DOI: 10.5553/HenR/246893352016000001001

Handicap & RechtAccess_open

Redactioneel

Applaus en verwachtingen

Auteurs
DOI
Toon PDF Toon volledige grootte
Auteursinformatie Statistiek Citeerwijze
Dit artikel is keer geraadpleegd.
Dit artikel is 0 keer gedownload.
Aanbevolen citeerwijze bij dit artikel
Mr. D.C. Houtzager, 'Applaus en verwachtingen', Handicap & Recht 2016-1, p. 1-2

Dit artikel wordt geciteerd in

      Op 14 juni 2016 klinkt een welgemeend applaus in de grote vergaderzaal van de Verenigde Naties in New York. De voorzitter van de jaarlijkse Conference of State Parties deelt mee dat Nederland zojuist het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van Personen met een Handicap (IVRPH) heeft geratificeerd. Een Nederlandse regeringsdelegatie heeft juist voor het begin van de vergadering het ratificatiedocument gedeponeerd bij de VN.

    • Goedkeuring van het verdrag in Nederland

      In Nederland zelf ging een zucht van verlichting op onder mensen die uitkeken naar de ratificatie. Na de ondertekening van het verdrag in 2007, heeft het negen jaar geduurd voordat het Nederlandse parlement het verdrag goedkeurde. Op Ierland na is Nederland het laatste land in de Europese Unie dat tot ratificatie is overgegaan. Dat het negen jaar heeft geduurd, heeft te maken met de Nederlandse wens om wetgeving en beleid op orde te hebben op het moment van ratificatie van een verdrag. Toch bestaat ook de indruk dat de angst dat ratificatie veel geld zou kosten en extra regelgeving zou betekenen, een vertragende rol heeft gespeeld. Uiteindelijk heeft onderzoek naar nalevingskosten uitgewezen dat de kosten voor het verrichten van doeltreffende aanpassingen, door bijvoorbeeld het midden- en kleinbedrijf, geen onoverkomelijke drempel zouden opwerpen.1x SEOR: Economische gevolgen van ratificatie van het VN Verdrag Handicap, Rotterdam, 2013. Misschien was er sprake van koudwatervrees.
      Op grond van de uitvoeringswet zijn met ingang van 14 juni 2016 de Kieswet en de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (WGBH/CZ) aangepast. De aanpassingen in de WGBH/CZ komen in deze uitgave uitgebreid aan bod in een bijdrage van Goudsmit. In de Kieswet is, na debat in de Tweede Kamer, vastgelegd dat gemeenten er zorg voor moeten dragen dat alle stemlokalen toegankelijk zijn voor mensen met een lichamelijke beperking. Dat wordt als winst gezien, omdat in het oorspronkelijke wetsvoorstel slechts een percentage van 25% toegankelijke stemlokalen verplicht werd gesteld. Een amendement dat er voor pleitte om mensen met een verstandelijke beperking in het stemhokje bij te laten staan door een vertrouweling of een lid van het stembureau, haalde geen meerderheid.

    • Een nieuw tijdschrift

      Het IVRPH is de weerslag van een paradigmaverschuiving: het denken over mensen met een beperking is verschoven van een zorgbenadering naar een sociale benadering. Vroeger werden beslissingen genomen voor en over mensen met een beperking, vanuit de overtuiging dat zij zorg of bescherming nodig hadden of vanuit het uitgangspunt dat de samenleving beschermd moest worden tegen bijvoorbeeld mensen met psychiatrische problematiek. Inmiddels heeft de mening postgevat dat mensen met een beperking burgers zijn en dezelfde rechten hebben als ieder ander. Daar hoort bij dat mensen met een beperking en hun organisaties betrokken moeten worden bij het opstellen van wetten en regels die hen aangaan. Dat vergt van het rijk en van gemeenten, die de duty bearers van het verdrag zijn, extra inzet om overleg en inspraak te organiseren. Bij die veranderde denkwijze komen uiteraard allerlei vraagstukken op. Het is een wereld in beweging en een proces dat juristen en beleidsmakers steeds voor nieuwe dilemma’s stelt. Actualiteiten in de zorg, de maatschappelijke ondersteuning, maar bijvoorbeeld ook in het verzekerings- en familierecht moeten met een andere blik bekeken worden.
      Het tijdschrift Handicap & Recht is daar het nieuwe platform voor. Handicap & Recht verschijnt tweemaal per jaar en richt zich vooral op mensen die werkzaam zijn in de rechtspraktijk, in beleidsfuncties bij overheden en maatschappelijke organisaties en in de wetenschap. Artikelen zijn prikkelend en informatief en worden geschreven door deskundige auteurs.

    • Van passend onderwijs tot Wmo

      Dit eerste nummer behandelt een aantal van de regels die aan verandering onderhevig zijn. Bijvoorbeeld het passend onderwijs. De problematiek van thuiszitters, leerlingen die geen onderwijs op een school volgen, is met de invoering in 2015 van de Wet passend onderwijs nog niet opgelost. We moeten toe naar inclusief onderwijs, lijkt de strekking van General Comment no. 4 van het VN-comité dat toezicht houdt op de naleving van het verdrag.2x Vindplaats van de General Comments: www.ohchr.org/EN/HRBodies/CRPD/Pages/GC.aspx. Voldoet passend onderwijs aan die eis uit het verdrag? De bijdrage van Schoonheim geeft, aan de hand van een recent onderzoek naar het recht op inclusief onderwijs, het startschot voor de discussie daarover.
      Een ander heikel punt: volgens het verdrag hebben mensen met beperkingen recht op gelijkheid voor de wet. Artikel 12 IVRPH schrijft voor dat zij in alle aspecten van het leven handelingsbekwaam zijn. Het Comité is in General Comment no. 1 uit 2014 resoluut in zijn uitleg hiervan: alle vormen van substituted decision making moeten worden vervangen door supported decision making: de betrokkene moet zelf zijn beslissingen kunnen nemen. En als hij daartoe moeilijk in staat is, dient hij hierbij te worden ondersteund. Plaatsvervangende besluitvorming, door een familielid of een professional, past daar niet in. Blankman en Vermariën hebben onderzocht hoe de Nederlandse wetgeving over curatele, bewindvoering en mentorschap (Wet CBM) zich verhoudt tot dat verdragsartikel en tot het EVRM.
      Nog een onderwerp dat voor discussie zorgt: dwang in de zorg. Begin september 2016 publiceerde de NRC een serie artikelen over het in isolatie plaatsen van cliënten in psychiatrische instellingen. Er is een tendens in instellingen om de praktijk van isolatie of separeer te verminderen, maar het komt nog steeds voor. Artikel 14 IVRPH gaat over het recht op vrijheid. Dat is bij het gedwongen separeren direct aan de orde. Ippel en Blok gaan daarop in vanuit de praktijk en vanuit een rechtssociologisch perspectief.
      Ten slotte komt een set langverwachte uitspraken van de Centrale Raad van Beroep aan bod. Om zelfstandig te kunnen wonen heb je hulp nodig, die is afgestemd op de beperking die je hebt. Dat is een uitgangspunt van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) zoals die in 2015 is gewijzigd. De inzet van een aantal rechtszaken was de vraag of gemeenten, als uitvoerders van de Wmo, het aantal uren voor hulp bij het huishouden mochten verminderen. In mei 2016 deed de CRvB zijn uitspraak over de gemeentelijke verplichtingen. In hun annotatie geven Vermaat en Bruggeman er duiding aan.

      Nederland gaat over twee jaar weer naar de VN. Dan om het eerste landenrapport te presenteren aan het toezichthoudend comité. Handicap & Recht kan bij het opstellen van het landenrapport en bij het opstellen van schaduwrapporten door ngo’s, een rol spelen. De artikelen in het blad geven een goed beeld van de stand van zaken van de implementatie van het verdrag.

    Noten


Print dit artikel