Tegenwoordig bestaat meer aandacht voor burgers die om uiteenlopende redenen niet goed in staat zijn om zich aan juridische normen te houden, in het bijzonder ook aan strafrechtelijke normen. Het gaat om mensen wier cognitieve vermogens tekortschieten en/of die een onderontwikkeld vermogen van zelfcontrole hebben. Deze ontwikkeling kan worden beschouwd als een zekere mate van erkenning dat de maatschappij – en de overheid in het bijzonder – medeverantwoordelijk is voor het scheppen van de bestaansvoorwaarden waaronder mensen zich kunnen ontplooien tot verantwoordelijke burgers. In dit artikel betoog ik dat deze gedeelde verantwoordelijkheid niet alleen geldt voor de ontwikkeling van de mentale capaciteiten die nodig zijn om de normen van het recht te kunnen volgen, maar ook voor het bieden van toegang aan burgers tot de materiële normen zelf. |
Boom Strafblad
Meer op het gebied van Strafrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
Excepties |
Auteurs | Prof. mr. J.H. (Jan) Crijns en Mr. T.B. (Tamara) Trotman |
Auteursinformatie |
Artikel |
Eichmann, moreel oordelen en strafuitsluitingsgrondenDe gedeelde verantwoordelijkheid voor verantwoordelijkheid |
Trefwoorden | strafrechtelijke verantwoordelijkheid, reflexieve zelfcontrole, morele en juridische normen, strafuitsluitingsgronden |
Auteurs | Mr. dr. J. (Johannes) Bijlsma |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Grondslag en grenzen van noodweer(exces) |
Trefwoorden | noodweer, noodweerexces, grondslag, proportionaliteit, subsidiariteit |
Auteurs | Mr. R. (Rob) ter Haar |
SamenvattingAuteursinformatie |
Noodweer berust op een dubbele grondslag: zelfverdediging en rechtsordeverdediging. In de praktijk bestaat onduidelijkheid over de precieze verhouding tussen beide pijlers. In dit artikel wordt een aanzet gegeven die verhouding te verduidelijken, om vervolgens enkele recente moeilijke noodweerzaken te bezien in het licht van die verhouding. Tevens is getracht de grondslag van noodweerexces bloot te leggen. |
Artikel |
Noodweerexces: in het Belgisch strafrecht aanwezig in alles behalve naam? |
Trefwoorden | Noodweerexces, Noodweer, Belgisch strafrecht, Uitlokking, Dwang |
Auteurs | Dr. J. (Jeroen) De Herdt |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het Belgische strafrecht kent de figuur van noodweerexces niet. Deze problematiek wordt via andere instrumenten geregeld, in het bijzonder de onweerstaanbare dwang, de uitlokking en de verzachtende omstandigheden. Op die manier wordt een tweesporenbeleid gevolgd, waarbij de strafrechtelijke reactie afhankelijk is van de emotionele impact van de noodweersituatie op de betrokkene. In het kader van de mogelijke invoering van een nieuw Strafwetboek in België wordt wel voorzien in een bepaling inzake noodweerexces. Het gevoerde tweesporenbeleid blijft daarbij evenwel behouden. |
Artikel |
Bont en blauw: strafbaar en straffeloos geweldgebruik door de politie |
Trefwoorden | politiegeweld, ambtsinstructie, wettelijk voorschrift, noodweer, feitenonderzoek |
Auteurs | Mr. dr. M.M. (Menno) Dolman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Van de politie wordt in beginsel verlangd dat zij zich vreedzaam van haar taken kwijt. Bij de uitoefening daarvan kan zij echter geconfronteerd worden met personen die deze frustreren, en genoopt worden geweld te gebruiken. Dat levert veelal een strafbaar feit op, dus rijst de vraag hoe recht gedaan moet worden aan de omstandigheid dat geweld gebruikt werd door een overheidsfunctionaris, onder moeilijke omstandigheden. De Wet geweldsaanwending opsporingsambtenaar markeert de keuze voor een nieuw perspectief op politiegeweld. |
Artikel |
Drie modellen voor eigen schuld bij strafuitsluitingsgronden |
Trefwoorden | Culpa in causa, Actio libera in causa, Eigen schuld, Strafuitsluitingsgronden, Vollrausch |
Auteurs | Mr. R.H. (Robert) Jansen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de Nederlandse rechtspraktijk kan de rechter een beroep op een strafuitsluitingsgrond verwerpen als blijkt dat de verdachte een zekere mate van eigen schuld heeft, ondanks dat de (overige) voorwaarden zijn vervuld. In de literatuur worden bezwaren aangevoerd tegen deze pragmatische benadering en zijn alternatieve aansprakelijkheidsmodellen tot stand gekomen: eigen schuld als zelfstandig strafbaar feit en de actio libera in causa. In deze bijdrage worden beide modellen beschreven en vergeleken met de Nederlandse benadering. |
Artikel |
Het pleitbaar standpunt als bijzondere strafuitsluitingsgrond? |
Trefwoorden | Pleitbaar standpunt, Strafuitsluitingsgrond, Fiscaal boeterecht |
Auteurs | Prof. mr. G.J.M.E. (Guido) de Bont |
SamenvattingAuteursinformatie |
In 2017 heeft de strafkamer van de Hoge Raad het zogeheten ‘pleitbaar standpunt’ uit het fiscale boeterecht een plaats gegeven in de strafrechtelijke doctrine, door aan te geven op welke wijze een dergelijk verweer in het kader van de vragen ingevolge artikel 348/350 Sv dient te worden aangemerkt. In deze bijdrage wordt de meest recente jurisprudentie omtrent het pleitbaar standpunt binnen het leerstuk van opzet in het strafrecht toegelicht en wordt bezien in hoeverre het pleitbaar standpunt kan worden aangemerkt als een erkende strafuitsluitingsgrond dan wel of er argumenten bestaan om een bijzondere strafuitsluitingsgrond aanwezig te achten. |
Artikel |
(On)geschreven excepties |
Trefwoorden | Excepties, Codificatie, Strafuitsluitingsgrond, Kwalificatie-uitsluitingsgrond, Ontbreken van materiële wederrechtelijkheid |
Auteurs | Mr. S.R. (Sven) Bakker |
SamenvattingAuteursinformatie |
Naast de geschreven algemene en bijzondere strafuitsluitingsgronden en de ongeschreven algemene strafuitsluitingsgronden ontbreken van materiële wederrechtelijkheid en afwezigheid van alle schuld, zijn in de jurisprudentie ook verschillende ongeschreven contextgebonden excepties aanvaard, bijvoorbeeld de medische exceptie, de kunstexceptie en de sport- en spelexceptie. In deze bijdrage wordt ingegaan op de vraag of c.q. in hoeverre er aanleiding bestaat dergelijke ongeschreven excepties in de wet te verankeren. |
Artikel |
Het bewijs van excepties |
Trefwoorden | Bewijsrecht, Excepties, Formeel recht |
Auteurs | Mr. dr. W.H.B. (Wilma) Dreissen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt betoogd dat de stelling dat het bewijs van excepties een lagere bewijsdrempel niet juist is. De strafrechter geeft een oordeel over het bewijs van het tenlastegelegde én over de strafbaarheid van feit en dader. Voor elk van die oordelen geldt de eis dat de feiten buiten redelijke twijfel moeten vaststaan. Er is in die zin geen onderscheid tussen de eerste vraag zoals genoemd in artikel 350 Sv en de tweede en derde vraag die in die bepaling genoemd worden. Wel wijkt de wijze waarop de rechter tot zijn oordeel over de strafbaarheid komt af van de wijze waarop hij meestal tot het bewijsoordeel komt. |