In zijn dissertatie verkent de Duitse jurist Philipp Dördelmann de problematiek van de aansprakelijkheid voor schade die deelnemers aan sport en spel elkaar toebrengen. Met behulp van een helder referentiekader, namelijk de eigen aard van de beoefende sport- of spelactiviteit (‘Typizität’) enerzijds en de wederzijdse kans van deelnemers om bij sport en spel schade te lijden (‘Reziprozität’) anderzijds, tracht hij antwoord te geven op de vraag waarom er in geval van aansprakelijkheid voor schade van deelnemers die tijdens sport en spel met elkaar wedijveren, kan worden afgeweken van de zorgvuldigheidsnorm die in het aansprakelijkheidsrecht van toepassing zou zijn bij schadegevallen die zich buiten sport- en spelsituaties voordoen. |
Maandblad voor Vermogensrecht
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Artikel |
Die zivilrechtliche Haftung für Mitspielerverletzungen bei Sport und SpielBespreking van het proefschrift van Philipp Dördelmann |
Trefwoorden | onrechtmatige daad, zorgvuldigheidsnorm, sport en spel, onderlinge aansprakelijkheid, eigen aard van de beoefende activiteit en wederzijds risico van letselschade |
Auteurs | Dr. P.C.J. De Tavernier |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Schadevaststelling en tijdBespreking van het proefschrift van mr. M.R. Hebly |
Trefwoorden | immateriële schade, smartengeld, wettelijke rente, lijdensduur, herstel |
Auteurs | Mr. P. Woudenberg |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze proefschriftbespreking wordt ingezoomd op drie tijdsaspecten die invloed hebben op immateriële schade: de consequenties van het aanmerken van smartengeld als momentschade of duurschade; de invloed van de lijdensduur op de omvang immateriële schade; en de looptijd van letselschadezaken en het effect daarvan op het herstel van benadeelden. |
Artikel |
Bestuurdersaansprakelijkheid uit onrechtmatige daad. Civielrechtelijke en strafrechtelijke normen voor bestuurders van noodlijdende ondernemingenBespreking van het proefschrift van mr. A. Karapetian |
Trefwoorden | bestuurdersaansprakelijkheid, taak bestuurder, oplichting |
Auteurs | Prof. mr. L. Timmerman |
SamenvattingAuteursinformatie |
Mevrouw mr. A. Karapetian heeft een waardevol proefschrift geschreven over bestuurdersaansprakelijkheid uit onrechtmatige daad. Daarbij komen ook strafrechtelijke aspecten aan de orde. De auteur maakt ook uitstapjes naar het Engelse recht. Eenieder die in bestuurdersaansprakelijkheid is geïnteresseerd, dient van deze studie kennis te nemen. |
Artikel |
Relativiteit, causaliteit en toerekening van schadeBespreking van het proefschrift van mr. D.A. van der Kooij |
Trefwoorden | verbintenissenrecht, aansprakelijkheidsrecht, schadevergoedingsrecht, leer Smits, leer Demogue-Besier |
Auteurs | Mr. P.W. den Hollander |
SamenvattingAuteursinformatie |
Van der Kooij ontwikkelt een model om te bepalen wie recht heeft op vergoeding van welke schade. Deze bijdrage gaat met name over de prominente rol voor de relativiteitsleer in dit model, de afschaffing van de correctie-Langemeijer en de inzet van de leren Smits en Demogue-Besier ter nadere begrenzing van aansprakelijkheid. |
Artikel |
Aanvullend verrijkingsrechtBespreking van het proefschrift van mr. T. van der Linden |
Trefwoorden | ongerechtvaardigde verrijking, aanvullende werking, redelijkheid en billijkheid, onrechtmatige daad, artikel 6:212 BW |
Auteurs | Mr. S. Damminga |
SamenvattingAuteursinformatie |
Het onderzoek van Van der Linden naar aanvullend verrijkingsrecht heeft een zeer lezenswaardig boek opgeleverd, dat bijdraagt aan het debat over dit onderwerp. |
Artikel |
Grensoverschrijdend bankbeslag op geldvorderingen vanuit Nederlands perspectiefBespreking van het proefschrift van mr. C.A. Oudshoorn |
Trefwoorden | beslag, executie, voorlopige en bewarende maatregelen |
Auteurs | Mr. dr. B.J. van het Kaar |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit proefschrift gaat Oudshoorn in op het grensoverschrijdend bankbeslag. Zij bespreekt de internationale bevoegdheid van de Nederlandse rechter en de reikwijdte, alsmede de rechtsgevolgen van een Nederlands derdenbeslag onder een bank. Daarbij is relevant in hoeverre de bij de bank in het buitenland geadministreerde tegoeden binnen het Nederlandse bankbeslag vallen. |