-
Peter Schouten en Onno de Jong ervaren dagelijks hoe ingrijpend het is om advocaat te zijn van kroongetuige Nabil B. Toch staan zij vierkant achter hun zaak. ‘Wij hebben geen pact met de duivel gesloten.’
-
Stil
Schouten voelde zich sterk gesteund door de NOvA, die zijn aanbod publiekelijk een ‘moedig besluit’ noemde. De Jong voelde zich juist niet gezien door de advocatenorde. Hij kreeg telefoontjes van collega-advocaten, vanuit het Openbaar Ministerie en de Rechtspraak: ‘Ze vroegen hoe het met me ging, wisten wat de consequenties waren. De enige van wie ik nooit wat heb gehoord, is de orde. Ik las dat ze zich druk maakten om bedreigde advocaten in Polen, terwijl de meest bedreigde advocaat van Nederland op dat moment in Den Haag om de hoek bij de landelijk deken werkte. Ik heb nooit iets van ze gehoord, ondanks het feit dat ik de jaren daarvoor zowat als enige advocaat verschillende kroongetuigen had bijgestaan. En ook zelfs nu, na alle media-aandacht, is het stil gebleven.’
In een kleine, afgeschermde zittingszaal van een rechtbank praten Schouten en De Jong openhartig over hun ervaringen als advocaat van Nabil B., de kroongetuige van het Marengo-proces. Over de heftige persoonlijke consequenties die deze stap voor hen heeft gehad. Over de gevolgen voor hun werk, de reacties van hun collega’s. Ook over bredere issues is het duo uitgesproken: zoals de kritiek op het fenomeen kroongetuige en de rol van ‘vertrouwenspersoon’ Peter R. de Vries. De twee zijn duidelijk op elkaar ingespeeld: ze vullen elkaar vaak aan, roepen de ander tot de orde met een grap. Ze zijn het frequent eens, maar verschillen ook van mening. Ze hebben zich samen in dit riskante avontuur gestort en willen het samen tot een goed einde brengen. Zij aan zij.
Begin december werd bekend dat Schouten en De Jong op een dodenlijst staan. De Jong woont met zijn vrouw in een safehouse: ‘Een “geheime verblijfplaats”, in vaktermen. Dat heeft enorme consequenties, met name voor je sociale leven. Je kunt niet meer iedereen op bezoek laten komen, alles moet minutieus gepland worden. Dat is vooral heel zwaar voor mijn vrouw. Bang ben ik niet, maar als er één aspect is waar ik het moeilijk mee heb, dan is het dit.’ Daar zijn thuis veel gesprekken over gevoerd, stelt hij. ‘Mijn vrouw gaat er haast professioneel mee om, zij is daar heel helder en straight forward in. Ik heb daar veel bewondering voor. Ik hoop dat ik haar ooit nog eens iets vergelijkbaars kan teruggeven als de setting weer rustiger is.’ Dat duurt nog minstens een jaar, want het Marengo-proces duurt nog zeker tot in 2022. Ook Schouten, die vanuit zijn thuissituatie beveiligd wordt, moet dagelijks dealen met de vele restricties. ‘Dat is ingrijpend. Het scheelt dat mijn Amerikaanse schoonfamilie een sterk militaire achtergrond heeft, zo is mijn vrouw ook opgevoed. Mijn schoonvader was een bijzonder dapper militair, een Airborne Ranger. Hij vindt het pas een echt gevaar wanneer je achter de linies wordt gedropt met een rugzakje en een jachtmes. Ik mag van hem niet zeuren.’
-
Zaken afstoten
De impact op de gang van zaken bij hun advocatenkantoren is pregnant. ‘Het kantoorhandboek is aangevuld met een dik hoofdstuk beveiliging,’ zegt Schouten. ‘Onze collega’s lopen niet zomaar over straat,’ vult De Jong aan. Toch heeft geen van hun confrères – drie bij Schouten Legal en één bij ICE Advocaten – besloten op te stappen vanwege de situatie. ‘Mijn compagnon heeft nog voldoende manoeuvreerruimte,’ aldus De Jong. ‘Mijn collega’s hebben zich heel ondersteunend opgesteld,’ vindt Schouten. ‘Wij hebben daar uitgebreide gesprekken over gehad.’ Lopen cliënten in andere strafzaken weleens weg omdat zij geen zaken willen doen met de advocaat van een ‘verklikker’? ‘Dat is mij pas één keer gebeurd,’ vertelt Schouten. ‘En het was niet eens zeker dat de breuk daardoor kwam.’ Ook bij De Jong stopte één client ermee vanwege Nabil B. ‘Ik leg cliënten altijd uit dat ik ook nog allerlei andere zaken doe, variërend van overvallen tot moorden.’
Komen de kroongetuige-advocaten eigenlijk nog wel toe aan andere zaken? Het is bekend dat megazaken als Marengo door de enorme dossiers, de vele zittingsdagen en verhoren veel aandacht en energie vreten. ‘Normaal deed ik 150 dossiers per jaar,’ reageert Schouten. ‘Nu nog zo’n 25. Het is best moeilijk om te focussen op andere zaken, daarom heb ik die flink teruggeschroefd.’ Schouten vindt het wel prettig om af en toe ook ergens anders mee bezig te zijn. ‘Ik noem dat eilanden van rust creëren. Het gaat vaak om jeugdstrafzaken, ik vind het belangrijk die te blijven doen. Dan krijg ik weleens de opmerking van een agent als ik probeer een tweede HALT te krijgen voor een jongen van dertien: “Nou meester Schouten, wij hadden u hier helemaal niet meer verwacht.”‘ De Jong stoot eveneens regelmatig zaken af. ‘Naast Marengo zit ik ook nog in de megazaak Eris, dat slokt gigantisch veel tijd op. Peter en ik zijn allebei workaholics, die vaak nog ’s avonds contact hebben. Maar ik heb steeds vaker de behoefte om gewoon even een avondje niets te doen. Niet elke keer die telefoon.’
Er gaat veel tijd zitten in het overleg met Nabil B. Daartoe is een voor Nederlandse begrippen uniek driemanschap opgetuigd. Naast advocaten Schouten en De Jong heeft ook Peter R. de Vries veel contact met B. De Vries vervult de rol van ‘vertrouwenspersoon’. Het OM ging in eerste instantie akkoord met de constructie, maar maakte later bezwaar tegen het feit dat De Vries geen advocaat is. Ook binnen de advocatuur is er kritiek: hoe verhoudt De Vries zich tegenover het verschoningsrecht en de geheimhoudingsplicht? Is hij verantwoording schuldig aan de tuchtrechter? ‘Peter is bij Schouten Legal in dienst bij als rechtshulpverlener,’ legt Schouten uit. ‘Hij heeft via mij een afgeleide geheimhoudingsplicht. Als hij daarin een fout maakt, ben ik tuchtrechtelijk aansprakelijk. Ik heb alle regelgeving op dit punt tot in het kleinste detail bestudeerd en met de plaatselijk deken besproken.’ Het werkt goed, stelt hij: ‘Onno en ik gaan over de juridische inhoud, Peter R. de Vries over onder meer de media. Peter is geen jurist, maar is door zijn intensieve ervaring met het strafrecht als misdaadjournalist wel zeer goed op de hoogte van vele juridische kwesties.’ Schouten pleit ervoor de optie van vertrouwenspersoon in Nederland vaker te benutten. ‘Elke verdachte moet een kapelaan, een imam, een psycholoog of Peter R. de Vries kunnen spreken als hij dat wil.’ In de Verenigde Staten is dat heel gebruikelijk, zegt De Jong. ‘Daar heb je in grote strafzaken een team van advocaten, media-adviseurs en psychologen. Wij in Nederland doen er moeilijk over.’
Cv Onno de Jong (62)
Raadsman diverse kroongetuigen: Fred Ros in het Passageproces, Tony de G. in het Eris-proces en Nabil B. in het Marengo-proces.
1982-1987: Rechten Universiteit Utrecht
1990-2019: Oprichter en partner Ausma De Jong Advocaten
2012-2017: Rechter-plaatsvervanger bij Rechtbank Gelderland
2019-heden: Oprichter en partner ICE Advocaten in Den Haag
-
Cliënt verraden
De keus voor De Vries als vertrouwenspersoon was bovendien bittere noodzaak, menen Schouten en De Jong. Afgelopen zomer volgden beiden de zogeheten ‘anonieme advocaat’ van de kroongetuige op, die na de moord op Wiersum zijn identiteit niet openbaar durfde te maken. Het was, zo schetst het duo, een beladen erfenis die de anonieme confrère voor hen achterliet. Vlak na zijn vertrek deed de advocaat in een kranteninterview een boekje open over het conflict dat was ontstaan tussen hem en Nabil B. Peter R. de Vries zou daarin een belangrijke verstorende rol hebben gespeeld. Daarnaast citeerde de advocaat uit vertrouwelijke gesprekken met de kroongetuige. ‘Daar was ik zo boos om,’ briest De Jong. ‘Je beroepsgeheim is zo’n beetje de holy grail van de advocatuur. Als je dat gaat verkwanselen, is het hek van de dam.’ Ook Schouten was woest: ‘Ik zag de woorden “psychologisch rapport” opduiken in het interview en dacht: als ik dat ooit openbaar maak van een cliënt wordt er een snelrechtprocedure gestart om mij van het tableau te schrappen.’ Dat gebeurde niet. ‘Je kunt kennelijk je client verraden en gewoon weer naar de volgende gaan,’ aldus De Jong. Het gebutste vertrouwen van Nabil B. in de advocatuur maakte het volgens Schouten en De Jong noodzakelijk dat een niet-advocaat deze breuk lijmde. Die rol is vervuld door ‘vertrouwenspersoon’ Peter R. de Vries. ‘Dat heeft hij heel zorgvuldig ingevuld,’ stelt Schouten.
Opvallend genoeg winden Schouten en De Jong zich tijdens het gesprek niet het meest op over hun eigen penibele situatie, over hun gemankeerde privéleven of hun ingeperkte ambacht. Het is de maatschappelijke discussie rond hun rol als advocaat van de kroongetuige die ze het meest raakt. Waar hun felheid oplaait. Zoals bij de kritiek op de rol van Peter R. de Vries, of de grote ethische steken die hun voorganger volgens hen heeft laten vallen. En is een kroongetuige eigenlijk wel een koosjer instrument, of heeft het dermate veel nadelen dat het onwenselijk wordt?
‘Twee speerpunten van kritiek hoor je altijd rond de kroongetuige,’ aldus De Jong: ‘Het is een gekochte verklaring en hij is niet betrouwbaar. Ik ben het met beide oneens. Van dat kopen is geen sprake, want de verklaringen worden afgelegd voordat er sprake is van de voorwaarden van een eventuele deal. Je legt ze af en pas dan gaat het OM kijken.’ Natuurlijk wordt de verklaring afgelegd met de intentie van een deal, erkent De Jong. ‘Maar de intrinsieke motivatie van een kroongetuige is bescherming, niet het geld dat het oplevert. Van een koopgetuige is geen sprake.’ Ook de betrouwbaarheid van kroongetuigen wordt ten onrechte automatisch in twijfel getrokken, vindt De Jong. ‘Alles wat ze zeggen, wordt tijdens het afleggen van de verklaringen zo veel mogelijk geverifieerd. Via gegevens uit andere onderzoeken, telecomdata enzovoort. Als die verklaringen naar buiten komen, wordt er nog meer geverifieerd. Wanneer het niet klopt, heeft hij een groot probleem.’ De Jong vindt dat de mogelijkheden voor de inzet van de kroongetuige juist moeten worden verruimd: ‘Nu moet de staat zich in allerlei bochten wringen, omdat de wetgeving op dit punt te beperkt is.’ Schouten onderschrijft dat. ‘Het duurde lang voor dat er duidelijkheid kwam rond de kroongetuige en wat er uitkwam was mager. Met name waar het ging om rechtsbescherming tegen de overheid, dat vind ik van groot belang.’
-
Onmisbaar
Tegelijk vindt Schouten de kroongetuige een onmisbaar wapen in de strijd tegen de georganiseerde misdaad. ‘Er wordt vaak gezegd: je sluit een pact met de duivel. Dat is volstrekte onzin, het is een pact tégen de duivel. Je moet alleen zorgen dat het bewijs voldoende wordt bewaakt, dat alles procedureel netjes wordt afgewikkeld, dat het toetsbaar is.’ Nu wordt er volgens Schouten binnen het Marengo-proces door de rechtbank aan de advocaten van andere verdachten te veel ruimte geboden om Nabil B. neer te zetten als leugenaar. ‘Dat is jammer, het is ongeloofwaardig om steeds op dezelfde trom te slaan, naar aanleiding van een niet-vermeld iPhone-tje.’ De Jong wil graag uit deze polarisatie komen. ‘Ik probeer niet te denken in zij en wij. Ik beschouw ons allemaal als verdediging van de verdachten. Alleen is onze client toevallig ook een belangrijke getuige. Zij zien ons soms als een verlengstuk van het OM, ik beschouw hen als onze collega’s.’
-
Knop omgezet
Bij het Openbaar Ministerie bestaat nog veel onwennigheid richting kroongetuigen, merkt het duo. ‘Ik kan uit veiligheidsoverwegingen geen concrete voorbeelden geven, maar in mijn ogen springt het OM regelmatig inhumaan om met Nabil,’ zegt Schouten. De Jong: ‘Het OM zou zich beter moeten realiseren dat het de kroongetuige is die zijn nek uitsteekt en niet het Openbaar Ministerie. Soms ontstaat bij ons de gedachte: het OM vindt het wel best zo. Ze hebben de verklaringen binnen en wat er verder met die kroongetuige aan de hand is, daar bemoeien ze zich niet mee.’ Terwijl de rol van hun cliënt cruciaal is, benadrukken beiden. ‘Hij is een heel waardevolle getuige binnen Marengo. Zonder hem had het OM geen zaak gehad.’
Ondertussen worden Schouten en De Jong 24/7 stringent bewaakt. Ze zijn allebei heel tevreden over de manier waarop dat gebeurt. ‘Als je een beetje uitleg krijgt waarom bepaalde dingen gebeuren en waarom bepaalde dingen niet gebeuren, scheelt dat een hoop vraagtekens, onzekerheid en ergernis,’ zegt De Jong, die vorig jaar voordat hij advocaat werd van Nabil B. in conflict kwam met de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Dat gebeurde toen de NCTV zijn strenge beveiliging sinds de moord op Wiersum op een gegeven moment op andere wijze wilde gaan inkleden. De Jong was het daar niet mee eens. Toen hij zich bij Schouten voegde, werd het probleem vanzelf opgelost, maar de lucht moest nog wel geklaard: ‘We hebben daar goed over gesproken en nu is het opgelost.’ Schouten legt zijn veiligheid bewust volledig in handen van de staat. ‘Het is hun verantwoordelijkheid en daar wil ik me zelf niet mee bezighouden. Dat lukt doorgaans goed. Ik heb de knop omgezet en laat me niet intimideren door deze situatie. Als ik iets moet zeggen of doen in het belang van mijn cliënt, dan doe ik dat.’
Ze herinneren het zich allebei als de dag van gisteren. De ochtend waarop collega Derk Wiersum werd vermoord in Amsterdam. ‘Er kwam een maalstroom aan gedachten bij me op,’ vertelt De Jong. ‘Ik was geschokt over de brutaliteit en wreedheid. En wist ogenblikkelijk wat het voor mij zou betekenen. Ik kreeg direct telefoon van het OM: ik zou naar een verhoor gaan, maar dat moest ik afbellen. “Jij blijft binnen,” zeiden ze. Die avond zijn mijn kantoorgenoot en ik letterlijk met gillende sirenes naar huis gebracht.’ Thuis kregen De Jong en zijn vrouw bezoek van het Openbaar Ministerie: ze dienden zo snel mogelijk hun huis te verlaten. Ze zijn er sindsdien nooit meer geweest.
Ook Peter Schouten schrok enorm toen hij het nieuws op internet las. ‘Ik relateerde de gebeurtenis meteen aan het feit dat ik zelf ooit zwaarbeveiligd ben, nadat een tip was binnengekomen dat er twee huurmoordenaars op mij en mijn cliënt af waren gestuurd. Nu gebeurt het een keer echt, dacht ik. Een soort aha-erlebnis. Ik vond het vreselijk en besloot de volgende dag om me beschikbaar te stellen als de nieuwe advocaat van de kroongetuige.’ Niet om de aandacht te trekken, benadrukt Schouten. ‘Maar om de beroepsgroep goede moed te geven, er was veel angst onder advocaten en daarom wilde ik mijn nek uitsteken. Ik kon dat zo snel doen omdat ik bij die eerdere beveiligingskwestie thuis dit soort terreur al intensief had besproken: ik wil me niet laten intimideren, ook niet onder grote dreiging.’
Cv Peter Schouten (63)
1974-1987: Journalist/communicatieadviseur
1987-1991: Uitgever bij Audax (haalde Peter R. de Vries naar Aktueel)
1991-2005: Ondernemer in Azië: producent tv-spelletjes, oprichter islamitische internetbank
2006-2011: Rechten Open Universiteit
2009-heden: Eigenaar Schouten Legal in Breda
2011: Boek ‘Trial by Media’, over gevolgen media-aandacht op strafproces
2011-2013: Beroepsopleiding NOvA
2019-2020: Voorzitter project-C (afgewezen) experiment legale wietteelt