Binnen het Nederlandse zorgstelsel heeft transparantie van ziekenhuistarieven voor- en nadelen. Het belangrijkste voordeel is dat transparantie beneden de eigen risicogrens de consument duidelijkheid kan bieden over zijn zorgkosten. Het belangrijkste nadeel is dat transparantie tot prijspariteit kan leiden: elke verzekeraar betaalt uiteindelijk dezelfde prijs voor zorgproducten. Hierdoor verzwakken de prikkels voor verzekeraars om scherp te onderhandelen. Daarnaast kan transparantie leiden tot uitholling van het eigen risico en te veel concurrentie op prijs ten koste van kwaliteit. Andere effecten van transparantie zoals stilzwijgende afstemming tussen ziekenhuizen en betere kostprijsinschattingen lijken beperkt. Wij concluderen dat transparantie idealiter geboden wordt door verzekeraars aan hun eigen verzekerden, op beveiligde wijze, en uitsluitend voor tarieven onder de eigen risicogrens. |
Markt & Mededinging
Meer op het gebied van Europees recht en mededingingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
Bubbelbad of moddergevecht? |
Auteurs | Gunnar Niels |
Auteursinformatie |
Artikel |
Transparantie van ziekenhuistarieven: een wazige spiegel of oog in oog? |
Trefwoorden | transparantie, informatie-uitwisseling, ziekenhuistarieven, zorgstelsel, eigen risico |
Auteurs | Jan Tichem en Wolf Sauter |
SamenvattingAuteursinformatie |
In dit artikel wordt aandacht besteed aan de Groepsvrijstellingsverordening verzekeringen die op 31 maart 2017 is vervallen. De vraag die zal worden beantwoord, is wat de gevolgen van het verval van de Groepsvrijstellingsverordening zijn voor de toepassing van het mededingingsrecht in de verzekeringssector. Hoewel de keuze van de Europese Commissie gerechtvaardigd lijkt te zijn, resteren nog wel enkele onduidelijkheden, bijvoorbeeld met betrekking tot de opkomst van (samenwerking bij) big data en de afbakening van de relevante markt. |
Column |
De kaunterfèktual |
Auteurs | Winfred Knibbeler |
Auteursinformatie |
Jurisprudentie |
Commissie mag onrechtmatig door onderneming gemaakte audio-opnamen gebruiken als bewijsGerecht 8 september 2016, zaak T-54/14, Goldfish e.a./Commissie, ECLI:EU:T:2016:455 |
Trefwoorden | Toelaatbaarheid bewijs, Audio-opnamen, Telefoontaps, Noordzeegarnalen |
Auteurs | Paul Heijnsbroek |
SamenvattingAuteursinformatie |
De kern van dit arrest is de ruime toelaatbaarheid van audio-opnamen als bewijs voor een kartelinbreuk. Tijdens een inspectie trof de Commissie audio-opnamen aan die Kok Seafood heimelijk had gemaakt van telefoongesprekken met Heiploeg. Zelfs als deze opnamen onrechtmatig zijn gemaakt, mocht de Commissie die van het Gerecht gebruiken als bewijs tegen Heiploeg. Van belang daarvoor was dat Heiploeg niet van een eerlijk proces is beroofd en de opnamen niet het enige bewijsmiddel waren. In deze annotatie wordt nader ingegaan op deze toetsingsnorm en de verhouding daarvan tot nationale regels en andere jurisprudentie. |
Discussie |
Buitenlandse bedrijven, leuker kunnen we het niet maken, wel makkelijker |
Auteurs | Martijn Snoep |
Auteursinformatie |