Op maandag 11 september 2023 heeft Maartje Clercx, onderzoeker bij De Rooyse Wissel, haar proefschrift verdedigd aan de Radboud Universiteit, getiteld Connecting the dots: Forensic vigilance as a core competency of forensic mental healthcare professionals. Dit onderzoek richtte zich op ‘forensische scherpte’, een begrip dat wordt gebruikt om een vaardigheid uit te drukken die nodig is voor professionals die werkzaam zijn in de forensische zorg. Het is niet duidelijk wanneer de term voor het eerst gebruikt werd, maar het werd vaker gebruikt na de casus Michael P. in 2017. In de rapporten die verschenen naar aanleiding van de verkrachting en moord op Anne Faber werd geconstateerd dat er sprake was van een gebrek aan forensische scherpte. Sinds die tijd is forensische scherpte regelmatig opgenomen in vacatureteksten en in officiële rapporten, maar het is ook iets waar professionals het onderling vaak over hebben.
Ondanks het wijdverbreide gebruik van het begrip was er geen eenduidige definitie. In het onderzoek van Maartje zijn dertig stellingen voorgelegd aan 700 professionals die werkzaam zijn in de forensische zorg. In een online enquête moesten zij aangeven hoezeer zij elk van de stellingen onderschreven. Op basis van de meest onderschreven stellingen kon forensische scherpte als volgt worden gedefinieerd:
‘Bewustzijn van de patiënt, van zijn of haar stoornis en de forensische setting. Het is het kunnen herkennen van zelfs subtiele signalen van mogelijke escalatie, het eigen onderbuikgevoel, de capaciteit om hierover met collega’s te communiceren, de bereidheid om te handelen wanneer nodig, en de realisatie dat dit in zichzelf ook een effect op de patiënt kan hebben.’
Op basis van deze definitie heeft Maartje vervolgens een meetinstrument ontwikkeld.
Hoewel de term forensische scherpte in verband werd gebracht met incidenten, was niet duidelijk of er ook daadwerkelijk een samenhang is. Om deze relatie te onderzoeken werd gebruikgemaakt van onderzoeksrapporten van ernstige incidenten in forensische instellingen. Uit de analyse van deze documenten kwamen vijf thema’s naar voren die belangrijk zijn bij het werken in de forensische context. Dit waren 1) observeren van potentiële risico’s, 2) duiden van geobserveerde signalen, 3) communicatie over deze signalen, en 4) handelen waar nodig. Het vijfde thema geeft aan dat de professional al deze kernvaardigheden moet verbinden (‘connecting the dots’). Uit het onderzoek van Maartje blijkt dat werkervaring in de forensische zorg voorspellend is voor forensische scherpte. Werkgerelateerde stress, burn-outsymptomen en werktevredenheid zijn niet voorspellend, noch was forensische scherpte voorspellend voor deze factoren. Door middel van focusgroepen is aan patiënten gevraagd wat zij belangrijk vinden in professionals om een veilige omgeving te creëren en te handhaven. Zij geven aan dat persoonlijke eigenschappen van de professionals, communicatie (bijv. direct zijn), signalen en handelen, en de werkrelatie tussen patiënt en medewerker belangrijk zijn.
De belangrijkste bevindingen van het onderzoek zijn dat forensische scherpte een kernvaardigheid is van forensische professionals en dat forensische scherpte belangrijk is bij het bewaken van de veiligheid in forensische instellingen. Het onderzoek van Maartje vormt een eerste stap in het onderzoek naar forensische scherpte, maar biedt al wel handvatten waarmee forensische instellingen aan de slag kunnen, bijvoorbeeld in supervisie, intervisie en middels trainingen.
Het proefschrift en bijbehorende magazine is online te lezen via:
www.derooysewissel.nl/onderzoek/forensische-scherpte/