Het design van een textielproduct bepaalt voor 80% de impact op het milieu en de samenleving. De Ecodesign-verordening breidt de Ecodesign-richtlijn uit met ontwerp- en transparantie-eisen, en introduceert een verbod op de vernietiging van producten. Dit artikel bespreekt hoe de Ecodesign-verordening zal bijdragen aan de realisatie van een duurzame en circulaire economie in de textielindustrie. Hierbij wordt de noodzaak voor systematische wijzigingen van het businessmodel uitgelicht, geplande veroudering wordt toegelicht, en het belang van effectieve controle van het productpaspoort om de transitie naar een duurzame en circulaire textielsector effectief te bewerkstelligen. |
Nederlands tijdschrift voor Europees recht
Meer op het gebied van Europees recht en mededingingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Vrij verkeer |
Ecodesign XL: van energie-efficiëntie naar een circulaire economie in de textielindustrie |
Trefwoorden | Ecodesign-verordening, interne markt, consumentenbescherming |
Auteurs | Mr. E. Meyermans Spelmans |
SamenvattingAuteursinformatie |
Asiel en migratie |
Gendermainstreaming in het Europese asielrecht: de bijdrage van het Hof van Justitie |
Trefwoorden | mensenrechten, asiel, vluchtelingenvrouwen, bepaalde sociale groep |
Auteurs | Mr. dr. T. Ertuna Lagrand en Mr. dr. S.F. Nicolosi |
SamenvattingAuteursinformatie |
Op 11 juni 2024 heeft het Hof van Justitie zijn arrest in de zaak K, L/Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid gewezen. In deze zaak gaat het om de interpretatie van ‘het behoren tot een bepaalde sociale groep’ volgens artikel 10 lid 1 onder d Kwalificatierichtlijn met betrekking tot ‘verwesterde vrouwen’ die, vanwege de identiteit en levensstijl die zij in het gastland, Nederland, hebben verworven, vrezen voor vervolging als zij naar hun land van herkomst, Irak, zouden worden teruggestuurd. Deze zaak maakt deel uit van een stroom jurisprudentie over gendergerelateerde asielaanvragen. De uitspraak volgt op de uitspraak in WS, waarin het Hof van Justitie op 16 januari 2024 de vraag beantwoordde of vrouwen in een land als geheel kunnen worden beschouwd als behorend tot ‘een bepaalde sociale groep’, ten behoeve van de vaststelling van de vluchtelingenstatus. |
Mededinging |
Nieuwe Commissierichtsnoeren inzake artikel 210 bis GMOGenereuze vrijstelling kartelverbod op zoek naar toepassing |
Trefwoorden | duurzaamheidsafspraken, landbouw, GMO-verordening, kartelverbod |
Auteurs | Mr. J.C. de Goffau en Mr. M.C. van Heezik |
SamenvattingAuteursinformatie |
Deze bijdrage bespreekt de richtsnoeren van de Commissie over de nieuwe uitzondering op het kartelverbod voor duurzaamheidsovereenkomsten van landbouwproducenten, neergelegd in artikel 210 bis Verordening (EU) nr. 1308/2013. Deze uitzondering biedt ruimere mogelijkheden voor duurzaamheidsovereenkomsten in de agrarische sector dan de algemene uitzondering van artikel 101 lid 3 VWEU. Deze bijdrage vergelijkt de invulling van deze specifieke uitzondering met de toepassing van de algemene uitzondering van het kartelverbod en de praktijk van de nationale mededingingsautoriteiten tot op heden. Ten slotte geeft deze bijdrage een kritische beoordeling van de reikwijdte en de effectiviteit van de uitzondering voor de bevordering van duurzaamheid in de agrarische sector. |
Digitale markten |
De Europese AI-verordening: complexer dan een piramide |
Trefwoorden | artificiële intelligentie, productveiligheid, recht en technologie |
Auteurs | Prof. dr. A.C.M. Meuwese en Prof. mr. dr. C.J. Wolswinkel |
SamenvattingAuteursinformatie |
Dit artikel biedt een beknopt overzicht van de in de zomer van 2024 eindelijk definitief geworden AI-verordening. Terugkijkend wordt ingegaan op de transformatie die deze veelbesproken ‘eerste AI-wet ter wereld’ heeft doorgemaakt ten opzichte van het Commissievoorstel uit 2021. Om tegemoet te komen aan geuite kritiek op zaken als de definitie van AI, de bijzondere aard van AI als ‘product’ en het ontbreken van regels voor generatieve AI, is de verordening steeds complexer geworden. Daarnaast wordt vooruitkijkend ingegaan op de uitdagingen die de AI-verordening voor de nationale wetgever meebrengt en op de positie van de AI-verordening in relatie tot het nieuwe Kaderverdrag over AI van de Raad van Europa. |