-
Samenvatting
De Hoge Raad schetst in de ‘Smartphone-arresten’ een juridisch toetsingskader voor de vaststelling wanneer aan een smartphone een rechtmatig onderzoek kan plaatsvinden. Het zwaartepunt ligt volgens de Hoge Raad op de ‘hoeveelheid doorzochte gegevens’. Afhankelijk van de mate van volledigheid van het beeld dat daardoor wordt verkregen van het persoonlijk leven, stelt de Hoge Raad wie bevoegd is: een opsporingsambtenaar, een officier van justitie of een rechter-commissaris. In deze annotatie staat centraal op welke wijze het toezicht dient plaats te vinden en welke andere factoren een rol zouden moeten spelen bij de vaststelling van de inbreuk op het recht op privacy.
Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving |
|
Case Law | ‘Mag ik even in uw smartphone kijken?’De visie van de Hoge Raad gelet op het recht op privacy op grond van artikel 8 EVRM |
Trefwoorden | Smartphone, (Recht op) privacy, Verbaliseringsplicht, Doorzoeking, Toezicht |
Auteurs | Mr. T. Beekhuis |
DOI | 10.5553/TBSenH/229567002017003004011 |
Auteursinformatie |
Toegang tot dit losse artikel kopen
Voor een vast bedrag van € 19,75 (excl. btw) koopt u 24 uur online toegang tot dit artikel. Met deze 24 uur toegang kunt u een artikel online raadplegen en in PDF downloaden en printen.
Per mail ontvangt u een activatiecode waarmee u 24 uur toegang tot het artikel kunt activeren.
24 uur toegang | € 19,75 (excl. btw) |
Uw aankoop activeren
Heeft u een activatiecode, dan kun u uw product hier activeren.