-
Samenvatting
In de uitspraak WS e.a./Frontex van 6 september 2023 besluit het Gerecht dat Frontex niet aansprakelijk kan worden gesteld voor schade die voor een Syrisch gezin is ontstaan nadat het in een door Frontex gecoördineerde terugkeeroperatie is uitgezet naar Turkije. Volgens het Gerecht kan de causaliteit tussen het vermeend onrechtmatig handelen van dit agentschap en door eisers geleden schade niet worden aangetoond. In deze bijdrage worden vraagtekens geplaatst bij de gekozen benadering van het Gerecht. In de eerste plaats wordt betoogd dat het Gerecht in plaats van te kijken naar de besluiten waarvoor Frontex niet verantwoordelijk is, had moeten beoordelen of Frontex zijn verplichtingen ten aanzien van de bescherming van grondrechten bij de terugkeeroperatie voldoende had nageleefd. Ten tweede is het de vraag of het Gerecht zich in deze specifieke zaak niet actiever had moeten opstellen: vanwege de in het geding zijnde grondrechten en met name het non-refoulementbeginsel, maar ook de ongelijke machtsverhouding tussen eisers en Frontex.
Gerecht 6 september 2023, T-600/21, ECLI:EU:T:2023:492 (WS e.a./Frontex).
Nederlands tijdschrift voor Europees recht |
|
Article | Aansprakelijkheid Frontex voor schade na terugkeeroperaties: vragen bij de benadering van het Gerecht |
Trefwoorden | grondrechten, non-refoulement, Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, EU-agentschap, schadevergoeding |
Auteurs | Mr. dr. E.R. Brouwer |
DOI | 10.5553/NtER/138241202024030001001 |
Auteursinformatie |
Toegang tot dit losse artikel kopen
Voor een vast bedrag van € 19,75 (excl. btw) koopt u 24 uur online toegang tot dit artikel. Met deze 24 uur toegang kunt u een artikel online raadplegen en in PDF downloaden en printen.
Per mail ontvangt u een activatiecode waarmee u 24 uur toegang tot het artikel kunt activeren.
24 uur toegang | € 19,75 (excl. btw) |
Uw aankoop activeren
Heeft u een activatiecode, dan kun u uw product hier activeren.