De rechtbank Amsterdam heeft prejudiciële vragen gesteld over de vraag of het prijsindexeringsbeding in huurovereenkomsten met consumenten onredelijk bezwarend is. In deze bijdrage richten auteurs de aandacht op een onderbelicht onderdeel in de prejudiciële vragen, de verjaring van de terugbetalingsverplichting na vernietiging. |
Contracteren
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
De kop is eraf |
Ad Rem |
Prejudiciële vragen bij huurprijsverhogingen bij huur van woonruimte: zijn de juiste vragen ten aanzien van verjaring wel gesteld? |
Trefwoorden | Algemene voorwaarden, Ambtshalve toetsing, indexering, verjaring, huurovereenkomst |
Auteurs | Prof. mr. T.H.M. van Wechem en Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Deliveroo: overeenkomst van opdracht terug op de plaats waar het hoort |
Trefwoorden | Zzp’er, Overeenkomst van opdracht, Arbeidsovereenkomst, Inbedding, Opdrachtgever, Ondernemer |
Auteurs | Mr. dr. A.H. Lamers |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het Nederlandse contractenrecht is de partijbedoeling niet zelden leidend als het gaan om de vraag hoe een overeenkomst dient te worden uitgelegd. Ook in het arbeidsovereenkomstenrecht was er veel ruimte als het ging om de vraag hoe de contractuele relatie tussen werkgever/opdrachtgever en werknemer/opdrachtnemer kon worden vormgegeven. Mede omdat de wetgever deze steeds meer vrijheid claimende rechtsontwikkeling (nog) niet weet te beteugelen en de gevolgen de fundering onder het arbeidsovereenkomstenrecht aantast heeft de Hoge Raad deze rechtsontwikkeling in twee arresten een halt toegeroepen |
Artikel |
Wijzigingen in de franchiseformule en het instemmingsrecht |
Trefwoorden | franchiseovereenkomst, instemmingsrecht, wijzigingsbeding, formulewijziging, Wet franchise |
Auteurs | Mr. A.W. Dolphijn |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het instemmingsrecht van franchisenemers bij wijziging van de franchiseformule kan voor franchisegevers een rem op innovatie- en slagkracht kan zijn. De Wet franchise schept voor de franchisegever mogelijkheden om het instemmingsrecht te beperken. Die mogelijkheden tot oprekking zou ten koste kunnen gaan van juist de beoogde bescherming van de franchisenemers. Onderzocht wordt of er meer ruimte dient te zijn voor een belangenafweging. |
Actualia contractspraktijk |
Het non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst anno 2024 |
Trefwoorden | Non concurrentiebeding, Franchise, Franchiseovereenkomst, Wet franchise, Rechtspraak |
Auteurs | Mr. J.H. Kolenbrander |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt een overzicht gegeven van de (gepubliceerde) rechtspraak met betrekking tot het postcontractueel non-concurrentiebeding in de franchiseovereenkomst. De Wet franchise omschrijft de criteria waaraan een dergelijk non-concurrentiebeding dient te voldoen. Voldoet een beding niet aan deze criteria? Dan kunnen daarop grond van de wet sancties uit voortvloeien, zoals ook blijkt uit deze bijdrage. |