DOI: 10.5553/NtER/138241202024030005001

Nederlands tijdschrift voor Europees rechtAccess_open

Vrij verkeer

Ecodesign XL: van energie-efficiëntie naar een circulaire economie in de textielindustrie

Trefwoorden Ecodesign-verordening, interne markt, consumentenbescherming
Auteurs
DOI
Toon PDF Toon volledige grootte
Samenvatting Auteursinformatie Statistiek Citeerwijze
Dit artikel is keer geraadpleegd.
Dit artikel is 0 keer gedownload.
Aanbevolen citeerwijze bij dit artikel
Mr. E. Meyermans Spelmans, 'Ecodesign XL: van energie-efficiëntie naar een circulaire economie in de textielindustrie', NtER 2024-5-6, p. 91-97

    Het design van een textielproduct bepaalt voor 80% de impact op het milieu en de samenleving. De Ecodesign-verordening breidt de Ecodesign-richtlijn uit met ontwerp- en transparantie-eisen, en introduceert een verbod op de vernietiging van producten. Dit artikel bespreekt hoe de Ecodesign-verordening zal bijdragen aan de realisatie van een duurzame en circulaire economie in de textielindustrie. Hierbij wordt de noodzaak voor systematische wijzigingen van het businessmodel uitgelicht, geplande veroudering wordt toegelicht, en het belang van effectieve controle van het productpaspoort om de transitie naar een duurzame en circulaire textielsector effectief te bewerkstelligen.
    Verordening (EU) 2024/1781 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2024 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van vereisten inzake ecologisch ontwerp voor duurzame producten, tot wijziging van Richtlijn (EU) 2020/1828 en Verordening (EU) 2023/1542, en tot intrekking van Richtlijn 2009/125/EG (PbEU 2024/1781).

Dit artikel wordt geciteerd in

      Het design van een textielproduct bepaalt voor 80% de impact op het milieu en de samenleving. De Ecodesign-verordening breidt de Ecodesign-richtlijn uit met ontwerp- en transparantie-eisen, en introduceert een verbod op de vernietiging van producten. Dit artikel bespreekt hoe de Ecodesign-verordening zal bijdragen aan de realisatie van een duurzame en circulaire economie in de textielindustrie. Hierbij wordt de noodzaak voor systematische wijzigingen van het businessmodel uitgelicht, geplande veroudering wordt toegelicht, en het belang van effectieve controle van het productpaspoort om de transitie naar een duurzame en circulaire textielsector effectief te bewerkstelligen.

      Verordening (EU) 2024/1781 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2024 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van vereisten inzake ecologisch ontwerp voor duurzame producten, tot wijziging van Richtlijn (EU) 2020/1828 en Verordening (EU) 2023/1542, en tot intrekking van Richtlijn 2009/125/EG (PbEU 2024/1781).

    • Inleiding

      Elke dag van de week sturen (ultra) fast fashion-bedrijven aanzienlijke hoeveelheden designs de wereld in. De trendy kledingstukken van lage kwaliteit worden zo snel mogelijk aan de deur van de consument geleverd, waarna deze na enkele (of slechts één) draagbeurten in de prullenbak belanden. Deze manier van werken in de textielindustrie, ook wel bekend als het lineaire businessmodel, werkt een sterkte toename van textielproductie en -consumptie in de hand.1x Ellen MacArthur Foundation, ‘A New Textiles Economy: Redesigning fashion’s future’, ellenmacarthurfoundation.org 2017. Door de hoge uitstoot van broeikasgassen en de uitputting van water en land bij het maken van kleding zijn de gevolgen van het dominante fast fashion-businessmodel voor het milieu, het klimaat en de maatschappij aanzienlijk.2x R. Bic e.a., ‘The global environmental injustice of fast fashion’, Environmental Health 2018. Onder het motto van de Commissie ‘to bring fast fashion out of fashion’3x Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. Een nieuw actieplan voor een circulaire economie. Voor een schoner en concurrerender Europa, COM/2020/98. stelde de Commissie in 2022 een EU-strategie voor duurzaam en circulair textiel4x Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. EU-strategie voor duurzaam en circulair textiel, COM(2022)141. voor, die deel uitmaakt van de Europese Green Deal5x Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. De Europese Green Deal, COM(2019)640. en het Actieplan Circulaire Economie. Op 28 juni 2024 werd de Ecodesign-verordening (2024/1781), die het hoeksteeninstrument vormt van deze strategie, gepubliceerd. De verordening creëert een wetgevend kader voor ecodesignverplichtingen voor verscheidene producten, waaronder textiel, die op de Europese markt terechtkomen, om tegemoet te komen aan het toenemende aanbod van en de vraag naar duurzame producten, en duurzame productie te verzekeren.
      Dit artikel focust op de impact van de Ecodesign-verordening op de textielindustrie, waar het lineaire take-­make-­waste businessmodel, dat draait op een buy now-cultuur, verantwoordelijk is voor 10% van de wereldwijde uitstoot van koolstofdioxide (CO2).6x M. Charter & I. Cheng, ‘Accelerating the Transition to a Global Circular Economy’, Edizioni Nuova Cultura 2021, p. 115-154. Het komt vaak voor dat kleding wordt ontworpen met het oog op een beperkte levensduur (geplande veroudering).7x E. Blaazer, ‘How not sustainable is the fashion industry?’, fashionunited.com 11 december 2023. Deze praktijk houdt in dat de gebruikte materialen van lage kwaliteit zijn en dat er wordt ingespeeld op trends die van bijzonder korte duur zijn, waardoor de consument wordt aangemoedigd om vaak nieuwe kleding te kopen. De laatste vijftien jaar is de gemiddelde draagtijd van een kledingstuk met 40% gedaald.8x Ellen MacArthur Foundation, ‘The Trends and Trailblazers Creating a Circular Economy for Fashion’, ellenmacarthurfoundation.org 22 juni 2021. De Ecodesign-verordening beoogt de transitie van een lineaire economie naar een circulaire economie te bewerkstellingen, waarbij de levenscyclus van een product wordt uitgebreid, idealiter zo veel mogelijk het verlies van materialen wordt gereduceerd, en ook producten worden hergebruikt, gerepareerd en gerecycled.9x M. Geissdoerfer e.a., ‘The Circular Economy: A new sustainability paradigm?’, Journal of Cleaner Production 2017, p. 757-768. Een duurzamere textielindustrie vereist ook het verhogen van de efficiëntie en een vermindering van de extractie van grondstoffen en vervuiling.10x Platform for Accelerating the Circular Economy, ‘Circular Economy Ac­tion Agenda: Textiles, pacecircular.org 2021. Het belang van een goed design in de textielindustrie is van groot belang, aangezien in de vroege stadia van de productlevenscyclus, waaronder de ontwerp- en ontwikkelingsfase, al gemiddeld 80% van de impact op het milieu wordt bepaald.11x Europese Commissie, Directoraat-­Generaal Energie en Directoraat-Generaal Ondernemingen en Industrie, Ecodesign your future, ‘How ecodesign can help the environment by making products smarter’, DOI: 10.2769/38512.
      In dit artikel beantwoord ik de vraag hoe de Ecodesign-verordening bijdraagt aan de bewerkstelliging van een duurzame en circulaire economie in de textielindustrie. Daartoe zal ik allereerst de werkingssfeer van de verordening uiteenzetten, waarbij ik focus op de wijzigingen die de verordening aanbrengt, alsook de doelen, de verplichtingen die de verordening in het leven roept en de middelen die de verordening aanreikt om deze doelen te bereiken. Daarna volgt een beschouwing over het wetgevend kader. Hierbij kijk ik of de verordening voldoende effectief is om de huidige gang van zaken in de textielindustrie, waar het businessmodel gebouwd op overproductie en overconsumptie de scepter zwaait, te beëindigen. Hierbij neem ik als uitgangspunt dat de verordening enkel de overgang naar een circulaire en duurzame economie in de textielindustrie kan bewerkstellingen wanneer het wetgevend kader voorziet in systeemwijzigingen in de textielindustrie.12x R. Pugh, T. Brydges, S. Sharpe, M. Lavanga & M. Retamal, ‘The ‘Wellbeing Wardrobe’ as a tool to promote just transitions in the fashion and textile industry’, Contemporary Social Science 2024, nr. 1-3, p. 223-243. Daarnaast ga ik in op het verband tussen design van textiel en geplande veroudering. Tot slot ga ik in op het belang van het productpaspoort in de textielindustrie, een van de middelen die de verordening introduceert teneinde meer transparantie te creëren in de textielwaardeketen.

    • Van richtlijn naar verordening, van energie-efficiëntie naar herbruikbaarheid en reparatie

      In de EU-strategie voor duurzaam en circulair textiel introduceert de Commissie haar visie voor de toekomst van de textielindustrie. Centraal in deze visie staat het verlagen van de ecologische voetafdruk van de textielindustrie, alsook de bevordering van transparantie en duurzaamheid in de waardeketen. De Commissie zet in de strategie een kader uiteen om de transitie naar een circulaire en duurzame textielindustrie tegen 2030 te bewerkstelligen, waarbij verschillende wetgevingsinitiatieven worden aangekondigd. Dit wetgevend kader heeft betrekking op verschillende processen in de textielwaardeketen, van de ontwerpfase tot de afvalfase van het textielproduct. Voor een succesvolle transitie herziet de strategie de bestaande wetgeving, zoals de Ecodesign-richtlijn, en introduceert nieuwe wetvoorstellen, zoals de Richtlijn inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid (CSDDD).13x Richtlijn (EU) 2024/1760 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2024 inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2019/1937 en Verordening (EU) 2023/2859 (PbEU 2024/1760). De reeks acties voorzien door de Commissie kunnen in een aantal subcategorieën worden ingedeeld. Zo kan transparantie in de waardeketen worden vergroot door middel van een digitaal productpaspoort, het aanpakken van greenwashing, alsook door gepaste zorgvuldigheid te vereisen van bedrijven in de waardeketen. Vervolgens heeft de Commissie als doel de circulaire economie te stimuleren door textielproducten te onderwerpen aan ecodesignvereisten. Via de uitrol van een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV) beoogt de Commissie de verantwoordelijkheid van zowel producenten als importeurs uit te breiden tot na de gebruiksfase van de consument.14x Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen COM(2023)420 final. Door middel van deze verschillende initiatieven wil de Commissie een aantrekkelijk alternatief bieden voor fast fashion, waarbij voor de verwezenlijking hiervan bedrijven en consumenten de belangrijkste drijvende krachten zijn. Zo kiest de Europese wetgever voor een verordening als rechtsinstrument om voor een gelijk speelveld tussen Europese producenten te zorgen en zo inconsistentie tussen Europese en nationale vereisten te voorkomen.15x Overweging 10 Ecodesign-verordening. In lijn met het nieuwe actieplan voor een circulaire economie is er ook in Nederland een beleidsprogramma met de visie dat in 2050 circulaire businessmodellen de standaard vormen, kleding, textiel en vezels hoogwaardig worden gebruikt en hergebruikt.16x Kamerbrief over Beleidsprogramma circulair textiel 2020-2025 van 14 april 2020, IENW/BSK-2020/70651. Deze verschillende rechtsinstrumenten dragen bij aan de verwezenlijking van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen ­(SDG’s),­ meer specifiek van SDG 12: verantwoorde consumptie en productie.
      Ecodesign houdt concreet in dat milieuaspecten worden geïntegreerd in het productontwikkelingsproces, waarbij ecologische en economische eisen met elkaar in evenwicht worden gebracht. Door het opleggen van duurzaamheidsvereisten beoogt de verordening de hoeveelheid afval te verminderen en geplande veroudering tegen te gaan. Zo beogen deze eisen de levensduur en recyclebaarheid van textiel te verbeteren. Het streefdoel is een ecologisch en duurzaam ontwerp van het product, dat gedurende de gehele levenscyclus zo min mogelijk impact heeft op het milieu. Deze vereisten inzake ecologisch ontwerp hebben betrekking op verscheidene aspecten, namelijk duurzaamheid, betrouwbaarheid, herbruikbaarheid, verbeterbaarheid, repareerbaarheid, en de mogelijkheden van onderhoud en refurbishen, aanwezigheid van zorgwekkende stoffen, energie- en hulpbronnenefficiëntie, gerecyclede inhoud, herfabricage, recycling en emissies.
      De Ecodesign-verordening bouwt verder op de Ecodesign-richtlijn (2009/125/EG),17x Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten (PbEU 2009, L 285/10-35). waarbij alleen aan energiegerelateerde producten duurzaamheidseisen worden gesteld. Het toepassingsgebied wordt sterk uitgebreid door de verordening, waarbij deze beoogt dat verschillende producten zoals telefoons, huishoudelijke apparaten en kleding al vanaf de ontwerpfase duurzamer zijn. De focus wordt door de verordening verbreed van energiegebruik naar de ecologische voetafdruk van een product, waarbij ook nieuwe soorten vereisten voor ecologisch ontwerp gelden. De verordening bevat een grondslag voor de Commissie om gedelegeerde handelingen vast te stellen, waarin voor elke specifieke productgroep specifieke vereisten worden gesteld inzake het ecologisch ontwerp. Deze regels gelden voor alle textielproducten die op de Europese markt worden gebracht, ongeacht of de productie binnen of buiten de Europese Unie plaatsvindt. Op dit moment zijn de ecologische ontwerpeisen voor textiel nog niet vastgesteld door een gedelegeerde handeling van de Commissie. Textiel, waaronder kleding en schoenen, is echter een productgroep waar prioriteit aan moet worden gegeven volgens de verordening. Hierdoor zal deze nieuwe wetgeving in het eerste werkprogramma van de Commissie uiterlijk negen maanden na de inwerkingtreding van de verordening moeten worden goedgekeurd.
      De Ecodesign-verordening introduceert een digitaal productpaspoort, waarop informatie over de samenstelling en impact van een kledingstuk vermeld wordt. Via deze informatie-eis worden de levenscycluseffecten van een kledingstuk beter inzichtelijk voor zowel producenten, recyclers als consumenten. Zo beoogt de Europese wetgever dat consumenten en bedrijven geïnformeerde keuzes kunnen maken bij de aankoop van een product.18x Overweging 2 Ecodesign-verordening. Het digitale productpaspoort dient te worden gekoppeld aan een unieke productidentificatiecode, die toegankelijk wordt gemaakt via het scannen van een gegevensdrager.19x Overweging 30 Ecodesign-verordening. De Europese wetgever beoogt hiermee de herstelbaarheid en recycleerbaarheid van producten te vergemakkelijken, en eveneens controles door overheidsinstanties te faciliteren.20x In Nederland is dit de Inspectie Leefomgeving en Transport.
      Ook wordt via een gedelegeerde handeling een algemeen verbod op de vernietiging van onverkochte of teruggestuurde kleding geïntroduceerd, dat in werking treedt twee jaar na de inwerkingtreding van de verordening.21x Europees Parlement, Deal on new EU rules to make sustainable products the norm, 2023; Overweging 46 Ecodesign-verordening. De groep geretourneerde en onverkochte textielproducten wordt steeds groter door de groei van online verkoop en de flexibele retourpraktijken die daarmee gepaard gaan, het fast fashion-businessmodel en veranderende consumentenvoorkeuren.22x European Environment Agency, ‘The destruction of returned and unsold textiles in Europe’s circular economy’, eea.europa.eu 2024. Het verbranden van kleding is een verborgen praktijk die momenteel door verscheidene fast fashion- en luxemerken als makkelijke en goedkope optie wordt gezien om onverkochte voorraad weg te werken. Via het verbod beoogt de Europese wetgever bij te dragen aan een verschuiving van het lineaire productie-consumptieproces naar een circulair model waarbij sociale en ecologische duurzaamheid in beschouwing worden genomen. Ook voert artikel 20 van de Ecodesign-verordening een transparantieverplichting in voor marktdeelnemers die niet verkochte consumptiegoederen zelf wegdoen of niet verkochte consumptiegoederen laten wegdoen.

    • Beschouwing

      De Ecodesign-verordening kan een essentiële rol spelen door een transformerend effect te hebben op het grondstofuitputtende businessmodel. Ook kan het wetgevend kader van groot belang zijn in de uiteindelijke transitie van een lineair businessmodel naar een circulair en duurzaam businessmodel. De verordening biedt een visie op een toekomst waar consumenten en actoren uit de textielindustrie duurzame keuzes kunnen maken. Er kan in de Unie echter geen circulaire economie worden opgezet zonder een volledig operationele interne markt voor duurzame producten. Gemeenschappelijke vereisten inzake ecologisch ontwerp op Unieniveau zouden de ontwikkeling, uitrol en opschaling van nieuwe circulaire businessmodellen in de gehele interne markt mogelijk maken en het concurrentievermogen van de Unie op de lange termijn stimuleren. Dergelijke maatregelen zouden er ook voor zorgen dat er geen onevenredig grote last ligt op bedrijven en zouden de industrie en consumenten toegang geven tot betrouwbare en duidelijke gegevens, waardoor er duurzamere keuzes kunnen worden gemaakt.
      Om de transitie van de textielindustrie naar een circulaire en duurzame economie effectief te kunnen bewerkstellingen, verdienen enkele aspecten van de Ecodesign-verordening verdere toelichting. Een duurzame transitie vereist immers systeemwijzigingen in het businessmodel, waarbij inspanningen nodig zijn van verschillende actoren in de textielindustrie die sociale en ecologische duurzaamheid vooropstellen. Dit doel indachtig focus ik in deze beschouwing eerst op de noodzaak van systeemwijzigingen in de textielindustrie, waarna ik verder inga op het belang van het digitaal productpaspoort. Daarna bespreek ik de uitdagingen die geplande veroudering en slechte kwaliteit van stoffen vormen in deze duurzame transitie, en op welke manier de Ecodesign-verordening deze verschillende uitdagingen beantwoordt.

      Circulaire economie in de textielindustrie – hand in hand met systeemwijzigingen

      De overgang naar een circulaire economie in de textielindustrie vereist niet alleen een duurzaam design van textiel of het promoten van het consumentenbewustzijn, maar ook systeemwijzigingen van het huidige lineaire take-make-waste businessmodel. De wet, waaronder de Ecodesign-verordening, kan een cruciale rol spelen in het bewerkstelligen van die systeemwijzigingen door de hoofdoorzaken van overconsumptie en overproductie aan te pakken, alsook de huidige marktdynamieken te veranderen.23x BEUC, ‘Fashion makeover: making sustainable textiles the consumer norm’, bbc.eu 2022. Op dit moment staat het dominante businessmodel in de textielindustrie haaks op het doel om de ontwikkeling, uitrol en opschaling van nieuwe circulaire businessmodellen in de interne markt mogelijk te maken. Ook de Nederlandse kledingsector is sterk geglobaliseerd met het oog op snelle en goedkope productie. Enkele initiatieven werken, ondersteund door de Nederlandse overheid, aan de transitie naar een circulaire economie.24x J. Cramer, ‘New forms of governance to accelerate circular textiles in the Netherlands’, in: M. Charter e.a., Accelerating Sustainability in Fashion, ­Clothing and Textiles, Londen: Routledge 2023. Circulaire initiatieven zijn helaas nog sterk in de minderheid en worden vaak nog uit de markt gedreven door goedkopere, niet-circulaire concurrenten.25x T. Bouwens, ‘Are the circular economy and economic growth compatible? A case for post-growth circularity’, Resources, Conservation and Recycling 2021, p. 1-3. Via de Ecodesign-verordening verwacht de Europese wetgever dat duurzame producenten die een transparante toeleveringsketen hebben een steeds groter aandeel zullen verwerven op de EU-markt en steeds hun concurrentievermogen zullen vergroten ten opzichte van minder of niet duurzame producenten.
      De ambitie van de Commissie bestaat eruit duurzame producten de norm te maken door de levensduur van materialen te verlengen en het gebruik van gerecyclede materialen te stimuleren.26x Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. Van duurzame producten de norm maken COM(2022)140 final. De Commissie stelt duurzame groei voorop, wat inhoudt dat economische groei kan worden losgekoppeld van het gebruik van natuurlijke hulpbronnen en de aantasting van het milieu. In de literatuur wordt betwijfeld of een circulaire economie wel verenigbaar kan zijn met economische groei.27x Bouwens 2021. Om de cirkel te kunnen sluiten en productefficiëntie te verwezenlijken, dienen steeds minder materialen gebruikt te worden. Dit is echter niet in lijn met de continue uitputting van bronnen door de veeleisendheid van overproductie. Volgens cijfers zal de consumptie van kleding sterk blijven toenemen: van 62 miljoen ton in 2015 tot 102 miljoen ton in 2030.28x Boston Consulting Group en Global Fashion Agenda, ‘Pulse of the fashion Industry’, globalfashionagenda.org 2017. Zolang de focus van de Europese wetgever gericht blijft op de groei van de economie, concurrentie en maximalisatie van consumentenwelvaart, zal deze stijging in consumptie zorgen voor nog hogere sociale en milieukosten.29x European Environment Agency, ‘Growth without economic growth report’, ee.europa.eu 2021. Een volledige systeemwijziging is nodig in de textielindustrie, die verder gaat dan het simpelweg sluiten van de cirkel. De productieschaal dient hierbij in vraag te worden gesteld, waarbij zowel de grootte van de cirkel als de hoeveelheid producten onder de loep dienen te worden genomen.30x J. Hickel, Minder is meer, Antwerpen: Epo Uitgeverij 2020. Een circulaire economie waarbij productie en consumptie blijven stijgen, zorgt nog steeds voor een uitputting van materialen en een grote voetafdruk op de planeet.
      Het wetgevend kader als een sociaal instituut biedt een normatief kader waarin het huidige kostendrukkende businessmodel dat draait op voortdurende economische groei en winstmaximalisatie voor de aandeelhouders wordt vooropgesteld. In plaats daarvan kan er beter gestreefd worden naar het verminderen van het gebruik van hulpbronnen en consumptieniveaus, andere manieren van consumeren en dus tragere economische groei.31x K. Cseres, ‘Consumer Social Responsibility in Dutch Law, A Case Study on the Role of Consumers in Energy Transition, Erasmus Law Review 2019, nr. 4, p. 94-110. De Ecodesign-verordening zet de eerste stap met het doel circulaire businessmodellen de norm te maken, maar uit de praktijk blijkt dat deze duurzame initiatieven met moeite het hoofd boven water houden of hun potentieel nog niet waarmaken. Zo ging Renewcell, een chemische recycleerder van textiel, onlangs failliet omdat het onvoldoende financiering kon ophalen.32x D. Wightman-Stone, ‘H&M-backed textile recycler Renewcell files for bank­ruptcy’, Fashion United 27 februari 2024; G. Nath, ‘Europa heeft regels voor duurzaam textiel, maar geen klanten’, De Standaard 28 maart 2024. Ook de tweedehandskledingmarkt leunt soms nog sterk op het lineaire businessmodel, zoals wanneer een consument kledingstukken naar een recyclepunt in een winkel brengt en hiervoor een voucher krijgt om nieuwe kleding te kopen.33x A. Wicker, ‘The trendy second-hand clothing market is huge and still grow­ing – yet nobody is turning a profit’, BBC 4 maart 2024. Derhalve dient de Commissie rekening te houden met het feit dat de duurzame transitie van een wegwerpkledingstuk naar een kledingstuk dat aan de ecodesignnormen voldoet, investeringen vereist die het huidige lineaire productie- en verwerkingsproces hervormen naar een circulair en duurzaam proces. Zo dient voor de duurzame transitie geïnvesteerd te worden in nieuwe technologieën. In de Europese Unie bestaat de textielsector vooral uit kleine en middelgrote ondernemingen (midden- en kleinbedrijven, mkb’s), die niet het budget hebben om (sterk) te investeren in de transitie.34x Europese Commissie, Directoraat-Generaal Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf, ‘Support report mapping sustainable fashion opportunities for SMES’, DOI: 10.2873/694021; Nath 2024. Wanneer de Commissie de ecodesignvoorschriften voor de textielindustrie voorschrijft, dient voldoende informatie te worden verstrekt, alsook eventueel financiële steun mogelijk gemaakt te worden voor ­mkb’s.35x Overweging 54 Ecodesign-verordening.­ Ook bij de uitvoering van het digitale productpaspoort moeten de Commissie en de lidstaten richtsnoeren of hulpmiddelen ter beschikking stellen.36x Overweging 54 Ecodesign-verordening. Een duurzame textielindustrie vereist immers dat alle bedrijven, inclusief de vele kleine en middelgrote modebedrijven, zich kunnen inzetten om de ecologische voetafdruk van textielproducten zo veel mogelijk te verminderen.
      Om een halt toe te roepen aan de niet-duurzame praktijken van textielbedrijven en overproductie te ontmoedigen, is het verbod om textiel te vernietigen belangrijk.37x Overweging 55 Ecodesign-verordening. De transparantieverplichting die bedrijven dwingt om de hoeveelheid onverkochte goederen en retourzendingen bekend te maken, komt geen moment te vroeg. Op dit moment zijn textielbedrijven zeer terughoudend in het publiceren van de hoeveelheid kleding die ze per jaar produceren en verkopen.38x E. Demkes, ‘Een nachtmerrie voor je trui maar dé oplossing voor een duurzame kledingindustrie: krimp’, De Correspondent 10 april 2022. De transparantieverplichting zou voor kledingbedrijven het risico kunnen creëren op een ongewenst negatief merkimago.39x H. Roberts e.a., ‘Product destruction: Exploring unsustainable produc­tion-consumption systems and appropriate policy responses’, Sustainable Production and Consumption 2023, p. 300-312. Het verbod en de transparantieverplichting met betrekking tot de vernietiging van textiel zijn een belangrijke aanvulling op de verplichtingen uitgerold in de Richtlijn inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid. De beperkte definitie van waardeketen gehanteerd in deze richtlijn zorgt er namelijk voor dat de zorgvuldigheidsverplichtingen niet van toepassing zijn op het recycle- en afvalproces van (textiel)producten.40x Zie art. 3 lid 1 onder g Richtlijn (EU) 2024/1760, definitie van ‘activiteitenketen’. Samen met de invoering van een systeem voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (UPV) voor textiel op Europees en Nederlands niveau zou een systeemwijziging in gang gezet kunnen worden.41x Europese Commissie, ‘Circular economy for textiles: taking responsibility to reduce, reuse and recycle textile waste and boosting markets for used textiles’, 2023; Besluit van 14 april 2023, houdende regels voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor textielproducten (Stb. 2023, 132). Hierdoor zijn actoren die textielproducten op de markt brengen verantwoordelijk voor de volledige levenscyclus van het textielproduct, waaronder hergebruik, recycling en afvalbeheer. Zowel de UPV, het vernietigingsverbod als de transparantieverplichting vestigen de aandacht op het probleem van overproductie, en stimuleren de circulaire economie, de vermindering van afval alsook om vanaf het ontwerp duurzame keuzes te maken. Of dit voldoende is om de nodige systeemveranderingen in gang te zetten die ‘fast fashion out of fashion’ kunnen brengen zal enkele jaren na de inwerkingtreding van deze instrumenten moeten blijken en verdient een evaluatie.
      Een systeemwijziging van het huidige businessmodel betekent dat het hergebruik van textielproducten wordt uitgebreid, in plaats van het produceren en verkopen van meer textielproducten. Hierdoor zal er een afname zijn van originele of nieuwe productie van textiel, wat veranderingen met zich meebrengt voor de waardeketen van de textielindustrie. Deze draait namelijk rond voorspelbare, eenrichtingsproductie en -distributie, wat gezien de desastreuze effecten op klimaat en maatschappij in productielanden niet langer houdbaar is.42x McKinsey, ‘The state of fashion’, mckinsey.com 2024, p. 30-32; BSR, ­‘Taking a people-centered approach to a circular fashion economy’, bsr.org 2021. De textielindustrie is een belangrijke bron van werkgelegenheid, waardoor een verandering naar een circulaire industrie tot aanzienlijk banenverlies kan leiden. De mondiale waardeketen zou zichzelf kunnen heruitvinden in dat geval, door bijvoorbeeld te focussen op reinigen, repareren en hermaken.43x Ellen MacArthur Foundation, ‘Circular Business Models, Redefining growth for a thriving fashion industry’, ellenmacarthurfoundation.org 2021. Cruciaal op dit vlak blijft dialoog tussen alle belanghebbenden in de waardeketen om te voorkomen dat de transitie naar een circulaire economie gevolgd zou worden door een stijging in armoede en ongelijkheid in productielanden.

      Geplande veroudering versus ecodesign

      In het lineaire businessmodel speelt geplande veroudering een belangrijke rol bij fast fashion-merken zoals Shein, die met behulp van artificiële intelligentie elke dag nieuwe trends in het leven kunnen roepen. Geplande veroudering bestaat uit twee aspecten, namelijk technische en stilistische veroudering. Technische veroudering houdt in dat een kledingstuk zo’n lage kwaliteit heeft dat het snel stuk gaat of versleten is. Stilistische veroudering, ook een onderdeel van het businessmodel, houdt in dat een kledingstuk zo snel uit de mode is, dat men het snel wil vervangen door een nieuw kledingstuk.44x ‘Duurzaamheid verduidelijkt: Waarom iedereen het over de circulaire economie heeft als oplossing’, Fashion United 14 april 2023. Een holistische visie op duurzaamheid vereist dat de Commissie beide aspecten in beschouwing neemt bij het opstellen van de gedelegeerde handeling met betrekking tot textiel dat op de Europese markt gebracht wordt. De overgang naar een circulair businessmodel kan namelijk alleen wanneer textielproducten zo ontworpen zijn dat ze zowel fysiek als emotioneel duurzaam zijn en na gebruik kunnen worden gerecycled.
      De technische veroudering van een kledingstuk hangt sterk samen met de stof(fen) waaruit het gemaakt is. De samenstelling van een kledingstuk is zowel voor de draagduur van belang aangezien de textielkwaliteit een van de belangrijkste aspecten is om een kledingstuk langer te gebruiken, als voor de verdere recycling van het textielproduct. Een kledingstuk dat uit meerdere materialen bestaat, zorgt ervoor dat het recycleproces ingewikkelder en minder efficiënt is, aangezien deze materialen eerst gescheiden moeten worden van elkaar, wat niet door louter mechanische scheiding kan gebeuren.45x F. Mills-Senn, ‘Chemical recycling may offer a solution to textile waste’, Specialty Fabrics Review 1 oktober 2023. Ook belangrijk om hierbij op te tekenen is dat gerecyclede materialen steeds een deel van hun kwaliteit verliezen, waardoor eindeloze recyclage van textiel simpelweg niet mogelijk of wenselijk is.46x S. Vandoorne, Kleerkastvasten: De textielketen ontrafeld, Antwerpen: Uitgeverij Vrijdag 2023. Ook de keuze van stof is van groot belang voor de levensduur en recyclemogelijkheden van het textielstuk. Het gebruik van de veelgebruikte en vervuilende stof polyester, die zijn oorsprong vindt in fossiele brandstoffen, zal wegens de lage prijs ervan alleen maar blijven stijgen.47x L. Sparkman, ‘The devil wears polyester’, earthday.org 2023. Eveneens dient de hoeveelheid microplastics die loskomt tijdens het wassen van synthetisch textiel niet onderschat te worden.48x European Environment Agency, ‘Microplastics from textiles: towards a circular economy for textiles in Europe’, eea.europa.eu 2022. Al het bovenstaande dient de Commissie mee te nemen bij het stellen van een gedelegeerde handeling met betrekking tot textiel, zodat de ecodesignverplichting het beste resultaat oplevert voor milieu, klimaat en maatschappij. Hierbij dient design te worden gestimuleerd dat effectief gerecycled kan worden, waarbij giftige stoffen en blends van materialen worden vermeden. Op deze manier zouden de ecodesignvereisten producenten kunnen dwingen om een einde te maken aan de vervuilende praktijk van geplande veroudering met betrekking tot het fysieke aspect. De emotionele duurzaamheid van een textielproduct verlengen via wetgeving lijkt moeilijk haalbaar. Het is onduidelijk hoe emotionele duurzaamheid op basis van objectieve criteria getoetst kan worden, aangezien het niet mogelijk is de stilistische aantrekkelijkheid van een textielproduct te meten. Emotionele duurzaamheid is een inherent subjectief concept, dat invulling krijgt door de percepties van de consument. Desondanks zet de Europese wetgever een belangrijke stap in de circulaire transitie door te proberen een einde te maken aan fysieke geplande veroudering.

      Productpaspoorten op de proef

      Alleen wanneer de gehele waardeketen van een kledingstuk correct in kaart wordt gebracht, is de effectieve implementatie van het digitaal productpaspoort mogelijk.49x Europees parlement, Panel for the Future of Science and Technology, ­‘Dig­ital Product Passport in the Textile sector’, PE 757.813 maart 2024. Dit is geen sinecure, aangezien een kledingstuk al door vele handen gaat in verschillende landen voor het bij de consument eindigt. Ook zijn de contractuele relaties tussen de verschillende partijen vaak informeel, gebaseerd op vertrouwen en wordt er vaak gebruikgemaakt van onderaannemers.50x Clean Clothes Campaign, ‘Fast Fashion Purchasing Practices in the EU. Business relations between fashion brands and suppliers’, cleanclothes.org 2023. De textielwaardeketen is een zeer complexe buyer-driven productieketen die gestuurd wordt door meerdere actoren.51x G. Gereffi, ‘The Global Apparel Value Chain: What Prospects for Upgrading by Developing Countries?’, United Nations Industrial Development Organisation 2003. Een eenvoudige manier van productie-identificatie, zoals een streepjescode, volstaat niet om de totale levenscyclus van een textielproduct te volgen en te traceren. Het productieproces bestaat uit het produceren van de grondstoffen zoals katoen of polyester, de verwerking van grondstoffen naar garen, de omzetting van garen naar stof door te weven of te breien en als laatste het product te snijden, te naaien en te assembleren. Daarnaast heeft de kledingsector te maken met zogenoemde inventory black holes of stockinefficiëntie, waardoor 6% van het preconsumententextiel al verloren gaat.52x A. Dennission, ‘The Missing Billions in the Supply Chain’, supply-chain-waste.com 2022. Als uiteindelijk al deze informatie juist op het productpaspoort terechtkomt, dan is het nog aan de consument om de juiste keuze te maken met betrekking tot duurzaamheid van het textielproduct. Zonder in het wetgevend kader systematische wijzigingen van het productie- en consumptiemodel voorop te stellen, is consumentenbewustzijn promoten slechts een doekje voor het bloeden. De verantwoordelijkheid voor de groene transitie wordt zo bij de consument gelegd, die zijn niet-duurzame gedrag dient te veranderen om zo in een duurzame en verantwoordelijke actor te veranderen. Zonder overconsumptie duidelijk aan te pakken in de wet, kunnen consumenten hun duurzaamheidsschuldgevoel simpel verminderen door groen te consumeren.53x W. Fellner & C. Spash, ‘The Illusion of Consumer sovereignty in Economic and Neoliberal thought’, WU Vienna University of Economics and Business 2014.
      Bij het ontwerp van het productpaspoort dient de Commissie rekening te houden met verschillende risico’s zoals greenwashing en gesjoemel met labels. Het begrip greenwashing verwijst naar misleidende praktijken van organisaties of bedrijven waarbij ze zich duurzamer of milieuvriendelijker voordoen dan ze daadwerkelijk zijn. Bedrijven kunnen onjuiste informatie of misleidende informatie doorgeven of bepaalde informatie met betrekking tot duurzaamheid verzwijgen.54x K. Becker-Olsen & S. Potucek, ‘Greenwashing’, encycl. Corp. Soc. Responsib. 2013; E. Blaazer, ‘Dit is greenwashing’ (en de laatste stand van zaken), FashionUnited 2023. Het risico op greenwashing neemt toe door de gestegen interesse van de consument, alsook stijgt de druk op bedrijven om te verduurzamen door de verschillende wetgevingsinitiatieven zoals bijvoorbeeld uitgezet in de EU-Strategie voor duurzaam en circulair textiel.55x J. Adamkiewicz, R. Kohanska, I. Adamkiewicz & R. M. Lukasik, ‘Greenwashing and sustainable fashion industry’, Current Opinion in Green and Sustainable Chemistry 2022/100710. Het productpaspoort kan, wanneer er gewerkt wordt met duidelijke kwaliteitsstandaarden, dit risico doen dalen.
      De labels waar kledingmerken nu een beroep op doen, zijn door gesjoemel niet altijd een garantie van een duurzame cultivatie van katoen en geven vaak de samenstelling incorrect weer.56x Earthsight, ‘Fashion Crimes, the European retail giants linked to dirty Brazilian cotton’, earthsight.org.uk 11 april 2024. Om de consument en bedrijven zekerheid te geven over de duurzaamheid van een textielproduct is de controle op de betrouwbaarheid van het productpaspoort door nationale instanties cruciaal voor de effectiviteit . Alleen door een strenge controle van textielproducten die op de Europese markt terechtkomen kan het volle potentieel van het productpaspoort benut worden, waarbij consumenten er dan zeker van kunnen zijn dat wat er vermeld wordt op het paspoort klopt. Zonder deze strenge controle is het risico op misleidende praktijken groot en kunnen frauduleuze textielbedrijven en -producenten toch door de mazen van het net glippen.
      Op dit moment heeft het productpaspoort alleen betrekking op de milieukant van het duurzaamheidsbegrip. Wat het productpaspoort niet kan vertellen, is hoe de arbeidsomstandigheden waren bij het maken van het kledingstuk. Gezien de notoir slechte arbeidsomstandigheden en vervuiling in de waardeketen, is het belangrijk dat de Commissie dit sociale aspect van textielproductie tijdig opneemt in een transparantieverplichting. De transitie naar een circulair businessmodel biedt kansen om duurzaamheid op elk moment van de textielwaardeketen na te streven. Op dit moment zijn initiatieven vanuit de industrie of regionale samenwerking vaak nog niet toegespitst op het vraagstuk rondom sociale duurzaamheid, waardoor deze problematiek nog onderbelicht blijft. Het Europees wetgevend kader kan hierbij een voortrekkersrol spelen door te erkennen dat dit een belangrijk onderdeel is van een circulair businessmodel. Het productpaspoort en de Richtlijn inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid zijn hierbij belangrijk, aangezien ze vereisen dat de ecologische en sociale impact van een textielproduct in de waardeketen in kaart wordt gebracht. Om de duurzame transitie dan te vervolledigen dient er naast transparantie in de textielwaardeketen ook een gedragsverandering in productie en consumptie plaats te vinden, waarbij het wetgevend kader van de Ecodesign-verordening een stimulerende rol kan spelen.

    • Conclusie

      De textielindustrie is verslaafd aan het lineaire businessmodel dat gestoeld is op overproductie en overconsumptie. Via de Ecodesign-verordening bouwt de Europese wetgever voort op de Ecodesign-richtlijn om een wetgevend kader te creëren om circulaire producten de norm te maken op de Europese interne markt. In dit artikel heb ik in kaart gebracht hoe de Ecodesign-verordening bijdraagt aan de bewerkstelliging van een duurzame en circulaire economie in de textielindustrie. Ecodesign van een product stelt ontwerpeisen vast voor textiel opdat de levensduur verlengd wordt en het daarna gerecycled kan worden. Een van de nieuwigheden die de verordening met zich meebrengt, is het productpaspoort dat informatie verstrekt over de milieuduurzaamheid van een product. Ook het verbod op de vernietiging van onverkochte en teruggestuurde kleding is belangrijk om een deel van de niet-duurzame praktijken van kledingbedrijven te beëindigen. Voor de bewerkstelliging van een circulaire economie speelt de Ecodesign-verordening een belangrijke rol door de duurzaamheidsvereisten voor producten te harmoniseren en zo de interne markt voor duurzame producten te stimuleren. Een effectieve controle van de productpaspoorten zal belangrijk zijn om greenwashing te vermijden en alle actoren juist te kunnen informeren over de samenstelling van het textielproduct om duurzame keuzes te maken.
      Hoewel de Commissie voor ogen heeft ‘to bring fast fashion out of fashion’ daagt de Ecodesign-verordening op dit moment het lineaire uitbuitende systeem niet voldoende uit. Zolang het wettelijk kader niet voorziet in een systeemwijziging die verder gaat dan een circulaire economie en de omvang van productie en consumptie kritisch aan de orde stelt, zullen dominante spelers in de textielindustrie vooral proberen uit te testen op welke manieren business as usual nog mogelijk is. Dit gaat ten koste van midden- en kleinbedrijven die wel zouden willen investeren in een duurzaam businessmodel, maar uit de markt weggeconcurreerd worden. Financiële steun aan de vele midden- en kleinbedrijven in de Europese textielsector blijft dus belangrijk om een interne markt met duurzame producten te bewerkstellingen. Het wetgevend kader, specifiek de toekomstige gedelegeerde handeling van de Commissie, dient een holistische visie op duurzaamheid voorop te stellen om een nieuw tijdperk van verantwoorde productie in te luiden.

    Noten

    • * De auteur bedankt graag Elise Kolen, Roseline Kraemer en Lotte de Keijzer voor de redactionele hulp.
    • 1 Ellen MacArthur Foundation, ‘A New Textiles Economy: Redesigning fashion’s future’, ellenmacarthurfoundation.org 2017.

    • 2 R. Bic e.a., ‘The global environmental injustice of fast fashion’, Environmental Health 2018.

    • 3 Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. Een nieuw actieplan voor een circulaire economie. Voor een schoner en concurrerender Europa, COM/2020/98.

    • 4 Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. EU-strategie voor duurzaam en circulair textiel, COM(2022)141.

    • 5 Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. De Europese Green Deal, COM(2019)640.

    • 6 M. Charter & I. Cheng, ‘Accelerating the Transition to a Global Circular Economy’, Edizioni Nuova Cultura 2021, p. 115-154.

    • 7 E. Blaazer, ‘How not sustainable is the fashion industry?’, fashionunited.com 11 december 2023.

    • 8 Ellen MacArthur Foundation, ‘The Trends and Trailblazers Creating a Circular Economy for Fashion’, ellenmacarthurfoundation.org 22 juni 2021.

    • 9 M. Geissdoerfer e.a., ‘The Circular Economy: A new sustainability paradigm?’, Journal of Cleaner Production 2017, p. 757-768.

    • 10 Platform for Accelerating the Circular Economy, ‘Circular Economy Ac­tion Agenda: Textiles, pacecircular.org 2021.

    • 11 Europese Commissie, Directoraat-­Generaal Energie en Directoraat-Generaal Ondernemingen en Industrie, Ecodesign your future, ‘How ecodesign can help the environment by making products smarter’, DOI: 10.2769/38512.

    • 12 R. Pugh, T. Brydges, S. Sharpe, M. Lavanga & M. Retamal, ‘The ‘Wellbeing Wardrobe’ as a tool to promote just transitions in the fashion and textile industry’, Contemporary Social Science 2024, nr. 1-3, p. 223-243.

    • 13 Richtlijn (EU) 2024/1760 van het Europees Parlement en de Raad van 13 juni 2024 inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2019/1937 en Verordening (EU) 2023/2859 (PbEU 2024/1760).

    • 14 Voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 2008/98/EG betreffende afvalstoffen COM(2023)420 final.

    • 15 Overweging 10 Ecodesign-verordening.

    • 16 Kamerbrief over Beleidsprogramma circulair textiel 2020-2025 van 14 april 2020, IENW/BSK-2020/70651.

    • 17 Richtlijn 2009/125/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het vaststellen van eisen inzake ecologisch ontwerp voor energiegerelateerde producten (PbEU 2009, L 285/10-35).

    • 18 Overweging 2 Ecodesign-verordening.

    • 19 Overweging 30 Ecodesign-verordening.

    • 20 In Nederland is dit de Inspectie Leefomgeving en Transport.

    • 21 Europees Parlement, Deal on new EU rules to make sustainable products the norm, 2023; Overweging 46 Ecodesign-verordening.

    • 22 European Environment Agency, ‘The destruction of returned and unsold textiles in Europe’s circular economy’, eea.europa.eu 2024.

    • 23 BEUC, ‘Fashion makeover: making sustainable textiles the consumer norm’, bbc.eu 2022.

    • 24 J. Cramer, ‘New forms of governance to accelerate circular textiles in the Netherlands’, in: M. Charter e.a., Accelerating Sustainability in Fashion, ­Clothing and Textiles, Londen: Routledge 2023.

    • 25 T. Bouwens, ‘Are the circular economy and economic growth compatible? A case for post-growth circularity’, Resources, Conservation and Recycling 2021, p. 1-3.

    • 26 Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s. Van duurzame producten de norm maken COM(2022)140 final.

    • 27 Bouwens 2021.

    • 28 Boston Consulting Group en Global Fashion Agenda, ‘Pulse of the fashion Industry’, globalfashionagenda.org 2017.

    • 29 European Environment Agency, ‘Growth without economic growth report’, ee.europa.eu 2021.

    • 30 J. Hickel, Minder is meer, Antwerpen: Epo Uitgeverij 2020.

    • 31 K. Cseres, ‘Consumer Social Responsibility in Dutch Law, A Case Study on the Role of Consumers in Energy Transition, Erasmus Law Review 2019, nr. 4, p. 94-110.

    • 32 D. Wightman-Stone, ‘H&M-backed textile recycler Renewcell files for bank­ruptcy’, Fashion United 27 februari 2024; G. Nath, ‘Europa heeft regels voor duurzaam textiel, maar geen klanten’, De Standaard 28 maart 2024.

    • 33 A. Wicker, ‘The trendy second-hand clothing market is huge and still grow­ing – yet nobody is turning a profit’, BBC 4 maart 2024.

    • 34 Europese Commissie, Directoraat-Generaal Interne Markt, Industrie, Ondernemerschap en Midden- en Kleinbedrijf, ‘Support report mapping sustainable fashion opportunities for SMES’, DOI: 10.2873/694021; Nath 2024.

    • 35 Overweging 54 Ecodesign-verordening.

    • 36 Overweging 54 Ecodesign-verordening.

    • 37 Overweging 55 Ecodesign-verordening.

    • 38 E. Demkes, ‘Een nachtmerrie voor je trui maar dé oplossing voor een duurzame kledingindustrie: krimp’, De Correspondent 10 april 2022.

    • 39 H. Roberts e.a., ‘Product destruction: Exploring unsustainable produc­tion-consumption systems and appropriate policy responses’, Sustainable Production and Consumption 2023, p. 300-312.

    • 40 Zie art. 3 lid 1 onder g Richtlijn (EU) 2024/1760, definitie van ‘activiteitenketen’.

    • 41 Europese Commissie, ‘Circular economy for textiles: taking responsibility to reduce, reuse and recycle textile waste and boosting markets for used textiles’, 2023; Besluit van 14 april 2023, houdende regels voor uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor textielproducten (Stb. 2023, 132).

    • 42 McKinsey, ‘The state of fashion’, mckinsey.com 2024, p. 30-32; BSR, ­‘Taking a people-centered approach to a circular fashion economy’, bsr.org 2021.

    • 43 Ellen MacArthur Foundation, ‘Circular Business Models, Redefining growth for a thriving fashion industry’, ellenmacarthurfoundation.org 2021.

    • 44 ‘Duurzaamheid verduidelijkt: Waarom iedereen het over de circulaire economie heeft als oplossing’, Fashion United 14 april 2023.

    • 45 F. Mills-Senn, ‘Chemical recycling may offer a solution to textile waste’, Specialty Fabrics Review 1 oktober 2023.

    • 46 S. Vandoorne, Kleerkastvasten: De textielketen ontrafeld, Antwerpen: Uitgeverij Vrijdag 2023.

    • 47 L. Sparkman, ‘The devil wears polyester’, earthday.org 2023.

    • 48 European Environment Agency, ‘Microplastics from textiles: towards a circular economy for textiles in Europe’, eea.europa.eu 2022.

    • 49 Europees parlement, Panel for the Future of Science and Technology, ­‘Dig­ital Product Passport in the Textile sector’, PE 757.813 maart 2024.

    • 50 Clean Clothes Campaign, ‘Fast Fashion Purchasing Practices in the EU. Business relations between fashion brands and suppliers’, cleanclothes.org 2023.

    • 51 G. Gereffi, ‘The Global Apparel Value Chain: What Prospects for Upgrading by Developing Countries?’, United Nations Industrial Development Organisation 2003.

    • 52 A. Dennission, ‘The Missing Billions in the Supply Chain’, supply-chain-waste.com 2022.

    • 53 W. Fellner & C. Spash, ‘The Illusion of Consumer sovereignty in Economic and Neoliberal thought’, WU Vienna University of Economics and Business 2014.

    • 54 K. Becker-Olsen & S. Potucek, ‘Greenwashing’, encycl. Corp. Soc. Responsib. 2013; E. Blaazer, ‘Dit is greenwashing’ (en de laatste stand van zaken), FashionUnited 2023.

    • 55 J. Adamkiewicz, R. Kohanska, I. Adamkiewicz & R. M. Lukasik, ‘Greenwashing and sustainable fashion industry’, Current Opinion in Green and Sustainable Chemistry 2022/100710.

    • 56 Earthsight, ‘Fashion Crimes, the European retail giants linked to dirty Brazilian cotton’, earthsight.org.uk 11 april 2024.

De auteur bedankt graag Elise Kolen, Roseline Kraemer en Lotte de Keijzer voor de redactionele hulp.

Print dit artikel