-
Samenvatting
In deze bijdrage staat de vraag centraal of, en zo ja in welke gevallen, het foutief invullen van een Bibob-formulier het vermoeden van valsheid in geschrifte (art. 225 Sr) rechtvaardigt. Op basis van artikel 3 lid 6 Wet Bibob kan een beschikking worden geweigerd of ingetrokken als redelijkerwijs kan worden vermoed dat een strafbaar feit is gepleegd ter verkrijging of behoud van die beschikking. Voor de inkleuring van dat bestuursrechtelijke vermoeden lijkt opzet of oogmerk geen rol te spelen. Dat werpt de vraag op: is fout ook per definitie vals? En vooral: wanneer is fout vals?
Tijdschrift voor Bijzonder Strafrecht & Handhaving |
|
Article | Fout is vals?Het foutief invullen van het Bibob-formulier en de bestuurs- en strafrechtelijke invulling van valsheid in geschrifte |
Trefwoorden | Wet Bibob, valsheid in geschrifte, opzet, oogmerk, artikel 3 lid 6 Wet Bibob |
Auteurs | Mr. J.L. Baar en Mr. A.S. Schollaardt |
DOI | 10.5553/TBSenH/229567002022008004003 |
Auteursinformatie |
Toegang tot dit losse artikel kopen
Voor een vast bedrag van € 19,75 (excl. btw) koopt u 24 uur online toegang tot dit artikel. Met deze 24 uur toegang kunt u een artikel online raadplegen en in PDF downloaden en printen.
Per mail ontvangt u een activatiecode waarmee u 24 uur toegang tot het artikel kunt activeren.
24 uur toegang | € 19,75 (excl. btw) |
Uw aankoop activeren
Heeft u een activatiecode, dan kun u uw product hier activeren.