Op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming hebben partijen een grondslag nodig om persoonsgegevens vanuit de EER naar derde landen door te mogen geven. In deze bijdrage bespreekt de auteur de aandachtspunten bij het gebruik van modelcontracten als grondslag voor de doorgifte van persoonsgegevens naar derde landen. Daarbij worden de oude modelcontracten (modelcontractbepalingen) en de nieuwe modelcontracten (standaardcontractbepalingen) vergeleken. Ook signaleert de auteur welke invloed het Schrems II-arrest heeft op het gebruik van de modelcontracten. De bijdrage wordt afgesloten met de conclusie dat, afhankelijk van een door partijen gemaakte risicobeoordeling, modelcontracten mogelijk een grondslag kunnen bieden voor doorgifte van persoonsgegevens naar derde landen. |
Contracteren
Meer op het gebied van Burgerlijk (proces)recht
Over dit tijdschriftMeld u zich hier aan voor de attendering op dit tijdschrift zodat u direct een mail ontvangt als er een nieuw digitaal nummer is verschenen en u de artikelen online kunt lezen.
Redactioneel |
Redactioneel |
Artikel |
Internationale doorgifte van persoonsgegevens: aandachtspunten bij het gebruik van modelcontracten |
Trefwoorden | AVG, modelcontracten, persoonsgegevens, Standard Contractual Clauses, Schrems-II (arrest) |
Auteurs | mr. D.S. de Boer |
SamenvattingAuteursinformatie |
Artikel |
Wet franchise: de remedies bij het schenden van precontractuele verplichtingen. Voegt de nieuwe wet wat toe? |
Trefwoorden | Schenden precontractuele verplichtingen, Onrechtmatige daad, Artikel 3:40 BW, Verbintenis die voortvloeit uit de precontractuele redelijkheid en billijkheid, Wet franchise |
Auteurs | Mr. Y. Hafez |
SamenvattingAuteursinformatie |
In de Wet franchise zijn verschillende precontractuele informatieverplichtingen opgenomen teneinde de rechtspositie van de franchisenemer te verbeteren. In dit artikel wordt betoogd dat de remedies bij het schenden van die verplichtingen onvoldoende uitgekristalliseerd zijn. De toelichting van de wetgever is verre van helder en de structuur van de wet is onvoldoende doorgedacht. De wet kan zodoende tot aardig wat discussie leiden. |
Impressies |
De Wet franchise in de glazen bol van Vranken |
Trefwoorden | Art. 7:915 BW, Obliegenheit, Schuldeisersverzuim, Onderzoeksplicht, Franchise |
Auteurs | C. de Looff |
SamenvattingAuteursinformatie |
Volgens standaardjurisprudentie van de Hoge Raad plegen franchisegevers die ondeugdelijke prognoses verschaffen bij het aangaan van franchiseovereenkomsten niet zonder meer een wanprestatie jegens hun franchisenemers. In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de vraag of het onderscheid dat de Hoge Raad in dergelijke gevallen maakt, tussen wanprestatie en onrechtmatige daad, (nog) gerechtvaardigd is, daarbij wordt een kritische blik geworpen op de rol van de Obliegenheit binnen het Nederlands verbintenissenrecht en in het verlengde daarvan wordt een visie gegeven op de rol van artikel 7:915 BW binnen de nieuwe Wet franchise. |
Boilerplates etc. |
Modelbepaling Wet aanpak schijnconstructies: OK zo? |
Trefwoorden | boilerplate, aanpak schijnconstructies, ketenaansprakelijkheid, bescherming werknemers, misbruik |
Auteurs | Mr. M. Uijen |
SamenvattingAuteursinformatie |
In deze bijdrage wordt ingegaan op de extra risico’s waarmee opdrachtgevers worden geconfronteerd door de Wet aanpak schijnconstructies. Na een korte inleiding over de eisen van de wet wordt een tekstsuggestie aangereikt voor een regeling waarmee in ieder geval gedeeltelijk aan die eisen kan worden voldaan. |
Actualia contractspraktijk |
Non-conformiteit en klagen verder ingekaderd: over gecedeerde vorderingen en beroepsfouten |
Trefwoorden | klachtplicht, Non-conformiteit, Algemene voorwaarden, huurkoop |
Auteurs | Mr. drs. J.H.M. Spanjaard |
SamenvattingAuteursinformatie |
De Hoge Raad heeft in 2021 het recht over conformiteit en de klachtplicht van verdere kaders voorzien. Non-conformiteit van gecedeerde vorderingen lijkt erg contractueel te worden ingekleurd en klagen hoeft niet als in het geheel niet is gepresteerd. Daarmee lijken contractuele bepalingen over klachtplicht en non-conformiteit nog belangrijker. |