-
Samenvatting
In HR 13 oktober 2020, ECLI:NL:HR:2020:1606 (Enschedese Voogdijmoord) heeft de Hoge Raad een belangrijke uitspraak gedaan over de deelnemingsvorm medeplegen. In het arrest is onder meer antwoord gegeven op de vraag of een veroordeling voor het medeplegen van (in dit geval) moord mogelijk is, terwijl een niet in de bewezenverklaring genoemde derde mogelijk als enige een delictsbestanddeel heeft vervuld. Het bevestigende antwoord van de Hoge Raad op die vraag vormt het startpunt voor deze bijdrage. In het artikel beantwoorden de auteurs de vraag of met dit arrest de reikwijdte van de deelnemingsvorm medeplegen is verruimd en zo ja, hoe wenselijk dat is. Zij bespreken in dat verband enkele casusposities.
Nederlands Tijdschrift voor Strafrecht |
|
Article | Kennismaken met de ‘onbekende derde’ als medepleger |
Trefwoorden | medeplegen, grondfeit, opzet, samenwerkingsverband, deelnemingsvormen |
Auteurs | Mr. dr. F.C.W. (Fanny) de Graaf en Mr. dr. E.M. (Eelco) Moerman |
DOI | 10.5553/NTS/266665532021002005007 |
Auteursinformatie |
Toegang tot dit losse artikel kopen
Voor een vast bedrag van € 19,75 (excl. btw) koopt u 24 uur online toegang tot dit artikel. Met deze 24 uur toegang kunt u een artikel online raadplegen en in PDF downloaden en printen.
Per mail ontvangt u een activatiecode waarmee u 24 uur toegang tot het artikel kunt activeren.
24 uur toegang | € 19,75 (excl. btw) |
Uw aankoop activeren
Heeft u een activatiecode, dan kun u uw product hier activeren.