit artikel wordt getracht een alternatieve en betere formule voor het pogingsleerstuk te verschaffen. Op grond van m.n. de ratio van de poging, rechtspraak van de Hoge Raad en buitenlands recht is een op het daadplan geënt criterium (inclusief beoordelingsfactoren) geformuleerd dat inhoudt dat een verdachte in subjectief opzicht de ‘Jetzt geht es los’-drempel overschrijdt en in objectief opzicht gedragingen heeft verricht die rechtstreeks zijn gericht op en nauw verbonden zijn met het plegen van het misdrijf qua tijd, plaats en nog te verrichten gedragingen binnen de machtssfeer van de verdachte.


Prof. mr. dr. lic. A.J. (Ad) Machielse
Prof. mr. dr. lic. A.J. (Ad) Machielse is voormalig A-G bij de Hoge Raad en emeritus hoogleraar Radboud Universiteit Nijmegen.

Mr. R. (Rob) ter Haar
Mr. R. (Rob) ter Haar is voormalig docent strafrecht aan de Universiteit Utrecht en thans rechter (i.o.).
Artikel

De regels van het OM over de kennisneming van processtukken door slachtoffers nader beschouwd

Betwisting van het uitgangspunt dat een machtiging vooraf niet is vereist en de mogelijkheid tot bezwaar niet bestaat bij het weigeren van kennisneming

Auteurs Mr. N.A. (Nanouk) Schipper
SamenvattingAuteursinformatie

    Op 1 maart 2024 is de Aanwijzing slachtoffers in het strafproces in werking getreden. Deze Aanwijzing vervangt de Aanwijzing Slachtofferrechten en bevat nieuwe regels voor de kennisneming van processtukken door slachtoffers. Het Openbaar Ministerie hanteert sindsdien het uitgangspunt dat voor het weigeren van een verzoek tot kennisneming van processtukken door het slachtoffer geen machtiging van de rechter-commissaris is vereist en het slachtoffer tegen deze beslissing geen bezwaar kan maken bij de rechter-commissaris. In deze bijdrage wordt dit standpunt door de auteur betwist aan de hand van wetsgeschiedenis, jurisprudentie en literatuur.


Mr. N.A. (Nanouk) Schipper
Mr. N.A. (Nanouk) Schipper is senior juridisch adviseur bij het Landelijk Bureau Vakinhoud rechtspraak, afdeling strafrecht.
Artikel

De psyche in de rechtszaal: Over de rol van pro Justitia-rapportages in rechterlijke beslissingen over bewijs en straf in Nederland

Trefwoorden Pro Justitia-rapportage, Bewijsbeslissing, Straftoemeting, Empirisch-juridisch onderzoek, Forensische psychiatrie
Auteurs Dr. R. (Roosmarijn) van Es
SamenvattingAuteursinformatie

    In deze bijdrage wordt een overzicht gegeven van de bevindingen uit mijn proefschrift The Mind in the Courtroom: On the use of forensic mental health reports in judicial decisions about guilt and sentencing in the Netherlands. In dit proefschrift is middels verschillende empirische onderzoeksmethoden de rol van een pro Justitia-rapportage in beslissingen over bewijs en straf onderzocht. Met een systematische literatuurreview, twee experimentele vignetstudies en focusgroepen met strafrechters is gepoogd een eerste inzicht te geven in de complexe besluitvormingsprocessen over bewijs en straf in zaken waarin een Pro Justitia-rapportage aanwezig is.


Dr. R. (Roosmarijn) van Es
Dr. R. (Roosmarijn) van Es is werkzaam als universitair docent bij de afdeling Criminologie van de Universiteit Leiden.
Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/22

HR 23 april 2024, 22/04373, ECLI:NL:HR:2024:609

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/23

HR 23 april 2024, 22/01523, ECLI:NL:HR:2024:644

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/24

HR 23 april 2024, 22/00506, ECLI:NL:HR:2024:654

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/25

HR 23 april 2024, 22/00601, ECLI:NL:HR:2024:643

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/26

HR 23 april 2024, 22/02962, ECLI:NL:HR:2024:619

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/27

HR 23 april 2024, 22/04692, ECLI:NL:HR:2024:646

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/28

HR 16 april 2024, 22/04522, ECLI:NL:HR:2024:611

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/29

HR 16 april 2024, 22/03539, ECLI:NL:HR:2024:589

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/30

HR 11 juni 2024, 22/03539, ECLI:NL:HR:2024:807

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/31

HR 11 juni 2024, 22/02081, ECLI:NL:HR:2024:814

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/32

HR 11 juni 2024, 22/02081, ECLI:NL:HR:2024:803

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/33

HR 14 mei 2024, 22/01468, ECLI:NL:HR:2024:686

Actualiteiten rechtspraak

NTS 2024/34

HR 14 mei 2024, 22/03658, ECLI:NL:HR:2024:661