Als op één dag de heruitgave van Het Kapitaal (Karl Marx) en De utopie van de vrije markt (Hans Achterhuis) in de krant worden besproken dan kan dat toeval zijn. Als in diezelfde krant How markets fail (John Cassidy) met een serie vergelijkbare boeken centraal staat in een artikel over het einde van het economisch systeem dan hoeft dat op zichzelf ook nog niks te betekenen. Maar als tegelijkertijd op de opinie pagina’s een verhitte discussie wordt gevoerd over de voor- en nadelen van marktwerking dan begint het gevoel zich op te dringen dat er iets aan de hand is.1x Zie bijvoorbeeld Het Financieele Dagblad 20 april 2010, OptiekDebat, p. 7. Marktwerking als ordeningsprincipe van economieën – of van samenlevingen – staat onder druk. De aanval lijkt zich daarbij te richten op de ‘vrije’ marktwerking. Marktwerking en onderlinge mededinging tussen ondernemingen als economische Grundnorm blijven vooralsnog buiten beeld. Maar, zo luidt de breed gehoorde oproep nu, de markt moet worden ingetoomd. De resultaten van vrije marktwerking zijn potentieel pervers. De samenleving is gediend bij een sterke overheid die de private actoren inperkt. Noten
|
Markt & Mededinging
Meer op het gebied van Europees recht en mededingingsrecht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
Faalangst? |
Trefwoorden | marktwerking, onderlinge mededinging, inperking private sectoren |
Auteurs | Mr. R. Wesseling |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Maatschappelijk verantwoord concurrerenMededingingsrecht in een veranderende wereld |
Trefwoorden | maatschappelijk verantwoord concurreren, marktwerking, guidance, maatschappelijke belangen |
Auteurs | Mr. T.R. Ottervanger |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een overgangsfase naar een nieuw tijdperk. Afscheid van een blind geloof in vrije marktwerking als enig heilzaam middel voor het scheppen van welvaart. De eenzijdige focus op efficiëntie en groei is onderworpen aan kritische herwaardering. Begrippen als duurzaamheid en welzijn winnen sterk aan betekenis als maatstaf voor beleid zowel van regeringen als van ondernemingen. Zo gaat de SER in zijn recente advies Overheid én Markt ervan uit dat het sociaal-economisch beleid gericht is op een breed welvaartsbegrip: naast materiële vooruitgang (welstand, productiviteitsgroei) ook sociale vooruitgang (welzijn, sociale cohesie), goede kwaliteit van de leefomgeving en een schoon milieu. Wat betekent deze ontwikkeling voor het mededingingsrecht? |
Artikel |
Europese Commissie doet recht aan discussie omtrent verticale prijsbinding |
Trefwoorden | verticale prijsbinding, hardekernbeperking, economisering mededgingingsrecht, bewijsrecht art. 101 VWEU |
Auteurs | F.A.H. van Doorn MSc LL.M. |
SamenvattingAuteursinformatie |
Een van de meest controversiële onderwerpen in het mededingingsrecht is zonder twijfel het beleid ten aanzien van verticale prijsbinding. Hoewel economische theorieën en ontwikkelingen in de VS op het eerste gezicht aanleiding lijken te geven voor een andere conclusie, kiest de Commissie er in de nieuwe groepsvrijstelling en bijbehorende richtsnoeren opnieuw voor om deze omstreden verticale restrictie als hardekernbeperking aan te merken. Door te kiezen voor deze strikte regel, maar toch de deur open te laten voor rechtvaardigingen in individuele gevallen, doet de Commissie recht aan de juridische én de economische discussie, waarin het instrument nu eenmaal de schijn tegen heeft. |
Artikel |
De nieuwe groepsvrijstelling verticale beperkingen – een bescheiden stap vooruit |
Trefwoorden | groepsvrijstelling verticale beperkingen, wijzigingsvoorstel, Verordening (EU) nr. 330/2010 |
Auteurs | Mr. H.H.P. Lugard en Dr. T. van Dijk |
SamenvattingAuteursinformatie |
In het novembernummer van 2009 van dit tijdschrift bespraken wij de voorstellen tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2790/ 1999 en de daarbij behorende richtsnoeren die de Commissie in juli 2009 bekend maakte. Inmiddels heeft de Commissie op 20 april van dit jaar de definitieve tekst van de nieuwe verordening, Verordening (EU) nr. 330/2010, alsmede de aangepaste richtsnoeren, vastgesteld. De nieuwe regeling treedt op 1 juni 2010 in werking en zal tot 31 mei 2022 van kracht blijven. Voor overeenkomsten die ingevolge Verordening (EG) nr. 2790/1999 op 31 mei 2010 vrijgesteld zijn van het verbod van artikel 101, eerste lid, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, maar niet in overeenstemming zijn met de voorwaarden van de nieuwe verordening, geldt een overgangstermijn van een jaar.In deze bijdrage staan wij summier stil bij de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de Commissievoorstellen van juli 2009. Voor een uitgebreidere bespreking van de aanpassingen van de verordening en richtsnoeren verwijzen wij de lezer graag naar onze eerdere bijdrage. |
Column |
In gedraal kun je niet wonen |
Auteurs | Prof. dr. M.F.M. Canoy |
SamenvattingAuteursinformatie |
In een column geeft een redacteur of auteur zijn of haar visie op een bepaald onderwerp. |
Jurisprudentie |
Menzis – Apotheek J.D. van Dalen |
Trefwoorden | misbruik van machtspositie, Menzis, preferentie, NZa |
Auteurs | Mr. M.Ph.M. Wiggers en Mr. dr. J.J.M. Sluijs |
SamenvattingAuteursinformatie |
O.M.W. Menzis Zorgverzekeraar U.A. en O.M.W. Anderzorg U.A. (hierna gezamenlijk: Menzis) zijn zorgverzekeraar in de zin van artikel 1 onder d Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg). Menzis hanteert sinds 2005 een preferentiebeleid inhoudende dat Menzis voor een aantal werkzame stoffen één of meer geneesmiddelen aanwijst die voor verstrekking dan wel vergoeding in aanmerking komen en waarmee andere geneesmiddelen die dezelfde werkzame stoffen bevatten worden uitgesloten van verstrekking of vergoeding op basis van de polis. Als zorgverzekeraar berust op Menzis de plicht zijn verzekerden toegang te geven tot de zorg waar zij wettelijk aanspraak op en behoefte aan hebben. Op grond van deze zorgplicht wil Menzis Apotheek J.D. van Dalen (hierna: Van Dalen) contracteren. Van Dalen weigert echter een contract met Menzis te sluiten zolang Menzis haar preferentiebeleid in het contract handhaaft. Op 31 juli 2009 heeft Menzis hierover een klacht ingediend bij (1) de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) op grond van misbruik van economische machtspositie (art. 24 Mw), en (2) aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) verzocht haar bevoegdheden ten aanzien van aanmerkelijke marktmacht (AMM) toe te passen (art. 48 Wmg en 49 Wmg). Op basis van artikel 18 Wmg (voorrangsbeginsel NZa) en het samenwerkingsprotocol gesloten tussen de NMa en de NZa is deze zaak (uitsluitend) in behandeling genomen door de NZa. |
Boekbespreking |
Erik-Jan Zippro: Privaatrechtelijke handhaving van mededingingsrecht |
Trefwoorden | Privaatrechtelijke handhaving van mededingingsrecht |
Auteurs | Mr. R. Meijer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Ook het recht kent trends. Een trend waar we de laatste tijd veel over horen is de zogenoemde privaatrechtelijke handhaving van het mededingingsrecht. Hoewel er een overvloedige hoeveelheid literatuur is verschenen over dit onderwerp ontbrak het aan een boek dat vanuit het Nederlands recht een volledig – voor zover mogelijk – overzicht gaf van de problematiek. Met de dissertatie van Erik-Jan Zippro waarop hij op 27 november 2008 is gepromoveerd aan de Universiteit Leiden is deze leemte opgevuld |