-
Samenvatting
In de praktijk is het een probleem hoe een verzoek tot schorsing van de executie van een uitspraak hangende een rechtsmiddel moet worden ingesteld: bij executiegeschil of bij incidenteel verzoek. Een ander probleem is welke maatstaf moet worden aangelegd bij de beoordeling van het verzoek. In dit artikel wordt op basis van wetshistorische en dogmatische analyse betoogd dat beide mogelijkheden openstaan. Voorts wordt geconcludeerd dat de kans van slagen van het rechtsmiddel een rol mag spelen en dat er in wezen geen verschil is tussen de norm van Ritzen/Hoekstra (HR 22 april 1983, NJ 1984, 145) en de belangenafweging in het incident: beide impliceren elkaar.
Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging |
|
Artikel | Executiegeschil en incidenteel verzoek tot schorsing |
Trefwoorden | executiegeschil, schorsing, incidentele vordering, belangenafweging, kort geding |
Auteurs | Mr. T.F.E. Tjong Tjin Tai |
Auteursinformatie |
Toegang tot dit losse artikel kopen
Voor een vast bedrag van € 19,75 (excl. btw) koopt u 24 uur online toegang tot dit artikel. Met deze 24 uur toegang kunt u een artikel online raadplegen en in PDF downloaden en printen.
Per mail ontvangt u een activatiecode waarmee u 24 uur toegang tot het artikel kunt activeren.
24 uur toegang | € 19,75 (excl. btw) |
Uw aankoop activeren
Heeft u een activatiecode, dan kun u uw product hier activeren.