DOI: 10.5553/AP/259034892021003003001

Afwikkeling PersonenschadeAccess_open

Artikel

Beter re-integratieresultaat door Beschrijving Arbeids­belastbaarheid & Re-integratie (BAR)

Trefwoorden Letselschade, Re-integratie, Personenschade, Arbeidsbelastbaarheid
Auteurs
DOI
Toon PDF Toon volledige grootte
Samenvatting Auteursinformatie Statistiek Citeerwijze
Dit artikel is keer geraadpleegd.
Dit artikel is 0 keer gedownload.
Aanbevolen citeerwijze bij dit artikel
E.P. Audenaerde en D. Wieman, 'Beter re-integratieresultaat door Beschrijving Arbeids­belastbaarheid & Re-integratie (BAR)', Afwikkeling Personenschade 2021-3-4, p. 57-58

    Het BAR-instrument beschrijft mogelijkheden, beperkingen en voorwaarden voor (ander) werk op een eenduidige manier.

Dit artikel wordt geciteerd in

    • 1. Inleiding

      Onlangs kwam de eerste versie beschikbaar van de Beschrijving Arbeidsbelastbaarheid & Re-integratie (BAR). Het uniforme begrippen- en referentiekader moet de communicatie en samenwerking tussen bedrijfsartsen, verzekeringsartsen en arbeidsdeskundigen verbeteren om zo tot effectievere re-integratieadviezen aan werkgevers en werknemers te komen.

    • 2. Belastbaarheidsbeschrijving in de letselschadepraktijk

      Een arbeidsdeskundige wil bij de re-integratiebegeleiding en bij beoordelingen kunnen terugvallen op een actuele en objectieve medische beschrijving waaruit de belastbaarheid in voldoende mate blijkt. In bepaalde situaties is dat zelfs vereist. In de letselschadepraktijk worden diverse vormen van belastbaarheidsbeschrijvingen gebruikt. Sommigen daarvan geven alleen een kwalitatieve beschrijving van de belastbaarheid. De invulling wordt dan aan de arbeidsdeskundige overgelaten. Andere modellen geven de belastbaarheid meer kwalitatief weer, zoals de functionele mogelijkhedenlijst (FML). Deze FML is na invoering in de sociale zekerheid overgenomen in de letselschadepraktijk. Een risico daarbij is dat de FML wordt gebruikt zonder het onderliggende definitiekader te hanteren. Voor de arbeidsdeskundige is lang niet altijd zichtbaar of het definitiekader is toegepast door de opsteller van de FML. Daardoor ontstaat een risico op misinterpretatie. Los hiervan bestaat het gevaar dat de FML (of een andere belastbaarheidsbeschrijving) als losse entiteit wordt beschouwd. Er wordt dan volledig voorbijgegaan aan het oorspronkelijk doel van een belastbaarheidsbeschrijving: samenvatting van de beperkingen én communicatiemiddel tussen arts en arbeidsdeskundige. Juist die communicatie is belangrijk. Een arts moet de belastbaarheid zo uitvoerig mogelijk en kwantitatief uitschrijven in een verslag, maar welk formulier ook wordt gebruikt, de belastbaarheid kan daarin onmogelijk volledig worden beschreven. Er moet wanneer dat nodig is overleg met de arts plaatsvinden. Tot slot wordt ook niet altijd gekeken naar het doel waar de belastbaarheidsbeschrijving voor is bedoeld. Zo is er geen onderscheid tussen re-integratie of beoordeling van het re-integratietraject.

    • 3. Wijziging Wet Verbetering Poortwachter

      Gezien het bovenstaande is het een goede zaak dat er nu een uniforme belastbaarheidsomschrijving komt die is toegespitst op re-integratiebegeleiding.
      De BAR is in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ontwikkeld. Aanleiding is de voorziene wijziging van de Wet Verbetering Poortwachter. Bij de totstandkoming van de BAR zijn onderzoekers van Amsterdam UMC betrokken en de beroepsverenigingen van arbeidsdeskundigen, bedrijfsartsen en verzekeringsartsen (NVvA, NVAB en NVVG). Bij de re-integratie van uitgevallen werknemers hebben deze drie beroepsgroepen ieder een eigen rol. De communicatie tussen hen is echter niet altijd optimaal. Bedrijfs- en verzekeringsartsen bijvoorbeeld, praten soms langs elkaar heen omdat ze een ander perspectief en een andere focus hebben: re-integratiebegeleiding versus claimbeoordeling. Juist daarom is het belangrijk dat de verschillende beroepsgroepen belastbaarheids- en re-integratiemogelijkheden op eenzelfde manier beschrijven, vanuit een gedeeld begrippenkader.

    • 4. Beter re-integratieresultaat

      Bij de ontwikkeling van BAR is veel aandacht geweest voor het creëren van draagvlak; de beroepsgroepen werden geraadpleegd en er zijn werkateliers georganiseerd, waarin casussen aan de hand van de nieuwe begrippen werden behandeld. Die begrippen zijn gedefinieerd in samenwerking met een expertpanel, bestaande uit telkens vier arbeidsdeskundigen, vier bedrijfsartsen en vier verzekeringsartsen. De gedachte hierachter: als je hetzelfde begrippenkader hanteert, kom je tot een eenduidiger beschrijving van de belastbaarheid. Hiermee zou de afstemming en samenwerking tussen de drie beroepsgroepen ook gemakkelijker en duidelijker worden. Hierdoor wordt naar verwachting ook een beter re-integratieresultaat bereikt.

    • 5. Wetenschappelijke basis

      Vanuit de kernbegrippen en het referentiekader ontwikkelden onderzoekers van het Amsterdam UMC de BAR zoals die nu voorligt. Het instrument is geënt op de internationale classificatie ICF (International Classifica­tion of Functioning, Disability and Health). De ICF wordt ook elders in de geneeskunde gebruikt om het menselijk functioneren te beschrijven in relatie tot (problemen met) de gezondheid. Deze classificatie biedt ruimte voor het duiden van de samenhang met externe en persoonlijke factoren.

    • 6. Verder onderzoek nodig

      De eerste versie van BAR is afgeleverd aan de beroepsgroepen. Maar daarmee is het nog niet klaar. Inmiddels is een vierjarige periode van doorontwikkeling, onderbouwing en effectmeting van start gegaan. In deze periode gaan de wetenschappers van Amsterdam UMC samen met de praktijkbeoefenaren onderzoeken of het gebruik van het BAR-instrumentarium daadwerkelijk bijdraagt aan een betere communicatie en samenwerking tussen professionals binnen de Wet Verbetering Poortwachter.

    • 7. Nauwkeurige beschrijving

      Uiteindelijk doel is dat de bedrijfsarts de belastbaarheid en re-integratie van de uitgevallen werknemer nauwkeurig beschrijft en specificeert aan de hand van de BAR. Ook kan hij of zij bevindingen kwijt over persoonlijke en sociale factoren, uiteraard met inachtneming van de privacy van de werknemer. Hierdoor krijgen arbeidsdeskundigen in de private sector eenduidig inzicht in de belastbaarheid, zodat zij beter kunnen bepalen welk werk past of passend te maken is. UWV-arbeidsdeskundigen werkzaam in de claimbeoordeling, kunnen dankzij het eenduidig begrippenkader beter toetsen of aan de re-integratieverplichtingen is voldaan. Aan verzekeringsartsen kan het instrument inzicht geven in het verloop van de belastbaarheid en de re-integratiemogelijkheden gedurende de verzuimperiode.


Print dit artikel